Schrijf twee dingen op die je het afgelopen weekend hebt gehoord, gezien of gelezen in het nieuws. Dit mag iets zijn van de televisie, Instagram, TikTok, of zelfs via vrienden of familie.
In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
Welkom!
Startopdracht:
Schrijf twee dingen op die je het afgelopen weekend hebt gehoord, gezien of gelezen in het nieuws. Dit mag iets zijn van de televisie, Instagram, TikTok, of zelfs via vrienden of familie.
(Je mag het ook tekenen.)
Slide 1 - Tekstslide
Pluriforme samenleving
4.2 verhuizen naar een ander land
Slide 2 - Tekstslide
Planning
Startopdracht actualiteit - 5 minuten
Herhaling - 5 minuten
Leerdoelen - 2 minuten
Uitleg - 15 minuten
Leerdoelen check - 3 minuten
Aan het werk - 10 minuten
Afsluiting - 2 minuten
Slide 3 - Tekstslide
De dominante cultuur is:
A
De cultuur van een kleine groep mensen
B
De cultuur waarin één iemand de baas (dus dominant) is.
C
De cultuur die de meeste mensen in een land hebben.
D
De normen waarden en gewoonten van een groep mensen
Slide 4 - Quizvraag
Een subcultuur is...
A
Mensen die zich niet aan de regels houden
B
De cultuur die overal in een land aanwezig is
C
Cultuur van een kleine groep mensen
D
Wat je belangrijk vindt in het leven
Slide 5 - Quizvraag
Dominante of een subcultuur?
A
Dominante cultuur
B
Subcultuur
Slide 6 - Quizvraag
Dit is een subcultuur op basis van:
A
woonplaats
B
politiek
C
Geloof
D
werk
Slide 7 - Quizvraag
Dit is een subcultuur op basis van:
A
Geloof
B
Woonplaats
C
Beroep
D
Politiek
Slide 8 - Quizvraag
Leerdoel
Aan het eind van de les kun je minimaal twee redenen voor migratie benoemen en herkennen in verschillende situaties.
Slide 9 - Tekstslide
nos.nl
Slide 10 - Link
Migreren
Migreren betekent verhuizen
Emigratie is verhuizen naar een ander land
Immigratie is als mensen uit andere landen in Nederland zijn komen wonen
Zolang er mensen zijn komt migratie voor
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Video
Waarom je land verlaten?
1. Op zoek naar werk = gastarbeiders
2. Op de vlucht = asielzoekers
3. Uit de koloniën = Suriname en Indonesiers
4. Samen met je gezin = gezinshereniging / gezinsvorming
Slide 13 - Tekstslide
Gastarbeiders
Jaren '60 en '70
Marokkanen en Turken
Om hier in Nederland te werken
Deden werk dat veel Nederlanders niet wilden doen
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Video
Asielzoekers
Te gevaarlijk in eigen land
Oorlog
Homoseksueel
Politieke mening
Vragen asiel aan: toestemming om te mogen blijven
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Video
Komen terecht in een asielzoekerscentrum (azc).
Lopen ze echt gevaar in hun eigen land? Dan krijgen ze een verblijfsvergunning. Ze mogen dan dus blijven in bijvoorbeeld Nederland.
Slide 18 - Tekstslide
Uit de koloniën
Veroverde gebieden om winst te maken
Suriname, Indonesië en de Antillen
Onafhankelijkheid
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Video
Samen met je gezin
Gezinshereniging = wanneer leden van een gezin weer bij elkaar komen
Gezinsvorming = wanneer iemand naar Nederland komt om hier te trouwen
Slide 21 - Tekstslide
Leerdoel
Aan het eind van de les kun je minimaal twee redenen voor migratie benoemen en herkennen in verschillende situaties.
Slide 22 - Tekstslide
Opdracht Redenen van migratie
Jullie gaan rondlopen in de klas en bij elke stop lees je een situatie die te maken heeft met migratie. (2-3 minuten)
Je schrijft op een blad de reden waarom deze persoon of groep naar Nederland kwam.
Er zijn vier redenen voor migratie: ........., ............, ........., ..........
Na het rondlopen ga je een klasgenoot opzoeken en bespreek je jullie antwoorden (2-4 min.). Ben je eerder klaar? Schrijf dan bij elk antwoord twee groepen mensen die om die reden naar Nederland zijn gekomen.