2 c voegwoord herkennen

Voegwoord herkennen 2c
1 / 41
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 41 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Voegwoord herkennen 2c

Slide 1 - Tekstslide

Welkom bij het vak Nederlands

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Lesprogramma 
1. lezen
2. voegwoord herkennen
3. gebarentaal

Slide 4 - Tekstslide

Lesdoel 
-Ik herken een voegwoord.
-Ik weet weer meer over gebarentaal. 



Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Wie is de verteller?
Gedramatiseerde verteller:
-ik verteller: De verteller doet mee in het verhaal. 
-auctoriale verteller (drone): De verteller heeft geen rol in het verhaal, hij doet niet mee. 

Niet gedramatiseerde verteller:
-personale vertelsituatie
*enkelvoudig (hij, zij): De lezer leert slechts één personage van binnenuit kennen. 
*meervoudig: De lezer leert de gedachten- en gevoelswereld van verschillende personages kennen.

Slide 7 - Tekstslide

Personages
Ella
Robbie
moeder (hoort bij de vrouwelijk vrijwilligers)
vader
Quin
Jay
Ruimte
ondergrondse
straat
huis Ella


Ella heeft polio gehad. 

Slide 8 - Tekstslide

Wat is polio?
Ella is net een jaar ziek geweest, heeft polio gehad en voelde zich lange tijd onzichtbaar.  Ze was toen 12 jaar en lag een tijd lang in ‘een ijzeren long’. Een apparaat dat voor haar ademde.

Wat is polio - kinderverlamming? Het tast je spieren aan en zo wordt dus soms ook je ademhaling aangetast....
Bron: Andere Tijden 2007 NPS, VPRO

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Bombardement van Londen
De Tunnel speelt zich af in Londen tijdens de Tweede Wereldoorlog. Londen werd door de Duitsers zwaar gebombardeerd. Bekijk hier het fragment over deze bombardementen.
Bron: NATIONAAL-SOCIALISME IN DUITSLAND 1918 - 1945 Van democratie naar dictatuur: De ondergang 1985 NOT

Slide 11 - Tekstslide

Fragmenten bij het verhaal
Tijdens WOII schuilden de Londenaren massaal in de tunnels van de ondergrondse treinen. Die reden immers toch niet.
Als sardientjes lagen ze op het perron of zelfs tussen de rails geplakt. Je moest zorgen dat je een mooi plekje kon bemachtigen, net als in het boek.
Met duizenden schuilen in een tunnel

Slide 12 - Tekstslide

Hard werken in de oorlog - voor mannen en voor vrouwen
Bron: Vrouwen in de oorlog 2012 omroep Gelderland
In het boek willen Ella en Quinn zich nuttig maken en ze gaan oorlogsslachtoffer verplegen. In de oorlog wilden veel mensen zich nuttig maken. Mannen deden vaak het zware sjouwwerk. Vrouwen hielpen bij het opvangen van de gewonde soldaten. Een taak die echt niet minder zwaar was.

Slide 13 - Tekstslide

De schrijver Anna Woltz
Anna Woltz schrijft al vanaf haar 17e. 

Woltz gebruikt vaker een 'echt gebeurd verhaal' als aanleiding voor haar boek. Voor De Tunnel ging ze - vlak voor de lockdown - naar Londen om daar onderzoek te doen naar het bijzondere verhaal van de metrostations van Londen tijdens de oorlog. Deze werden door duizenden mensen gebruikt om te schuilen tegen de bombardementen. En daar kunnen dus mooie verhalen ontstaan...


Slide 14 - Tekstslide

Het verhaal
September 1940: de Blitz begint. Maandenlang wordt Londen gebombardeerd. Elke nacht schuilen tienduizenden mensen in de Ondergrondse: ze slapen op de perrons, op stilstaande roltrappen, naast het spoor. Daar, diep onder de grond, leren vier jongeren elkaar kennen.
Quinn is vijftien. Ze is van huis weggelopen met een tas vol juwelen en ze wil de wereld veranderen. Jay is alles kwijt, dus regels kunnen hem gestolen worden. Sebastian is Quinns grote broer, maar ze noemt zijn naam niet. Voor zijn familie bestaat hij niet meer. Ella van veertien vertelt het verhaal. Ze is net een jaar ziek geweest en voelt zich onzichtbaar – maar dan komt de tunnel.

