4 juni

1 / 52
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 52 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Bonjour tout le monde!

Slide 2 - Tekstslide

Tijdens de les...
1. ben ik stil tijdens klassikale momenten en houd ik mij aan het stemvolume wat op het bord staat of aangegeven wordt.
2. heb ik mijn Frans boek mee en een werkende pen.
3. ga ik serieus aan de slag met het Franse maak- en leerwerk.
4. luister ik naar de eerste waarschuwing als ik aangesproken word.
5. pak ik mijn spullen in zodra de docent dit aangeeft.

Slide 3 - Tekstslide

Contrôle

Si présent, dit et montre moi:

J'ai mon livre B

Slide 4 - Tekstslide

Dernier cours


1. Herhaling grammaire D & H
2. Herkansing SO
3. Au travail spreekopdracht
Blokuur





Ce cours



1. Spreekvaardigheid PO
2. Grammaire CH6 (D & H)

Slide 5 - Tekstslide

Spreekopdracht :)

Slide 6 - Tekstslide

Questions? :)
Passé composé (CH5)
Bijvoeglijk naamwoord (CH5)

Slide 7 - Tekstslide

CH6 | p. 81

Slide 8 - Tekstslide

Weet je nog de vraagwoorden in het Frans? 
quand
combien
pourquoi
comment
qui
qu'est-ce que
wie
Waarom
Wat
wanneer
hoeveel
waar
hoe

Slide 9 - Sleepvraag

CH6 | p. 81

Slide 10 - Tekstslide

Aller
Gaan 
Je 
Ik ga
Tu 
Jij gaat
Il / elle  
Hij / zij ga
on 
wij gaan
nous 
wij gaan
vous 
jullie gaan / u gaat
Ils / Elles 
zij gaan
Verbe "Aller" 
vas
va
vont
allons
vais
allez
va

Slide 11 - Sleepvraag

Wat is de futur proche?

Slide 12 - Open vraag

CH6 | p. 81

Slide 13 - Tekstslide

Maak de futur proche:
ik + ga + praten + morgen (demain)

Slide 14 - Open vraag

Maak de futur proche:
ik + ga + praten + morgen (demain)


Je vais parler demain

Slide 15 - Tekstslide

Maak de futur proche:
wij + gaan + dansen+ samen

Slide 16 - Open vraag

Maak de futur proche:
wij + gaan + dansen + samen

Nous allons danser ensemble
OF
On va danser ensemble

Slide 17 - Tekstslide

Maak de futur proche:
hij + gaat + een liedje + zingen
LET OP: de juiste woordvolgorde :)

Slide 18 - Open vraag

Maak de futur proche:
hij + gaat + een liedje + zingen
LET OP: de juiste woordvolgorde


il va chanter une chanson

Slide 19 - Tekstslide

CH6 | p. 81

Slide 20 - Tekstslide

Au travail!

Slide 21 - Tekstslide

Au travail :)



1. Maken: 16cd, 17 (p. 60) | 29bcde, 30abc
Klaar: 1) Maken opdr. 30d, 31
2) Voorbereiden proefwerk 
3) Verder met de SW 20-22
Fluisterniveau
Alleen met de persoon naast je




 
  

Slide 22 - Tekstslide

Une petite pause...
timer
5:00

Slide 23 - Tekstslide

Au travail!

Slide 24 - Tekstslide

Au travail :)





1. Tweetallen maken voor de spreekopdracht




 
  

timer
4:00

Slide 25 - Tekstslide

Au travail :)





1. Begin maken aan de spreekopdracht in je tweetal 
--> script




 
  

timer
10:00

Slide 26 - Tekstslide

p. 36

Slide 27 - Tekstslide

p. 37

Slide 28 - Tekstslide

p. 38

Slide 29 - Tekstslide

Grammaire H

Slide 30 - Tekstslide

mannelijk
vrouwelijk
enkelvoud
meervoud
Welke letters komen achter het bijvoeglijk naamwoord?
e
es
s
(geen letters)

