Burgerschap Rechtsgang

Burgerschap 
Strafbarefeiten 
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerPraktijkonderwijsLeerjaar 2-4

In deze les zitten 14 slides, met tekstslides en 7 videos.

Onderdelen in deze les

Burgerschap 
Strafbarefeiten 

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we vandaag doen? 
  • Strafbare feiten
  • Verschillende soorten rechtszaken
  • Verschil tussen misdrijf en overtreding
     
Om asociaal gedrag te voorkomen, worden we opgevoed met regels. Vaak gaat dat goed en kunnen we prettig met elkaar samenleven. Maar het gaat ook wel eens fout.

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Slide 4 - Video

Misdrijven
doodslag, diefstal, verkrachting,  bankfrauwde,   (aanslag op de koning, belastingfraude, terroristische activiteiten) 

Ook het veroorzaken van een overstroming, explosie,  brandstichting, gevaar veroorzaken voor trein- of luchtvaartverkeer. Rijden onder invloed wordt als misdrijf aangemerkt. Op een misdrijf staat maximaal 30 jaar of levenslange gevangenisstraf.

Slide 5 - Tekstslide

Overtredingen
-  lichtere ordeverstoringen 
gedrag dat de rechtsorde geld kost (rommel maken), of gewoon erg irritant is (hondenpoep, openbare dronkenschap). Op een overtreding staat maximaal één jaar hechtenisstraf. 

Slide 6 - Tekstslide

Wie kent de naam van deze man?

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Op weg naar de rechtbank 
Een rechtszaak bestaat uit 8 stappen:
Opening 
Aanklacht 
Onderzoek 
Verhoor van de verdachte 
Requisitoir 
Pleidooi
Laatste woord 
vonnis 

Slide 9 - Tekstslide

De stappen uitgelegd
 1) Opening (de rechter controleert de persoonsgegevens van de verdachte) 
2) Aanklacht (de officier leest voor wat de aanklacht is)
 3) Onderzoek (de rechter onderzoekt hoe alles in elkaar zit m.b.v. getuigen en proces-verbaal)
 4) Verhoor van de verdachte (de verdachte staat niet onder ede en hoeft niet naar waarheid te antwoorden. Ook hij mag nu getuigen naar voren roepen) 
5) Requisitoir (de officier probeert in een verhaal aan te tonen dat de verdachte schuldig is)
 6) Pleidooi (de advocaat van de verdachte probeert de verdachte nu te verdedigen) 
7) Laatste woord (de verdachte heeft altijd het laatste woord) 
8) Vonnis (hier doet de rechter zijn uitspraak)

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Slide 12 - Video

Slide 13 - Video

Slide 14 - Video