Blok 8, week 2 en les 6

• Rekenen
• Basisschool
• Groep 7

Een kwart is hetzelfde als.... ?

1. 1/4
2. 2/4
3. 3/4
4. 1/2

Een driekwart is hetzelfde als.... ?

1. 1/4
2. 2/4
3. 3/4
4. 1/2

De fiets kost 360 euro. Ik betaal 1/4 deel. De rest betaald mijn moeder.
Hoeveel betaald mijn moeder?

1. € 90,-
2. € 180,-
3. € 270,-
4. € 300,-

Een telefoon kost 400 Euro. Ik betaal een tiende.
Mijn vader betaald de rest.
Hoeveel betaald mijn vader?

1. € 40
2. € 160,-
3. € 300,-
4. € 360,-

LESDOEL

Ik kan breuken, kommagetallen, percentages en verhoudingen in elkaar omzetten.

Wat weet jij over breuken, procenten en kommagetallen?

30%.
Welke breuk en welk kommagetal hoort hierbij?

1. 0,25 en 1/4
2. 0,20 en 1/5
3. 0,7 en 7/10
4. 0,3 en 3/10

Wat betekent 30%

Dat betekent:

• 30 van de 100
• 3 van de 10
• Welke breuk hoort hierbij?
  

Hoe ver is de slak? Kies het juiste antwoord uit A , B en C.

A

B

C

Ik moet 10 km lopen. Ik heb nu 1/4 deel gelopen?
Hoeveel is 1/4 deel?

1. 0,25 en 25%
2. 0,20 en 20%
3. 0,75 en 75%
4. 0,10 en 10%

1/5 deel is hoeveel procent?

1. 10%
2. 20%
3. 30%
4. 40&

3/5 = ... %

7/10 = .... %

Aan het werk

 Blok 8, week 2 en les 6

1. Opgave 2 (als het te moeilijk is opgave 1)

3. Weektaak

4. Boek lezen

Helemaal klaar?

* WEEKTAAK!

Drie vragen achter elkaar fout?

Waarschuw Meester Mohammed!!!

Niet verder werken!!!