R: Ik weet wat signaalwoorden zijn voor de tekstverbanden oorzaak-gevolg
T1: Ik kan de signaalwoorden voor oorzaak-gevolg herkennen in een tekst
T2: Ik aan passend signaalwoord voor oorzaak-gevolg invullen in een zin
I: Ik kan zelf een korte tekst schrijven waarin ik een signaalwoord voor oorzaak-gevolg gebruik.