Jij gaat op onderzoek uit en geeft antwoord op de vragen:
1. Wat is een signaalwoord?
2. Wat hebben signaalwoorden en alineaverbanden met elkaar te maken?
3. Welke manieren zijn er om het verband tussen alinea's aan te geven? Noem er tenminste vier.
4. Geef tenminste zeven alineaverbanden en geef een voorbeeld bij elk verband.