Aan het einde van deze paragraaf:
weet je hoe water verdeeld is over de aarde en hoe de waterkringloop werkt;
• begrijp je hoe rivieren die uit gletsjers zijn ontstaan verweringsmateriaal verplaatsen;
• kun je uitleggen welke verschillen er zijn tussen gletsjerrivieren, regenrivieren en gemengde rivieren;
• begrijp je waarom er in Nederland veel grind, zand en klei door de rivieren wordt afgezet.