Slide 31 - Sleepvraag

Révision 
Het bijvoeglijk naamwoord kan 4 vormen hebben.
Mannelijk
Vrouwelijk
Enkelvoud
Meervoud
grande
grandes
grand
grands

Slide 32 - Sleepvraag

sleep de bijvoeglijke naamwoorden naar het juiste vak
mannelijk
vrouwelijk
anglais
anglaise
nouveau
nouvelle
vieux
vieille
beau
belle

Slide 33 - Sleepvraag

Schuif de woorden in de juiste volgorde
   

  GRAMMAIRE    Het bijvoeglijk naamwoord
J'habite dans une ............................ maison.
Il y a deux ....................   filles.
Sammie a les cheveux .................... 
Ma mère est ........................... .
Mon animal ........................... c'est Sammie.
Nous avons aussi un .................... jardin.
Kies het correcte bijvoeglijke naamwoord. Let op bij de onregelmatige vormen.
belles
beaux
vieux
beau
vieille
vieilles
brunes
bruns
brune
hollandais
hollandaise
hollandaise
préférée
préféré
préférés
grande
grands
grand

Slide 34 - Sleepvraag

Avoir

Slide 35 - Tekstslide

j'
tu
il/elle/on
nous
vous
ils/elles
Combineer de juiste vorm van 'avoir' 
Grammaire 'Avoir' 
ai
as
a
avons
avez
ont

Slide 36 - Sleepvraag

Passé composé

Slide 37 - Tekstslide

Passé composé
manger
j'
parler
tu 
dessiner
il
habiter
nous
nager
vous 
ai mangé
as parlé
a dessiné
avons habité
avez nagé

Slide 38 - Sleepvraag

Les jours de la semaine

Slide 39 - Tekstslide

Combinez les mois
décembre
janvier
mai
juin
mars
avril
février
août
juillet
septembre
novembre
octobre
Januari
April
mei
juli
December
maart
februari
juni
augustus 
november
september
oktober

Slide 40 - Sleepvraag

Une petite pause...
timer
5:00

Slide 41 - Tekstslide

Au travail :)



Hoofdstuk 5, boek B

1.  Faire: ex. 30, 31, 32, 33
Klaar: leren: A, B, C, D (p. 40-43) en werkwoord 'avoir'


 
  

timer
25:00

Slide 42 - Tekstslide

Vocabulaire:
- Leren in het boek of Slim stampen / Study Go / overschrijven

Phrases-clés:
- In het boek / overschrijven
Grammatica D (passé composé):
- In het boek / verbuga.eu

Werkwoorden (op 'er') / être / avoir:
- In het boek / verbuga.eu
timer
15:00

Slide 43 - Tekstslide

La prononciation
La prof dit (zegt) un mois (een maand)
Si ton anniversaire tombe (valt) dans ce mois, lève-toi (sta op!)!

Slide 44 - Tekstslide

Jeu!
La prof dit (zegt) un mois (een maand)
Si ton anniversaire tombe (valt) dans ce mois, lève-toi (sta op!)!

Slide 45 - Tekstslide

Jeu!
La prof dit (zegt) un mois (een maand)
Si ton anniversaire tombe (valt) dans ce mois, lève-toi (sta op!)!

Slide 46 - Tekstslide

Dessiner!
La prof dit (zegt) un mot (een woord)
Dessine en 1 minute waar je aan denkt bij ce mot

Slide 47 - Tekstslide

Activité!
La prof dit (zegt) un mot (een woord)
Schrijf in maximaal 3 zinnen op wat jouw laatste herinnering was met dat woord

Voorbeeld: 'demander' = vragen
Ik heb een uur geleden gevraagd aan ... om ...

Slide 48 - Tekstslide

Jeu!
La prof dit (zegt) un mois (een maand)
Si ton anniversaire tombe (valt) dans ce mois, lève-toi (sta op!)!

Slide 49 - Tekstslide

Slide 50 - Tekstslide

Slide 51 - Link

Elle n'est pas calme
Je suis une cousine
Je suis un cousin
Nous sommes famille
elles s'appellent ... et ...

Slide 52 - Tekstslide