H toets en M 1.2

timer
2:00
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 2

In deze les zitten 12 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

timer
2:00

Slide 1 - Tekstslide

Verdeling tijd.
  • Elk deel heeft een half uur.
  • Wo start Havo, Vr start Mavo.
  • Als ik uitleg aan één deel van de klas werkt de andere groep zelfstandig. Je overlegt dus ook niet! 
  • Mavo start nu met H1.1 vraag 5 tm 12.

Slide 2 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
  • Huiswerk H2.1 vraag 7 t/m 15
  • Toets bespreken.
  • Werken.

Slide 3 - Tekstslide

Toets bespreken
  • Je tafel is leeg.
  • Je bespreekt je cijfer niet met anderen.
  • Je let goed op, misschien denk ja dat ik geen fouten kan maken, maar dat kan ik ook.
  • Je steekt je vinger op als je denkt een punt te hebben, en leest je antwoord letterlijk voor.
  • Heb je van mij een punt gekregen, hou je vinger dan lekker naar beneden, ook al denk je dat je punt onterecht is.

Slide 4 - Tekstslide

Aan het werk.

Werk zelfstandig!
  • Maak 2.2 vraag 1 tm 6.

Slide 5 - Tekstslide

Wat gaan we doen?

  • Huiswerk H1.1 1 tm 4
  • Herhalen 1.1
  • Uitleg 1.1
  • Werken.

Slide 6 - Tekstslide

Bekijk de bron. De Industriële Revolutie begon in Groot Brittannië. Leg uit waarom en gebruik een beeldelement uit de bron. 
Kolenmijn

Slide 7 - Tekstslide

  • Bekijk de bron.
  • Wat zie je? 
  • Op welke manier zorgt deze machine voor een verbetering?

Slide 8 - Tekstslide

Lesdoel
  • Je kunt vier oorzaken noemen van de industrialisatie in Groot-Brittannië en beschrijven wanneer deze in Nederland begon.
  • Je kunt ten minste vier gevolgen noemen van de industrialisatie in de 19e eeuw.

Slide 9 - Tekstslide

De eerste fabrieken stonden in Groot-Brittannië. De industrialisatie begon daar rond
1750 in de textielnijverheid. 

• Rond 1750 groeide de bevolking in Groot-Brittannië. Daardoor steeg de vraag naar
producten, zoals kleding.
• Britse uitvinders bedachten een aantal machines. Snellere productie. 
• Op het platteland waren minder mensen nodig. Daardoor waren er genoeg arbeiders die voor een laag loon in fabrieken konden werken.
• Britse ondernemers konden gemakkelijk aan goedkope grondstoffen komen. Voor de textielindustrie kwam van plantages in Amerika. Ook zat er in Groot-Brittannië
veel steenkool en ijzererts in de grond. Steenkool was een belangrijke brandstof
voor de stoommachines. IJzer werd gebruikt voor de bouw van machines, bruggen en spoorwegen.

Slide 10 - Tekstslide

Nederland
  • De industrialisatie begint laat, rond 1860.
  • Eerst moesten er kolen uit het buitenland komen.
  • Pas rond 1900 openen de eerste kolenmijnen in Limburg. 
  • Nederland heeft lang gebruik gemaakt van wind-en waterkracht.

Slide 11 - Tekstslide

Huiswerk

Werk zelfstandig!
  • Maak 1.1 vraag 5 tm 12.

Slide 12 - Tekstslide