paragraaf 5.1 Tijd

Deze les: 5-1 tijd
Ik kan rekenen met tijd

KB: Bladzijde 152
GL: Bladzijde 148
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Deze les: 5-1 tijd
Ik kan rekenen met tijd

KB: Bladzijde 152
GL: Bladzijde 148

Slide 1 - Tekstslide

Omrekenen tijd

Slide 2 - Tekstslide

Omrekenen met tijd

Slide 3 - Tekstslide

Tijd is een
A
Grootheid
B
eenheid

Slide 4 - Quizvraag

Wat is GEEN eenheid van tijd?

A
Etmaal
B
Minuut
C
Meter
D
Dagen

Slide 5 - Quizvraag

2,5 dag bestaat uit
A
36 uur
B
54 uur
C
60 uur
D
62 uur

Slide 6 - Quizvraag

6,25 uur bestaat uit
A
360 minuten
B
385 minuten
C
625 minuten
D
375 minuten

Slide 7 - Quizvraag

Digitale tijd omrekenen
Reken 4:03:12 om naar seconden

4 uur, 3 minuten, 12 seconden, dus
4 x 60 x 60 + 3 x 60 + 12 = 14592 seconden

Slide 8 - Tekstslide

3 x 60 x 60 + 15 x 60 + 16 = 11716 seconden
2 x 60 + 3 = 123 seconden
2 x 60 x 60 + 3 x 60 + 13 = 7393 seconden
3:15:16
2:03
2:03:13

Slide 9 - Sleepvraag

Welke digitale notatie hoort bij
183 seconden?
A
1:83
B
3:03:0
C
0:03:03
D
0:3:3

Slide 10 - Quizvraag

3:05 + 4:55 =



(geef je antwoord in digitale notatie)

Slide 11 - Woordweb