De Bloedsomloop BS 1 t/m 4 oefenles voor toets

• Biologie
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

 Bloed

Beste leerlingen uit klas 2,

In deze lessonup worden bs 1 t/m 4 herhaald en gecheckt.

Je krijgt steeds wat informatie (soms via een video), lees en kijk goed. Daarna volgen enkele vragen.

Op de vragen zit een tijdslot waarbinnen je de vraag moet beantwoorden.

Succes!

Bloed

Een mengsel van:

• Vaste bestanddelen
  (=bloedcellen)
• Vloeibare bestanddelen
  (=bloedplasma)

Samenstelling

• Bloedcellen:
  - Rode bloedcellen
  - Witte bloedcellen
  - Bloedplaatjes
• Bloedplasma (=serum)
  - Plasma-eiwitten
  - Water
  - Opgeloste stoffen

Bloedplasma

• Vloeistof
• Vervoert:
  - Zuurstof (een beetje)
  - Koolstofdioxide (een beetje)
  - Voedingsstoffen
  - Afvalstoffen

     - Warmte

Rode bloedcellen

• Hebben geen celkern
• Kleine ronde holle schijfjes
• Bevatten hemoglobine (ijzer)     -> rode kleur
• Vervoeren zuurstof

Witte bloedcellen

• Hebben een celkern
• Hebben geen vaste vorm
• Veel verschillende typen
• Bestrijden ziekteverwekkers 

       -fagocytose

       -aanmaak antistoffen

Wat is de belangrijkste taak van de rode bloedcellen?

1. Vervoeren van zuurstof
2. Ziekteverwekkers doden
3. Bloed laten stollen

Welke van deze 'onderdelen' van bloed hoort bij de VASTE bestanddelen?

1. Water
2. Bloedplaatjes
3. Plasma-eiwitten
4. Opgeloste stoffen

Wat is de belangrijkste taak van de witte bloedcellen?

1. Zuurstof vervoeren
2. Ziekteverwekkers doden
3. Bloed laten stollen

De Bloedsomloop

de bloedsomloop

= de weg die het bloed door het lichaam aflegt

-mensen hebben een dubbele bloedsomloop

Kleine bloedsomloop.

• route: rechterkamer-longen- linkerboezem.

Volg de pijltjes, begin in de rechterkamer.

• reden van deze bloedsomloop:afvalstoffen afgeven, zuurstof ophalen.
  

Grote bloedsomloop.

• start: linkerkamer-organen-rechterboezem.

Volg de pijltjes, begin in de linkerkamer (lk)

• Reden van deze bloedsomloop: zuurstof afleveren bij cellen en afvalstoffen ophalen.
  

Hoe loopt de grote bloedsomloop?

1. hart, longen, hart
2. hart, lichaam, hart
3. lichaam, hart
4. longen, hart

Wat is de functie van de kleine bloedsomloop?

1. Via de kleine bloedsomloop wordt bloed naar de darmen gepompt. Daar worden voedingsstoffen opgenomen in het bloed.
2. In dit gedeelte van de bloedsomloop wordt lymfe opgenomen in het bloed.
3. Via de kleine bloedsomloop wordt bloed naar de longen gepompt. Daar wordt zuurstof opgenomen in het bloed.

Waar zitten de hartkleppen?

1. Tussen de linker - en de rechterhelft van het hart
2. Tussen het hart en de aorta en longslagader
3. Tussen de boezems en kamers in het hart
4. In de aders die naar het hart toelopen

Waar liggen de kransslagaders?

1. In je hoofd
2. In je longen
3. In je hart
4. In je benen

Wat betekent een hartslag van 70?

1. Het hart klopt 70 x per seconde
2. Het hart klopt 70 x per minuut
3. Het hart klopt 70 x per kwartier
4. Het hart klopt 70 x per uur

(1)Gaat de longslagader van het hart af of naar het hart toe?
Is het bloed in de longslagader zuurstofarm of zuurstofrijk?

1. Van het hart af - Zuurstofarm
2. Van het hart af - Zuurstofrijk
3. Naar het hart toe - Zuurstofarm
4. Naar het hart toe - Zuurstofrijk

Het hart pompt het bloed rond met heel veel kracht. Welke kamer van het hart is het sterkst?

1. linkerboezem
2. linkerkamer
3. rechterkamer
4. rechterboezem

de bloedvaten 

- slagaders

-haarvaten

-aders

slagaders

-lopen van het hart af.

- hebben een gespierde wand

- de bloeddruk is hoog

- liggen vaak diep in het lichaam

- bevatten zuurstofrijk bloed (niet de longslagaders)

haarvaten

- zijn maar 1 cellaag dik

- vormen een netwerk

- de bloeddruk is laag

- er vindt uitwisseling plaats van stoffen

aders

- lopen naar het hart toe

- de bloeddruk is laag

- de wanden zijn minder gespierd

- liggen minder diep in je lichaam

- bevatten vaak kleppen

- bevatten zuurstofarm bloed (niet de longaders)

spierpomp

naam van de bloedvaten

De slagaders worden genoemd naar het orgaan waar ze heen stromen.

De aders worden genoemd naar het orgaan waar ze vandaan stromen.

uitzondering: bloedafvoer van het darmkanaal!

Dit gaat via de poortader naar de lever.

welke drie soorten bloedvaten zijn er?

1. Aorta, slagaders en aders
2. Aorta, aders en haarvaten
3. Aorta, slagaders en haarvaten
4. Slagaders, aders en haarvaten

Bevatten slagaders altijd zuurstofrijk bloed?

1. ja
2. nee

Je kunt je hartslag 'meten' bij je pols. Je voelt het bloed dan in een....

1. bindweefsel, spierweefsel en dekweefsel
2. slagader
3. ader
4. haarvat

Wat geeft nummer 2 aan?

1. een slagader
2. een ader
3. een haarvat

(!)Wat is er bijzonder aan de longader?

1. De bloeddruk is er hoog
2. Hij loopt van het hart af
3. Hij bevat zuurstofrijk bloed
4. Hij heeft een gespierde wand

In welke bloedvaten is de bloeddruk laag?

1. In haarvaten en aders
2. alleen in aders
3. alleen in haarvaten