Woche 36

Wiederholung
haben - sein - werden
Wörter A
Wörter B
1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 4

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Wiederholung
haben - sein - werden
Wörter A
Wörter B

Slide 1 - Tekstslide

vertaal:
jeder

Slide 2 - Open vraag

nur

Slide 3 - Open vraag

kaum

Slide 4 - Open vraag

leicht

Slide 5 - Open vraag

draußen

Slide 6 - Open vraag

gleich

Slide 7 - Open vraag

recht

Slide 8 - Open vraag

der Hügel

Slide 9 - Open vraag

der Ort

Slide 10 - Open vraag

der Felsen

Slide 11 - Open vraag

das Gepäck

Slide 12 - Open vraag

die Insel

Slide 13 - Open vraag

die Umgebung

Slide 14 - Open vraag

zelten

Slide 15 - Open vraag

der Gipfel

Slide 16 - Open vraag

der Aufenthalt

Slide 17 - Open vraag

Haben und Sein

Slide 18 - Tekstslide

Het werkwoord sein
ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie
bin
bist
ist
sind
seid
sind

Slide 19 - Sleepvraag

Het werkwoord haben
ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie
habe
hast
hat
haben
habt
haben

Slide 20 - Sleepvraag

Werden

Slide 21 - Tekstslide

Het werkwoord werden
ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie
werde
wirst
wird
werden
werdet
werden

Slide 22 - Sleepvraag

IDEWIS + esttenten
2 rijtjes:
stam ertussen en klaar

(zie bord)

esttenten: let erop hoe je die 'knipt' 

Slide 23 - Tekstslide

Regel: feesttenten 

Slide 24 - Tekstslide

lachen
jullie lachen =
A
sie lachen
B
ihr lacht
C
Sie lachen
D
Sie lacht

Slide 25 - Quizvraag

gehen
ik ga
A
ich geht
B
ich gehst
C
ich geh
D
ich gehe

Slide 26 - Quizvraag

Ludwig woont
A
Ludwig wohnt
B
Ludwig wohnst
C
Ludwig wohn
D
Ludwig wohnen

Slide 27 - Quizvraag

Mijn ouders werken
Meine Eltern
A
arbeit
B
arbeiten
C
arbeitet
D
arbeitest

Slide 28 - Quizvraag

hij antwoordt

Slide 29 - Open vraag

Martha werkt
A
Martha arbeit
B
Martha arbeitst
C
Martha arbeitet
D
Martha arbeitest

Slide 30 - Quizvraag

voltooid deelwoord van een regelmatig werkwoord
A
ge+stam+ d/t
B
ge+stam+en
C
ge+stam+t
D
ge+stam+d

Slide 31 - Quizvraag

Hij heeft in Belgie gewoond = Er .... in Belgien ...........

Slide 32 - Open vraag

werkwoorden met a in stam
Deze video is niet meer beschikbaar
Welke video was dit?

Slide 33 - Tekstslide

deze week:
7.2 - 8.1 - 8.3 – 11.2 – 13.2 - 14.2 - 16.1 

Slide 34 - Tekstslide

ga naar het online boek op de ipad

Maak de Sehen en hören opdracht 6.2
Maak de Sprechen opdrachten 3, 4 en 5

Slide 35 - Tekstslide