Slide 15 - Tekstslide

Vraag aan de klas

Welke gelijkenis zie jij met de situatie in Oekraïne/Gaza en het boek De Tunnel? 

Slide 16 - Tekstslide

overeenkomsten De Tunnel/oorlogen nu

Slide 17 - Woordweb

Hard werken in de oorlog - voor mannen en voor vrouwen
Bron: Vrouwen in de oorlog 2012 omroep Gelderland
In het boek willen Ella en Quinn zich nuttig maken en ze gaan oorlogsslachtoffer verplegen. In de oorlog wilden veel mensen zich nuttig maken. Mannen deden vaak het zware sjouwwerk. Vrouwen hielpen bij het opvangen van de gewonde soldaten. Een taak die echt niet minder zwaar was.

Slide 18 - Tekstslide

Zelfstandig lezen.

Slide 19 - Tekstslide

Opdracht:
-Schrijf in je schrift kort op wat je hebt gelezen. 

Slide 20 - Tekstslide

Lesprogramma 
1. voorlezen
2. voegwoord herkennen
3. gebarentaal

Slide 21 - Tekstslide

Meer fragmenten?
Bekijk de lijst met alle fragmenten voor alle boeken van 
De Jonge Jury 2022 op Beeld en Geluid op school.

Slide 22 - Tekstslide

Samengestelde zinnen schrijven


Voegwoorden

Slide 23 - Tekstslide

Enkelvoudige zin

  • Zin met één persoonsvorm
Samengestelde zin

  • Zin met twee of meer persoonsvormen
Wat is ook alweer een persoonsvorm? 

Slide 24 - Tekstslide

Voorbeeld enkelvoudige zin
  • Het wordt slecht weer vandaag.
  • Ik ga vandaag naar de Action.
  • Hij kijkt veel naar Star Wars.

Slide 25 - Tekstslide

Voorbeeld samengestelde zin
  • Het wordt vandaag mooi weer, dus we gaan lekker naar het strand. 
  • Ik ga vandaag naar de Action, want ik heb een schrift nodig. 
  • Hij kijkt veel naar Star Wars en schrijft daarover op zijn website.

Slide 26 - Tekstslide

Voorbeeld samengestelde zin
  • Het wordt vandaag mooi weer, dus we gaan lekker naar het strand. 
  • Ik ga vandaag naar de Action, want ik heb een schrift nodig. 
  • Hij kijkt veel naar Star Wars en schrijft daarover op zijn website.

Slide 27 - Tekstslide

Voegwoorden
  • Voegwoorden zijn een soort cement.
  • Je kunt met voegwoorden zinnen of woorden aan elkaar plakken.

Slide 28 - Tekstslide

Samengestelde zin
  • Bestaat uit twee of meer zinnen.
  • Is gekoppeld door middel van een voegwoord

Slide 29 - Tekstslide

Voorbeelden zijn:

  • En
  • Maar
  • Dus
  • Want
  • of

  • Aangezien
  • Als
  • Dat
  • Doordat
  • Terwijl
  • Toen
  • ......

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Oefenen
Maken: Opdracht 1 t/m 5.
Blz. 202
Klaar? Kijk je opdracht na met het antwoordblad.
Klaar? Kom naar mij toe. 


Slide 32 - Tekstslide

Lesprogramma 
1. voorlezen
2. voegwoord herkennen
3. gebarentaal
4. Persoonlijk en bezittelijk voornaamwoord.

Slide 33 - Tekstslide

Lesprogramma 
1. lezen
2. voornaamwoord
3. oefening uitdrukkingen
4. gebarentaal

Slide 34 - Tekstslide

Persoonlijk en bezittelijk voornaamwoord

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Link

Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Video

Opdracht
-Maak de kruiswoordpuzzel.

Heb je deze opdrachten af? Heb je de opdrachten nagekeken?
-Bladzijde 206, 207
-opdracht 1 t/m 4

-Pak je leesboek.

Slide 39 - Tekstslide

Proefwerkweek
-Cursus 5 Grammatica: paragraaf 3, 5, 7, 9.
-Cursus spelling: paragraaf 2, 3, 6, 10, 11.

Slide 40 - Tekstslide

Slide 41 - Tekstslide