In deze les zitten 49 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Programma
Herhaling v/d stof
Quizvragen
Oefenvragen voor toets
Mindmap/samenvatting/begrippen in WRTS zetten
Slide 2 - Tekstslide
Inloggen LessonUp
Laptop
Iedereen binnen 1 minuut ingelogd
timer
1:00
Slide 3 - Tekstslide
Het klimaat op Indonesië is het ...
A
Middellands Zeeklimaat
B
Droogklimaat
C
Tropisch klimaat
D
Zeeklimaat
Slide 4 - Quizvraag
Slide 5 - Tekstslide
Wat is voornamelijk de plantengroei op Indonesië?
A
Naaldbomen
B
Tropisch regenwoud
C
Loofbossen
D
Dwergstruiken
Slide 6 - Quizvraag
Doordat Indonesië rond de Evenaar ligt, hebben zij ...
A
Temperaturen rond 10 graden, weinig neerslag
B
Temperaturen rond 20 graden, veel neerslag
C
Temperaturen rond 30 graden, veel neerslag
D
Temperaturen rond 40 graden, weinig neerslag
Slide 7 - Quizvraag
Een of oneens: ''Nederland ligt op een lage breedtegraad en Indonesië op een hoge breedtegraad''
A
Oneens
B
Eens
Slide 8 - Quizvraag
Kijk goed naar de temperatuur en neerslag per maand
Slide 9 - Tekstslide
Dit was de klimaatgrafiek van het tropisch klimaat van Indonesië
A
Eens
B
Oneens
Slide 10 - Quizvraag
Kijk goed naar de linkerafbeelding en het proces
Slide 11 - Tekstslide
Op de vorige afbeelding zag je een voorbeeld van stijgingsregens ...
A
Oneens
B
Eens
Slide 12 - Quizvraag
Welk begrip hoort bij: ''Alles wat je hebt aangeleerd''
A
Volk
B
Etnische groep
C
Cultuur
D
Natiestaat
Slide 13 - Quizvraag
Slide 14 - Tekstslide
Welk begrip hoort bij: de gezamenlijke voertaal die wordt gebruikt door mensen die andere talen spreken
A
Engels
B
Lingua Franca
C
Gemeenschappelijk taal
D
Wereldtaal
Slide 15 - Quizvraag
Het grootste geloof ter wereld is ...
A
Hindoeïsme
B
Boeddhisme
C
Christendom
D
Islam
Slide 16 - Quizvraag
Zowel in Marokko als in Indonesië is de Islam het kleinste geloof
A
Eens
B
Oneens
Slide 17 - Quizvraag
''In India is het grootste geloof het Hindoeïsme.''
De stelling: dit geloof is het grootste geloof van Azië
A
Oneens
B
Eens
Slide 18 - Quizvraag
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Tekstslide
Waarom meerden andere landen met hun schepen vroeger vooral in de kuststeden aan?
A
Zij dreven vooral handel in de kuststeden
B
In de binnenlanden kwamen zij niet
C
In de binnenlanden konden zij geen handel drijven
D
In de grote kussteden waren de plantages
Slide 21 - Quizvraag
Chinezen die in Chinatowns wonen zijn een voorbeeld van een ...
A
Etnische minderheid / Etnische groep
B
Cultuur
C
Natie
D
Etnische meerderheid
Slide 22 - Quizvraag
Indonesie was vroeger een kolonie van Nederland
A
Juist
B
Onjuist
Slide 23 - Quizvraag
Kolonie=
A
Gebieden in een ander werelddeel die in bezit is van Europese landen.
B
Gebieden die zelfstandig zijn geworden
C
Gebieden die nooit in het bezit zijn geweest van Europese landen
Slide 24 - Quizvraag
Slide 25 - Tekstslide
Slide 26 - Tekstslide
Primaire sector: halen producten rechtstreeks uit de natuur (visser, boer)
Secundaire sector: Industrie
Tertiaire sector: dienstensector
Slide 27 - Tekstslide
Wanneer men producten uit de natuur haalt en ze verbouwt noem je dat de ...
A
Tertiaire sector
B
Secundaire sector
C
Primaire sector
Slide 28 - Quizvraag
Slide 29 - Tekstslide
Een voorbeeld van de informele sector =
A
secretaresse, manager, dokter
B
Boer, visser, mijnwerker
C
schoenenpoetser, per stuk sigaretten verkopen
Slide 30 - Quizvraag
Slide 31 - Tekstslide
Hoe noem je een bedrijf dat veel werknemers nodig heeft & een bedrijf dat weinig werknemers nodig heeft?
A
Arbeidsextensief & Arbeidsintensief
B
Arbeidsintensief & Arbeidsextensief
C
Kapitaalextensief & Arbeisextensief
D
Kapitaalintensief & Arbeidsintensief
Slide 32 - Quizvraag
Slide 33 - Tekstslide
WELKE SECTOR IS DIT? ''Tito uit Borneo poetst op straat schoenen van mensen voor 20 cent, hij is nooit naar school geweest en heeft daarom slechtbetaald werk''
A
Primaire sector
B
Quartaire sector
C
Informele sector
D
Secundaire sector
Slide 34 - Quizvraag
Zouden wij in Nederland nog de informele sector kennen?
A
Ja
B
Nee
C
Misschien
D
A, B, C zijn juist
Slide 35 - Quizvraag
Slide 36 - Tekstslide
Slide 37 - Tekstslide
Welke 2 soorten bevolkingsgroei bestaan er?
A
Natuurlijke & Sociale bevolkingsgroei
B
Natuurlijke & Culturele bevolkingsgroei
C
Sociale & Menselijke bevolkingsgroei
D
Immigratie & Emigratie
Slide 38 - Quizvraag
De Indonesische bevolking groeit voornamelijk door ...
A
Sociale bevolkingsgroei
B
Immigratie
C
Natuurlijke bevolkingsgroei
D
Emigratie
Slide 39 - Quizvraag
Slide 40 - Tekstslide
''Hoe rijker een land is hoe meer inwoners er worden geboren''
A
Eens
B
Oneens
Slide 41 - Quizvraag
Slide 42 - Tekstslide
Hoe beter een land ontwikkeld land is (ontwikkelingspeil) hoe minder kinderen er worden geboren
A
Eens
B
Oneens
Slide 43 - Quizvraag
Welke begrippen horen bij het trekken van het platteland naar de stad?
A
Urbanisatie
B
Verstedelijking
C
Centralisatie
D
Agglomeratie
Slide 44 - Quizvraag
Slide 45 - Tekstslide
Wanneer steden zo hard groeien is er niet voor iedereen een woning.. Wat gaan mensen dan bouwen om wel te kunnen wonen?
A
Ze bouwen krottenwijken
B
Ze gaan de informele sector in
C
Ze pikken de huizen van andere mensen in
D
Ze zoeken naar golfplaten op afvalbergen
Slide 46 - Quizvraag
Een krottenwijk in Indonesië heet een ...
A
Favela
B
Slum
C
Barrio
D
Kampong
Slide 47 - Quizvraag
Slide 48 - Tekstslide
Nu:
Maak een mindmap of samenvatting van de paragrafen van H5.
Zet alle begrippen van H5 blz. 84 van je leerboek in WRTS of maak zelf flashcards.
Maak zelf proefwerkvragen met antwoorden
Maak de oefentoets (je mag je leerboek erbij gebruiken)