De hoofdgedachte van een tekstgedeelte vind je vaak op een voorkeurs-plaats: het begin of het eind van een tekstgedeelte.
Bij een alinea zoek je de kernzin, meestal de eerste, soms de tweede of de laatste zin.
Bij een groepje alinea’s, vaak een deelonderwerp, zoek je eerst in de laatste en de eerste alinea. Je vindt de hoofdgedachte vaker daar dan in tussenliggende alinea’s.