BS 2: Overeenkomst en verwantschap

• Biologie
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Welkom!

Doe je telefoon in je tas

Ga op je plek zitten

Log in bij LessonUp en open je boek op blz. 176

Planning

• Terugblik
• Leerdoelen
• Uitleg BS 2
• Oefenen met BS 2
• Huiswerk
• Afsluiting

Terugblik

Zijn bacteriën prokaryoot of eukaryoot?

1. Eukaryoot
2. Prokaryoot

Geef de juiste volgorde van het systeem van ordening.

Soort

Stam

Klasse

Orde

Rijk

Geslacht

Familie

BS 2: Overeenkomst en verwantschap

Leerdoelen

• Je kunt uitleggen wanneer organismen tot zelfde soort behoren.
• Je kunt uitleggen dat de indeling van organismen berust op overeenkomst en verwantschap.

Hoeveel soorten
dieren zijn er denk jij?

Hoeveel ?

Naar schatting leven er in totaal 13.620.000 soorten op aarde!

Soorten

Organismen behoren tot hetzelfde soort:

• als ze zich samen kunnen voortplanten

       en de nakomelingen vruchtbaar zijn.

Honden: Wel 1 soort

+

=

    Beagle                       Pug                              Puggle

                                                                  (kan voortplanten)

zelfde soort

ander ras

Leeuw en Tijger: Niet 1 soort

+

=

      Leeuw                            Tijger                              Lijger

                                                               (kan niet voortplanten)

Afrikaanse olifant

Indische olifant

Evolutie

Organismen van dezelfde soort lijken op elkaar, maar er kunnen ook kleine verschillen zijn. Dit heet variatie.

Door variatie ontstaat selectie.

Het ontstaan, veranderen en verdwijnen van soorten noem je evolutie.

Verwantschap

Hoe dichter soorten verwant zijn, hoe meer overeenkomsten in hun DNA.

DNA sequencing

DNA-sequentie: de volgorde van de DNA-basen.

DNA-sequencing: het in kaart brengen van DNA-sequenties.

De basenvolgordes worden gebruikt bij het vergelijken en ordenen van organismen.

Zijn er nog vragen?

Oefenen met de leerdoelen!

Wat betekent het dat een nijlpaard dichter verwant is aan walvissen dan aan paarden?

Huiswerk

Maak van 3.2 opdracht 1 t/m 8 (blz. 178)

Weet je een vraag niet? Lees de tekst nog eens. Vraag het daarna pas aan de docent.

Klaar? Kijk je huiswerk na, flitskaarten, test jezelf,

Biologiepagina, lees de basisstof nog eens