H4 Procenten

H4. Procenten
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

In deze les zitten 23 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

H4. Procenten

Slide 1 - Tekstslide

Plattegrond 2A

Slide 2 - Tekstslide

Voorkennis Hoofdstuk 4
Is dit gemaakt?
Nagekeken?
Even checken:

Slide 3 - Tekstslide

Procent betekent?
Hoeveel procent is het totaal (alles)? 
Wat betekent dan 50%?
En hoe bereken je 1%?
Per honderd
100 procent
De helft
Door te delen door 100
4.1 Procenten en percentages

Slide 4 - Tekstslide

Aan het werk! 
Wat? 4.1 Procenten en percentages- opdrachten 1 t/m 9.

Hoe? Als het bord op rood staat werk je alleen en in stilte.
Als het bord op groen staat mag je fluisterend overleggen met je buurman. 
Heb je vragen? Steek je hand op en ik kom bij je. 
Klaar? Kijk het na!
Niet af? Dan is het Huiswerk!!!

timer
1:00

Slide 5 - Tekstslide

Nakijken?
Is het gemaakt?
Nagekeken?
Even checken:

Slide 6 - Tekstslide

4.2 Handige percentages

Slide 7 - Tekstslide

Aan het werk! 
Wat? 4.2 Handige percentages- opdrachten 10 t/m 19.

Hoe? Als het bord op rood staat werk je alleen en in stilte.
Als het bord op groen staat mag je fluisterend overleggen met je buurman. 
Heb je vragen? Steek je hand op en ik kom bij je. 
Klaar? Kijk het na!
Niet af? Dan is het Huiswerk!!!

timer
1:00

Slide 8 - Tekstslide

Nakijken?
Is het gemaakt?
Nagekeken?
Even checken:

Slide 9 - Tekstslide

4.3 Procenten en breuken

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Huiswerk 
Is het gemaakt?
Nagekeken?
Even checken:

Slide 17 - Tekstslide

4.4 Van procenten naar aantallen

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Je berekent eerst 1% van het aantal

1% = 

dus je deelt het aantal door 100
Vermenigvuldig deze uitkomst met het gevraagde percentage.
Dat is het antwoord. 

1001

Slide 20 - Tekstslide

Aan het werk! 
Wat? 4.3 Procenten en breuken- opdrachten 20 t/m 29.

Hoe? Als het bord op rood staat werk je alleen en in stilte.
Als het bord op groen staat mag je fluisterend overleggen met je buurman. 
Heb je vragen? Steek je hand op en ik kom bij je. 
Klaar? Kijk het na!
Niet af? Dan is het Huiswerk!!!

timer
1:00

Slide 21 - Tekstslide

Nakijken?
Is het gemaakt?
Nagekeken?
Even checken:

Slide 22 - Tekstslide

HUISWERK CONTROLE
1A
WIE O WIE?
WELKE OPDRACHT?
BONUSWIEL

Slide 23 - Tekstslide