Zakelijke e-mail herhaling

Welkom bij Nederlands
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Welkom bij Nederlands

Slide 1 - Tekstslide

Aan het einde van deze les:

  • Weet ik hoe ik een zakelijke e-mail moet schrijven
  • Kan ik de regels voor het schrijven van een zakelijke e-mail toepassen.

Slide 2 - Tekstslide

De komma
Met een komma maak je een zin overzichtelijker. Je laat zien waar de lezer een korte pauze kan inlassen.

  1. Zet een komma tussen twee persoonsvormen.

Voorbeeld:
  • Wat Sara durft, is echt heel moedig.
  • Als je hier de hoek om gaat, kom je bij de bushalte.

Slide 3 - Tekstslide

Hoe vind je de persoonsvorm in een zin? 

Slide 4 - Tekstslide

Zet de komma op de juiste plek.

Terwijl ik nog in bed lig staat mijn moeder al de was te strijken

Slide 5 - Open vraag

Als je goed luistert hoef ik het niet nogmaals uit te leggen.
Waar komt een komma te staan?

Slide 6 - Open vraag

Uitleg: komma
Zet komma's tussen de delen van een opsomming. Voor en of of schrijf je geen komma. 

Voorbeeld:
  • We gingen zwemmen, snorkelen en surfen. 

Slide 7 - Tekstslide


Voor Nederlands heb ik een boek schrift en pen nodig.

Slide 8 - Open vraag

ik heb gisteren aardappels vlees groenten en vla gegeten 

Slide 9 - Tekstslide

Uitleg: komma
Zet een komma voor de signaalwoorden maar, want, omdat, doordat, tenzij, terwijl, mits, zodat, zodra.

Voorbeeld:
  • Ik ga op tijd naar huis, want ik moet morgen vroeg op.. 

Slide 10 - Tekstslide

Voor welk woord komt de komma?

Hij is ziek want hij heeft koorts.

Slide 11 - Open vraag

Ik vind dit onderwerp makkelijk daardoor is de les leuk.

Slide 12 - Tekstslide

Waar gaat de volgende toets over?

Slide 13 - Woordweb

Een zakelijke mail stuur je
A
naar je (beste) vrienden
B
naar bedrijven of instellingen

Slide 14 - Quizvraag

De opmaak
  • Vul de onderwerpsregel in  (kort en bondig)

  • Aanhef
  • Inleiding
  • Middenstuk; grootste alinea ( of meerdere alinea's) 
  • Afsluiting
  • Slotformule
  • Naam

Slide 15 - Tekstslide

Wat zet je in de onderwerpregel van je e-mail?

Slide 16 - Open vraag

Kies de juiste aanhef...
A
Hallo meneer/ mevrouw,
B
Geachte meneer/ mevrouw,
C
Geachte meneer en mevrouw,
D
Geacht restaurant Molenvliet,

Slide 17 - Quizvraag

geachte mevrouw van beek

Slide 18 - Open vraag

Het schrijven van namen
  • Je schrijft een hoofdletter waar de naam begint (mevrouw Van Beek)
  • Dit kan de voornaam zijn, maar ook de achternaam
  • Let goed op bij de tussenvoegsels (de, van, van der, etc.)
  • In de aanhef gebruik je alleen de achternaam 




Slide 19 - Tekstslide

Het schrijven van namen
Geachte mevrouw Sluis,
Geachte mevrouw Sluis - van Wiel,
Geachte mevrouw De Waag - Dekkers,
Geachte mevrouw Van Geest - van der Togt,
Geachte heer Wagemakers,
Geachte heer Van 't Lam,

Geachte heer/mevrouw, 

Slide 20 - Tekstslide

Je schrijft de zakelijke e-mail aan Lars Wouters. Welke aanhef gebruik je?
A
Geachte meneer Wouters,
B
Geachte Lars Wouters,
C
Geachte meneer/ mevrouw,

Slide 21 - Quizvraag

Noteer de juiste aanhef voor 'marietje van der veen'

Slide 22 - Open vraag

De inleidende zin
  • Stel jezelf voor. 'Mijn naam is Lara Lopez.( Ik ben 14 jaar  en ik zit op het Zuiderzee College'. )
  • Vertel waarom je de e-mail schrijft: 'Ik schrijf deze mail, omdat...'

Slide 23 - Tekstslide

Wat is jouw eerste zin bij het schrijven van een zakelijke e-mail?

Slide 24 - Open vraag

Het middenstuk

  • In het middenstuk beschrijf je punten uit de opdracht.
  • Beschrijf de punten kort en bondig.
  • Bedenk er alleen dingen bij als dat in de opdracht gevraagd wordt.
  • Maak alleen gebruik van woorden die je goed kent, dit voorkomt spelfouten! 
  • Maak de zinnen niet te lang.

Slide 25 - Tekstslide

In een zakelijke email spreek je de geadresseerde aan met 'u'
A
juist
B
onjuist

Slide 26 - Quizvraag

Afsluiting
- In de afsluiting rond je de e-mail netjes af. 

- Benoem wat je verwacht van de geadresseerde.

- Bij een klacht of verzoek bedank je de geadresseerde alvast voor de moeite.

Slide 27 - Tekstslide

Bedenk een goede slotzin voor de afsluiting van een zakelijk e-mail.

Slide 28 - Open vraag

met vriendelijke groeten dani van der plas

Slide 29 - Open vraag

Slotformule en je naam
Gebruik de slotformule:
  • Met vriendelijke groet,

Onder 'Met vriendelijke groet' sluit je af met je voor- en achternaam.

Slide 30 - Tekstslide

Welke slotformule gebruik je voor het afsluiten van een zakelijk e-mail?

Slide 31 - Open vraag

Onderaan de e-mail schrijf je
A
je voornaam
B
je achternaam
C
je voor- en achternaam

Slide 32 - Quizvraag

Conventies zakelijke e-mail
  • Aan:
  • CC:
  • BCC:
  • Onderwerp::        Het onderwerp van de mail
  • Aanhef                  (Geachte heer, mevrouw,)
  • Inleiding               (Mijn naam is.............  + reden van schrijven)
  • Kern                        (Behandel de punten)                                Denk aan de alinea's! 
  • Slot                          (Benoem je verwachtingen en bedank bij een klacht of verzoek) 
  • Slotformule         (Met vriendelijke groet, )
  • Jouw  voor- en achternaam    

Slide 33 - Tekstslide

Wat heb ik geleerd?

Slide 34 - Woordweb