Spelling en formuleren les 3: Persoonsvorm tegenwoordige tijd

Spelling en formuleren les 3: Persoonsvorm tegenwoordige tijd
Welkom klas 1hvf,
Volg het stappenplan, dan maken we er een goede les van.
Stap 1: Telefoons in de telefoontas.
Stap 2: Pak je schrift, boek, leesboek en je laptop.
Stap 3: Log in bij Lessonup met je eigen naam.
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Spelling en formuleren les 3: Persoonsvorm tegenwoordige tijd
Welkom klas 1hvf,
Volg het stappenplan, dan maken we er een goede les van.
Stap 1: Telefoons in de telefoontas.
Stap 2: Pak je schrift, boek, leesboek en je laptop.
Stap 3: Log in bij Lessonup met je eigen naam.

Slide 1 - Tekstslide

Tja...
Ik heb hier een plaatje van een feestmuts van een kleuter/peuter.

Wat zie je?

Slide 2 - Tekstslide

Wat ga je doen?
Leerdoel: Je kunt aan het einde van de les de persoonsvorm tegenwoordige tijd correct spellen.
Hoe bereik je dit doel?
- Lezen + huiswerkcontrole
- Nakijken huiswerk
-  Oefenen werkwoordspelling tegenwoordige tijd
- Uitleg persoonsvorm tegenwoordige tijd
- Oefenen
- Huiswerk: blz. 36 en 37 opdr. 1 t/m 4.

Slide 3 - Tekstslide

Lezen in je leesboek
Deadline opdracht fictie: 7 maart
Volgende week leg ik de opdracht uit.

timer
10:00

Slide 4 - Tekstslide

Nakijken huiswerk: opdr. 2
1. Het Amsterdamse Waterlooplein en dierentuin Artis liggen niet ver uit elkaar.
2. Mijn vriend Cornald van der Meer woont in de Brabantse gemeente Oisterwijk.
3. Gaat Lotte van der Veen iedere lente naar de Canarische Eilanden?
4. In augustus zwom Koen ter Hek uit Stavoren het IJsselmeer over.
5. Wat is 'Kort van Memoire' toch een grappige achternaam voor een historicus.
6. Op de Olympische Spelen wil schaatster Ireen Wüst nog een keer goud halen.

Slide 5 - Tekstslide

Opdracht 3
Op een dag ving een leeuw een muis. Het beeste vroeg de leeuw hem los te laten. In ruil daarvoor beloofde hij de leeuw te helpen. Daar moest de leeuw hard om lachen, maar hij liet de muis toch lopen. Niet lang daarna hoorde de muis een luid gebrul in het bos. Jagers hadden de leeuw gevangen in een net waaruit hij niet kon ontsnappen. De muis begon meteen te knagen en al snel was er een groot gat in het net. Zo kwam de leeuw vrij. De kleine muis redde het leven van de grote leeuw en ze beleven voor altijd vrienden.

Slide 6 - Tekstslide

Opdracht 5
1.  treintje                                    9. skietje
2. radiootje                                10. kringetje
3.museumpje                           11. parapluutje
4. cd'tje                                        12. beloninkje
5. verrassinkje
6. ventje
7. baby'tje
8. bezempje

Slide 7 - Tekstslide

Let op
Zo meteen komen er vier vragen.

Heb je ze alle vier goed? Dan hoef je niet mee te doen met de uitleg. Maak dan opdr. 1 t/m 4 op blz. 36 en 37

Heb je er één of meer fout? Dan doe je wel mee met de uitleg

Slide 8 - Tekstslide

Noteer de juiste vorm van het werkwoord dat tussen haakjes staat: Ik hoop dat ik (schitteren) in de volgende wedstrijd.

Slide 9 - Open vraag

Noteer de juiste vorm van het werkwoord dat tussen haakjes staat:
Nienke (ademhalen) opgelucht, de toets zit erop.

Slide 10 - Open vraag

Noteer de juiste vorm van het werkwoord dat tussen haakjes staat, vergeet de hoofdletter niet: (Rijden) jij nog wel eens naar Leeuwarden?

Slide 11 - Open vraag

Noteer de juiste vorm van het werkwoord dat tussen haakjes staat: Met alle informatie die er is, (volharden) hij zich nog steeds in zijn ontkenning

Slide 12 - Open vraag

Persoonsvorm tegenwoordige tijd
De persoonsvorm tegenwoordige tijd wordt ook wel onvoltooid tegenwoordige tijd genoemd (o.t.t.).
Waarom is het onvoltooid? Het is nog niet afgelopen.
Stappenplan werkwoordspelling:
Stap 1: kijk of het werkwoord een persoonsvorm is. (vragend maken of andere tijd.
Stap 2: Maak de ik-vorm van het werkwoord.
Stap 3: Vul in plaats van het werkwoord, het werkwoord lopen in. Hoor je de -t? Dan schrijf je de -t.

Slide 13 - Tekstslide

Vul de juiste vorm van het werkwoord in dat tussen haakje staat: Als Nadja in de zaal is, (worden) ze naar haar stoel begeleid.

Slide 14 - Open vraag

Vul de juiste vorm van het werkwoord in dat tussen haakje staat: (verdwijnen) ....... de goochelaar ook als hij de truc doet?

Slide 15 - Open vraag

Instructie
Leren: Theorie groene kader blz. 32, 34 en 36
Maken: blz.36+37 opdr 1 t/m 4

Klaar: lezen

Slide 16 - Tekstslide