week 2

• Nederlands
• ISK

Nederland & het water - de Afsluitdijk

les 1

Vandaag:

Weerbericht

We bekijken filmpjes over de Afsluitdijk.

Je maakt aantekeningen in je schrift.

Je beantwoordt vragen en je maakt een eindopdracht.

Doelen:

Je weet wat de Afsluitdijk is.

Je weet wanneer en waarom die is gemaakt.

Je weet wat de voor- en nadelen zijn van de Afsluitdijk.

weerbericht

filmpje 1

Bekijk het filmpje op de volgende slide.

Schrijf op wat je leert over de Afsluitdijk.

Schrijf moeilijke woorden op in je schrift. Zet de vertaling erachter.

Wat heb je geleerd over de Afsluitdijk?

filmpje 2

Bekijk het filmpje op de volgende slide.

Schrijf op wat je leert over de Afsluitdijk.

Schrijf moeilijke woorden op in je woordenlijst. Zet de vertaling erachter.

Voor de aanleg van de Afsluitdijk: hoe heetten de twee wateren aan allebei de kanten?

1. Waddenzee & Noordzee
2. Zuiderzee & Noordzee
3. Waddenzee & Zuiderzee
4. Waddenzee & Ijsselmeer

Ingenieur Cornelis Lely bedacht de Afsluitdijk. Waarom?

1. Dat was goed voor de handel.
2. Er waren veel overstromingen
3. Hij vond dat mooi.

De afsluitdijk werd gebouwd. Wat was het gevolg voor de Zuiderzee?

1. Die werd groter.
2. Daar gingen meer vissoorten leven.
3. Die werd afgesloten.
4. Die werd afgesloten en veranderde toen in het Ijsselmeer.

Waarom is de Afsluitdijk eigenlijk een dam?

1. Omdat een dijk water van land scheidt.
2. Omdat een dam groter is.
3. Omdat er in Nederland alleen dijken in Zeeland zijn.

Waarom mag er geen zout water van de Waddenzee in het Ijsselmeer stromen?

1. Dat is niet goed voor de vissen.
2. Dat is niet goed voor het drinkwater

Opdracht

Ga naar: https://deafsluitdijk.nl/historie/.

Lees de tekst tot en met de alinea onder 'De aanleg van de Afsluitdijk gaat van start'.

Noteer wat je leert over de afsluitdijk.

Noteer moeilijke woorden in je woordenlijst.

Eindopdracht van deze les

Je hebt geleerd waarom de Afsluitdijk is gemaakt en  wat de voordelen en nadelen ervan waren. Neem het schema over in je schrift en vul het in. Volgende les gaan we hiermee verder.

Het schema staat op de volgende slide.

Voordelen van de Afsluitdijk

Nadelen van de Afsluitdijk

Nederland & het water - de Afsluitdijk

les 2

Vandaag:

Bespreken schema eindopdracht vorige les

Werken aan inlevingsopdracht (schrijven)

Eventueel aan eind van de les: delen opdracht

Doelen:

Je weet hoe je een nette brief moet schrijven.

Je kunt je inleven in mensen die in 1933 leefden.

Bespreken eindopdracht vorige les

Wat waren in 1933 de voordelen van het bouwen van de afsluitdijk?

Wat waren in 1933 de nadelen van het bouwen van de afsluitdijk?

voordelen:

geen overstromingen meer + meer grond (meer verbouwen, minder honger)

nadelen:

minder vissen, vissers moesten een andere baan gaan zoeken

Werken aan inlevingsopdracht

Wat is een formele brief ook alweer?

Hoe bouw je je brief op?

Bespreek met leerlingen ook de 'kapstok' voor het schrijven van een brief:

- formele aanhef

- inleiding: waarom schrijf je jouw brief (bijvoorbeeld: Ik schrijf u een brief naar aanleiding van het bouwen van de afsluitdijk. Daarmee ben ik blij/ niet blij.

- kern: uitleg: waarom ben je blij/niet blij

- slot: wat verwacht je van de minister-president? Moet hij wat doen? Moet hij je een brief terugsturen?

Formele slotgroet

De opdracht - je leeft in 1933...

• Schrijf een formele brief aan Henrikus Colijn, de minister-president van Nederland in 1933.
• Kies of je een gewone burger óf een visser bij de Zuiderzee bent.
• Maak in je brief duidelijk wat je mening is: moet de Afsluitdijk gebouwd worden of niet? 
• Gebruik de informatie die je hebt geleerd!

Voorstel:

•  brief is ongeveer 300 woorden
• leerlingen schrijven de brief op papier in schrift

Nederland & het water - de Afsluitdijk

les 3

Vandaag:

 Indien nodig: brieven bespreken

 Leesopdracht

Doelen:

Je leert nieuwe woorden.

Je kunt informatie uit de tekst vergelijken met jouw kennis.

 Indien nodig: brieven bespreken

Leesopdracht

• Lees de tekst en maak de opdrachten.
• Eerste 7 minuten: alleen
• Daarna: overleggen in je groepje & samenwerken.
• Klaar? Bedenk zelf toetsvragen die kunnen horen bij deze tekst.
• Eind van de les: tekst bespreken.