VMTK GMK les 1 maagklachten

1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
WelzijnMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

aan het eind van deze les weet je
Weten jullie welke medicijnen er gebruikt worden bij maagklachten

 
Weten jullie wat deze geneesmiddelen doen en wat belangrijk is voor een juiste medicatiebewaking

Slide 2 - Tekstslide

vertel de studenten dat deze les aansluit bij de lessen VMTK
welke 3 soorten maagklachten zijn er bij de les VMTK aan bod gekomen?

Slide 3 - Open vraag

Reflux oesofagitis
Ulcus pepticum
Vertraagde maaglediging

Medicatie tegen maagklachten 
  • maagsap minder zuur maken
  • zorgen voor minder maagsap
  • maagslijmvlies beschermen
  • misselijkheid tegengaan

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

 antacida
  •  ze neutraliseren het maagsap
  •  
  • Innemen in drankvorm of kauwtabletten
  • Moet meerdere keren per dag ingenomen worden
  • Interactie : middelen die een zuurmilieu nodig hebben (zoals itraconazol) en geneesmiddelen die zich binden aan het antacida



Slide 5 - Tekstslide

Ze neutraliseren het maagsap, daarnaast verbinden sommige geneesmiddelen zich aan het enzym ‘Pepsine’. Pepsine is een enzym dat eiwitten kan splitsen. Bij beschadiging aan het maagslijmvlies kan dit enzym maagklachten veroorzaken.
Ook bij het binden van het zuur in het maagsap wordt de hoeveelheid pepsine verminderd.
Antacida moeten in de maag snel hun werking doen, anders heeft het middel de maag al verlaten voor het iets heeft kunnen doen. Daarom gaat de voorkeur uit naar een suspensie (dit kun je drinken) of kauwtabletten die heel fijn gekauwd moeten worden. Lokaal of systematische werking? > Lokaal


Een antacida is meestal een combinatie preparaat. wat betekent combinatie preparaat?
het geneesmiddel;
A
werkt tegen verschillende aandoeningen
B
moet samen met een ander middel gegeven worden
C
bevat meerdere stoffen
D
weet ik niet

Slide 6 - Quizvraag

Eigenlijk alle antacida middelen zijn combinatiepreparaten. Dit wil zeggen dat er 2 verschillende geneesmiddelen samengevoegd zijn in 1 product. Magnesiumhydroxine is het meest effectief voor het binden van maagzuur maar kan als bijwerking diarree geven, daarom is er algedraat aan toegevoegd (dit heeft een verstoppende werking)
zorgen voor minder / minder zuur maagsap
secretie remmende middelen
  • protonpompremmers
  •             zorgen voor minder zuur maagsap
  • h2 - antagonisten
  •               zorgen voor minder maagsap

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

protonpompremmers
  • de protonpomp zit in de maagwand
  • laat protonen door die het maagsap zuurder maken
  • door protonpomp remmers wordt deze pomp geblokkeerd
  • bij vermoeden van maagzweer eerst ander oorzaken uitsluiten
stofnaam eindigt op: -prazol

Slide 8 - Tekstslide

Protonpompremmers remmen, de naam zegt het al, de protonpomp. De protonpomp is een eiwit dat voorkomt in het celmembraan. De protonpomp laat protonen (H+ionen) door. Wanneer deze protonen doorgelaten stijgt de zuurgraad ten opzichte van de andere kant. Deze protonpompen zitten in de cellen van de maagwand.
Een protonpompremmer past precies in de opening van de protonpomp waar normaal de protonen doorgelaten worden, hierdoor wordt dit proces geblokkeerd en het maagzuur verminderd.
Bijwerkingen: Buikpijn, misselijkheid, obstipatie en diarree (over het algemeen ervaren patiënten geen bijwerkingen van de protonpompremmers).
Contra-indicatie: Ulcus ventriculi > maagzweer. Bij mensen die last hebben van een maagzweer moet eerst gekeken worden of ze geen andere symptomen vertonen die zouden kunnen wijzen op maagkanker. Bij het gebruik van een protonpompremmer (zoals pantoprazol) kan het zijn dat deze symptomen gemaskeerd worden waardoor maagkanker te laat geconstateerd wordt.
Interactie: met geneesmiddelen die een zuur milieu nodig hebben (zoals itraconazol). In de bijsluiter staat dat men het dan met coca-cola in moet noemen. In principe wordt er bedoeld met koolzuurhoudende dranken maar het officieel alleen met coca-cola getest.
Verder kan het niet tegelijktijdig gebruikt worden met een antacida en kan het de absorptie van bepaalde geneesmiddelen verminderen > zoals bijvoorbeeld acenocoumarol (TD moet worden ingelicht).

itraconazol werk alleen wanneer het maagsap zuur is. Mag het samen met pantoprazol gebruikt worden?
A
ja
B
nee
C
weet in niet

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

H2-receptor antagonisten
  • Remmer de histamine 2 receptoren (H2-receptoren)
  • Verminderde productie maagzuur
  • Voornamelijk bij maagklachten ‘s nachts

stofnaam eindigt op - tidine

Slide 10 - Tekstslide

Werking:
Remmen de histamine 2 (H2)- receptoren in de pariëtale cellen in het maagslijmvlies, dit zijn maagslijmvlies cellen die zorgen voor de productie van maagzuur. Door de H2-receptor te blokkeren/remmen wordt de hoeveelheid maagzuur in de maag verminderd.
Wordt voornamelijk gebruikt door patiënten die ‘s nachts last hebben van maagklachten.
Bijwerkingen:
Obstipatie en diarree (meestal ervaart de patiënt weinig tot geen bijwerkingen)
Contra-indicatie:
Het zelfde als bij de protonpompremmers
Interactie:
Zelfde als bij de protonpompremmers :met geneesmiddelen die een zuur milieu nodig hebben (zoals itraconazol).
Werkzamestof Merknaam
Cimetidine Famotidine
Ranitidine Zantac
In de apotheek zie je wel eens vaker dat iemand overstapt van een h2-receptorantagonist naar een protonpompremmer. Controleer dan altijd bij de patiënt of de h2-receptorantagonist is gestopt, het heeft namelijk geen meerwaarde om deze ook nog te gebruiken. ​
Je kunt de H2-receptorantagonisten herkennen doordat ze allemaal eindigen op tidine. 

beschermen van maagwand
Mucosa = maagslijmvlies
Protectiva = beschermen
Werking:
  • Hechten aan beschadigingen van maagslijmvlies
  • Indringen maagzuur wordt voorkomen

sucralfaat


Slide 11 - Tekstslide

Musosaprotectiva hechten zich aan de beschadigingen van het maagslijmvlies zodat deze beschermd wordt tegen het indringen van het maagzuur.
Mensen moeten deze geneesmiddelen (meestal een suspensie) altijd innemen voordat zij iets eten, omdat er dan meer maagzuur aangemaakt wordt om het eten te kunnen verteren.
Contra-indicatie: ernstige nierfunctiestoornissen
Interactie: het geeft een interactie met bepaalde antibioticasoorten omdat de werking van de antibiotica wordt verminderd. (bijv. ciprofloxacine).
Werkzamestof Merknaam
Sucralfaat Ulcogant
Sucralfaat is verkrijgbaar als suspensie of als granulaat (korrels die gemend moeten worden met water).

Middelen tegen misselijkheid
Anti-emetica

Werking
  • Versnellen maaglediging
  • Verminderen prikkels braakcentrum

Slide 12 - Tekstslide

Anti-emetica gaan braakneigingen tegen.
Dit kan bijvoorbeeld gaan doordat ze de maaglediging versnellen, en het voedsel dus eerder uit de maag verdwijnt. Niet alle anti-emetica zorgen voor een versneld e maaglediging, bij sommige is de werking niet precies bekend. Deze anti-emetica hebben een werking op bepaalde receptoren in het maagdarmkanaal en het braakcentrum in de hersenen, deze receptoren worden dan geblokkeerd.
Braken is namelijk het gevolg van prikkeling in het braakcentrum in de hersenen. Dit braakcentrum kan geactiveerd worden door prikkels in de keelholte of maag, maar ook bij reisziekte of wanneer er ‘giftige’ stoffen zijn die de hersenen passeren.
Bij misselijkheid door een vertraagde maaglediging wordt er gekozen voor domperidon of metoclopramide. Bij misselijkheid door reisziekte wordt er gekozen voor cinnarizine of cyclizine. Bij ernstige misselijkheid (bijvoorbeeld door chemokuur) wordt er gebruik gemaakt van zeer sterke anti-emetica zoals bijvoorbeeld ondansetron. Middelen tegen misselijkheid bij kanker gaan we het later dit blok nog over hebben.

wat is een bijwerking van anti emetica
A
diarree
B
huiduitslag
C
weet ik niet

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

esomeprazol is een
A
protonpompremmer
B
h2 antagonist
C
anti emeticum
D
weet ik niet

Slide 14 - Quizvraag

protonpomp remmers eindigen op prazol
h2 antagonisten eindigen op tidine
welke vragen zijn er?

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

maak opdracht 1 van VMTK GMK
voorbereiding volgende les
Boek farmaceutische patiënten zorg
Hoofdstuk 12: aandoeningen van het maag- darmkanaal

Paragraaf 12.3 (alleen middelen tegen diarree)
paragraaf 12.4.2

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies