VMTK GMK les 2 darm aandoeningen

1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
WelzijnMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Herhaling maagklachten:
ranitidine is een
A
H2 receptor antagonist
B
protonpompremmer
C
mucosa protectiva

Slide 3 - Quizvraag

protonpomp remmers kan je herkennen aan -prazol
Een H2 receptor antagonist:
A
maakt het maagsap minder zuur
B
bindt het maagzuur
C
remt de aanmaak van maagzuur
D
weet ik niet

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Mevrouw H. gebruikt een antacida. Ze krijgt itraconazol voorgeschreven:
Mevrouw H :

A
mag de itraconazol niet gebruiken
B
itraconazol mag ze wel gebruiken met inname instructies
C
stoppen met de antacida
D
weet ik niet

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

anti emetica
A
beïnvloeden de darm peristaltiek
B
zorgen ervoor dat het maagzuur gebonden wordt
C
beïnvloeden het braakcentrum
D
weet ik niet

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

medicatie bij darmklachten
Geneesmiddelen bij:
  • Verstopping
  • Diarree
  • Steriele darmontsteking
  • Prikkelbaar darmsyndroom

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

verstopping
Geneesmiddelen die gebruikt worden bij verstopping zijn laxantia's 
Deze zijn in te delen in 3 soorten:

  1. - contactlaxantia 
  2. - osmotische laxantia
  3. - Volume vergrotende middelen

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

laxantia
contact laxantia:
  •                          prikkelen de darmwand
  •                          niet langer dan 5 dagen gebruiken:
  •                           darmen worden lui
osmotische en volume vergrotende laxans
  • zorgen voor mee vulling van de darmen
  • verhogen darm peristaltiek 

Slide 10 - Tekstslide

Werking:
Contactlaxantia prikkelen de darmwand (irriteren de darmwand). Het zijn effectieve middelen die kortdurend gebruikt kunnen worden bij verstopping of wanneer de darmen volledig geleegd moeten worden voor een darmonderzoek in het ziekenhuis. 
Toedieningsvormen:
- Oraal (tabletten/capsules/drank)
- Rectaal (zetpil/klysma)
Effect bij langdurig gebruik:
Wanneer de darmen langdurig geprikkeld worden door contactlaxantia kunnen deze "lui" worden. De darmen werken dan niet meer goed zonder deze prikkel, dit geeft dan juist klachten van verstopping. 
Contactlaxantia worden in principe niet langer dan 5 dagen gebruikt. 
Een voorbeeld van een contact laxantia is bisacodyl, dit is zonder recept verkrijgbaar bij drogist en apotheek. Voor een overzicht van contactlaxantia kijk bij de preparaten in hfst 12. 

Hoe dien je een klysma toe
A
oraal
B
rectaal
C
weet ik niet

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Mag een osmotische laxans chronisch gebruikt worden
A
nee, nooit
B
ja, maar alleen rectaal
C
ja, maar alleen oraal

Slide 12 - Quizvraag

Osmotische laxans zorgen ervoor dat de dikke darm meer vocht vast houdt. Hierdoor wordt de ontlasting dunner en heeft het meer volume. Door het grote volume wordt de darmwand geprikkeld en ontstaat een ontlastingsreflex (de darmperistaltiek wordt bevorderd). 
Osmotische laxans zijn te verkrijgen in drank (lactulose), poeder voor drank (movicolon), of als een van de stoffen in een combinatie preperaat van klysma's (bijv. microlax). 
Osmotische laxans geven geen "luie darm" op langer termijn. Vooral de poeder voor drank wordt in de praktijk langdurig voorgeschreven. 

diarree

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Moet diarree altijd behandeld worden?
A
ja
B
nee
C
weet ik niet

Slide 14 - Quizvraag

nee, wanneer je maar 1 of 2x water dunne ontlasting hebt gehad dan is het niet persé nodig dit te behandelen. Alleen wanneer je er last van hebt omdat je bijvoorbeeld op reis gaat dan kan je er een middel voor nemen.
Je spreekt pas van diarree bij meerder keren per dag water dunne ontlasting
Aminosalicylaten (5-ASA-preparaten)
Werking
  • Ontstekingsremmend effect
  • orale middelen werken lokaal!
Verschil in preparaten 
  • Mogen niet onderling verwisselt worden

Contra-indicatie
  • diarree

Slide 15 - Tekstslide

5-ASA-preparaten, zo worden ze genoemd in het boek. 
Werking en toedieningsvorm: deze geneesmiddelen hebben een ontstekingsremmend effect, de precieze werking is niet bekend maar het remt de ontstekingen op het slijmvlies in de darmen. Deze preparaten worden oraal ingenomen (tabletten of capsules) en gaan hun werking pas doen op de plek in de darmen waar de ontsteking zit. Ondanks dat ze oraal ingenomen worden werken ze dus lokaal. 
Verschil in preparaten: Er zijn verschillende preparaten op de markt die deze werking hebben, elk preparaat is op een andere manier ontwikkeld en komt op een andere plek in de darmen vrij dus ondanks dat de werkzame stof het zelfde is, is de werking niet het zelfde!
CI: Wanneer iemand hevige diarree klachten heeft werken deze tabletten niet, de werkzame stof komt dan niet- of pas te laat vrij. 
Preparaten zijn terug te vinden in hoofdstuk 12:
mesalazine
Waarom mogen de Aminosalicylaten niet gegeven worden wanneer de patiënt diarree heeft?
A
omdat er iets anders aan de hand kan zijn dan een ontsteking
B
omdat de diarree door de bijwerking van het medicijn versterkt kan worden
C
omdat het middel dan niet werkt
D
weet ik niet

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Glucocorticosteroïden
Remmen de ontstekingsreactie, de oorzaak van de ontsteking gaat niet weg!
  • glucosorticosteroiden zijn nagemaakt van het lichaamseigen bijnierschorshormoon: 
  • cortison

Slide 17 - Tekstslide

Werking: remmen van de ontstekingsreactie, de oorzaak van de ontsteking gaat niet weg. (Welke behandeltherapie is dit? Causaal, symptomatisch? > symptomatisch). 
Glucocorticosteroïden zijn nagemaakt van het lichaamseigen bijnierschorshormoon cortison. 
Toedieningsvormen:
Oraal: 
prednisolon
Klysma: 
Budesonide
Betamethason
Beclometason
Corticosteroïden worden bij veel meer aandoeningen gebruikt dan alleen steriele darmontstekingen. Ze worden in de loop van de opleiding vaker, en uitgebreider behandelt. De glucocorticosteroïden die gebruikt worden bij darmaandoeningen vind je in hfst 12. 

hoe noem je de behandelvorm van prednisolon?
A
causaal
B
profylactisch
C
palliatief
D
symptomatisch

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Prikkelbaardarm syndroom
behandeling
  • Vooral niet- medicamenteus 

Indien er medicatie gegeven wordt:
  • Mebeverine 
  • Osmotische laxantia 

Slide 19 - Tekstslide

Mebeverine is een spasmolytica en heeft een direct effect op de gladde spieren van het maag-darmkanaal zonder de normale darmmotiliteit aan te tasten. Vanuit de retardcapsules vindt de afgifte geleidelijk plaats.
Echter is er geen bewijs voor het effect van mebeverine bij PDS. Artsen kiezen er daarom voor om patiënten vaak te behandelen met een osmotische laxantia (zoals movicolon). 

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

maak opdracht 2 VMTK GMK
voor de volgende les:
lees hoofdstuk 28
28.1.1 alleen het stuk preparaten
28.2.1 alleen het stuk over preparaten
28.3.1

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies