7.3: Vorming, verandering en individualisering

§7.3 Vorming, verandering en individualisering
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijwetenschappenMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

§7.3 Vorming, verandering en individualisering

Slide 1 - Tekstslide

Pagina 129
Individualisering
Bedenk aan de hand van de volgende voorbeelden de definitie van individualisering

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Individualisering
Voorbeelden:
• Scheiden
• Anticonceptiepil gebruiken
• Trouwen met wie je wilt
• Zelfgekozen kleren dragen

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Individualisering
Scherp jouw definitie van van individualisering aan door je antwoorden te vergelijken met de volgende foute voorbeelden

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Individualisering
Non voorbeelden:
• ’s nachts duidelijk hoorbaar voor
buren muziek draaien
• Voordringen bij de kassa
• Appen achter het stuur

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Individualisering
Het proces waarbij individuen in toenemende mate hun zelfstandigheid op verschillende gebieden kunnen vergroten

Slide 6 - Tekstslide

Hierna zou je als docent uit kunnen leggen wat de relatie met secularisering en ontzuiling is. 
Verklaringen
Verklaringen voor individualisering vanaf 1960:
  • Toename van de welvaart, waardoor mensen   zelfstandiger werden.
  • Stijging van het opleidingsniveau van   arbeidskrachten, waardoor partners minder   afhankelijk van elkaar werden.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Video

Aan de hand van dit filmpje kun je als docent uitleggen dat individualisering ook werd geïnstitutionaliseerd, bijvoorbeeld door de invoering van de scheidingswet in 1971. 
Wat is het verband tussen echtscheidingen en individualisering ? 
Waarom is dit een voorbeeld van institutionalisering?

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Individualisering '80-'00
Zelfstandigheid om eigen keuzes te maken is vergroot, sprake van een meerkeuzemaatschappij.
Mensen met minder macht kregen grote inspraak en medezeggenschap en werden dus zelfstandiger
Groei van het aantal eenpersoonshuishoudens

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Individualisering in het gezin '80-'00
Vrouwenemancipatie leidde tot meer gelijkheid
 

Man en vrouw gingen steeds meer allebei werken huishouden werd soms uitbesteed
Onafhankelijkheid, zelfontplooiing, ontwikkeling en eigen keuzes maken
Gevolg: steeds meer co-ouderschappen en samengestelde gezinnen

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Individualisering (heden)
  • Moderne media stimuleren de eigen keuzes in bindingen
  • Verschuiving van toebedeelde relaties (familie, kerkgenoten) naar verworven relaties (bindingen op basis van interesses of overtuigingen). 



  • Socialisatie vindt steeds meer plaats op school en minder in het gezin. 

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voordelen
Meer vrijheid en zelfstandigheid
Bedreiging voor solidariteit en de verzorgingsstaat
De nadruk ligt op eigen verantwoordelijkheid en jezelf helpen bij moeilijkheden
Nadelen
Meer tot recht komen als individu

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerlingen van een middelbare school kunnen in overleg met een studiebegeleider kijken welke vakken ze extra kunnen volgen en/of waar ze bijspijkeruren kunnen volgen
A
Collectivistisch
B
Individualistisch

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een getrouwde man en vrouw delen hun geld en betalen alles van een gezamenlijke rekening.
A
Collectivistisch
B
Individualistisch

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Per gezin staan er vaak twee of meer auto's op de stoep omdat iedereen met een eigen rijbewijs wel wil kunnen wanneer hij/zij dat wil
A
Collectivistisch
B
Individualistisch

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

In een gezin zitten alle meisjes op hockey en zijn de ouders ook erg betrokken bij de vereniging. de laatste dochter besluit echter op volleybal te gaan omdat ze dat leuker vindt. De ouders vinden dit jammer en halen haar over om toch op hockey te gaan.
A
Collectivistisch
B
Individualistisch

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

in 1995 bestond een huishouden nog gemiddeld uit 2,35 personen, in 2018 uit 2,17 personen en naar verwachting in 2040 uit 2,09 personen
A
Collectivistisch
B
Individualistisch

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag!
Lees §7.3
Maak: tekstverkenners 7.3
Opdracht 12

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies