Hoe gebruik je aanhalingstekens?
Tussen de aanhalingstekens en de woorden typ je geen spatie.
voorbeeld: Jan roept: "We moeten opruimen!"
Je ziet dat het uitroepteken ook nog voor het aanhalingsteken staat. Dat kan ook bij een vraagteken of een punt.
voorbeeld: Jan fluistert: "We moeten opruimen."
voorbeeld: Jan vraagt: "Moeten we opruimen?"