B1 Mondiale spreidings- en relatiepatronen

Welkom terug bij Aardrijkskunde! 
Startklaar:
  • Jas uit, tas op de grond
  • telefoon in zakkie
  • map en pen op tafel  
  • kladpapier op tafel
les 1
1 / 52
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 52 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 180 min

Onderdelen in deze les

Welkom terug bij Aardrijkskunde! 
Startklaar:
  • Jas uit, tas op de grond
  • telefoon in zakkie
  • map en pen op tafel  
  • kladpapier op tafel
les 1

Slide 1 - Tekstslide

Programma 
  • Overzicht Domein B bekijken
  • Uitleg landen indicatoren en het wereldsysteem
  • Flashcards schrijven
  • Afsluiting
Week 1
Week 2
Week 3
Week 4
Week 5
Week 6
Week 7
Week 8
Referentie
toetsen
Bespreking SE

PO

Domein B
Vakantie
Domein B

Quickscan


Examen-training
Examen-
training
Examen-
training

Slide 2 - Tekstslide

Lesdoel(en)
Aan het einde van de les kan je:
  • kan je per dimensie landen indicatoren opnoemen
  • kan je de drie groepen uit het wereldsysteem uitleggen aan de hand van landen indicatoren
      

Slide 3 - Tekstslide

Overzicht Domein B
B1
Mondiale spreidings- en relatiepatronen
B2
Het proces van globalisering

Slide 4 - Tekstslide

Domein B: Wereld
B1: Mondiale spreidings- en relatiepatronen
Landen 
indicatoren
Het vergelijken en categoriseren van landen is mogelijk door landen indicatoren. 
Hierdoor kan je landen indelen in groepen. 

Let op: 
- landen indicatoren gebruik je meestal op nationale schaal
- ruimtelijke en sociale verschillen binnen een land blijven zo onzichtbaar


Slide 5 - Tekstslide

Kladpapier
Fysisch
Dimensie 2
Dimensie 3
Dimensie 4
Dimensie 5
Aanwezigheid natuurijke hulpbronnen
...
...
...
...
  1. Wat zijn de 5 dimensies?
  2. Welke landen indicatoren ken je?

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Domein B: Wereld
B1: Mondiale spreidings- en relatiepatronen
Economische indicatoren
  • Bruto nationaal product 
  • Koopkracht
  • Bruto binnenlands product
  • Verdeling van beroepsbevolking 
de waarde aan van alle goederen en diensten die door inwoners van een land worden geproduceerd. Dit kan ook in het buitenland zijn.
primaire sector (landbouw/mijnbouw)
secundaire sector (industrie)
tertiaire sector (diensten)
de hoeveelheid goederen en diensten die je kan kopen met je geld
de waarde aan van alle goederen en diensten die in een land worden geproduceerd

Slide 8 - Tekstslide

Domein B: Wereld
B1: Mondiale spreidings- en relatiepatronen
Demografisch indicatoren
  • bevolkingsspreiding
  • bevolkingsdichtheid 
  • bevolkingsgroei: natuurlijk of sociaal
  • fase in demografische transitie

Slide 9 - Tekstslide

Domein B: Wereld
B1: Mondiale spreidings- en relatiepatronen
Sociaal-
culturele
indicatoren
  • Analfabetisme
  • VN-ontwikkelingsindex (HDI) 

Slide 10 - Tekstslide

BNP
Analfabetisme
Levensverwachting
Mate van corruptie
% primaire sector

Slide 11 - Tekstslide

Domein B: Wereld
B1: Mondiale spreidings- en relatiepatronen
Wereldsysteem
Met behulp van landen indicatoren kan je landen indelen in het wereldsysteem: 
  • Centrum
  • Semi-periferie
  • Periferie

Dit is ontstaan tijdens de koloniale tijd.
De relaties tussen deze landen verandert, omdat de internationale arbeidsverdeling verandert. 
 

Slide 12 - Tekstslide

Veel bedrijven uit Centrum verplaatsen hun productie naar lagelonen landen.
Economie van deze landen groeit harder, dan de economie van de centrumlanden. 

Slide 13 - Tekstslide

Flashcards
Schrijf hier de vraag
B1
1. Noem sociaal-culturele landen indicatoren
2. Noem demografische landen indicatoren
3. Noem economische landen indicatoren
4. Noem politieke landen indicatoren
5. Waarom gebruiken we landen indicatoren en wat zijn de beperkingen?
6. Wat is het wereldsysteem? 

Slide 14 - Tekstslide

1
  • analfabetisme
  •  % meisjes dat naar school gaat 
  • godsdienst 
  • taal 
  • ...

* Let op! Sociaal-culturele indicatoren zeggen niet altijd iets over economische ontwikkeling. 

Slide 15 - Tekstslide

2
  • Sterftecijfer
  • Geboortecijfer
  • levensverwachting
  • zuigelingensterfte  / kindersterfte 
  • fase demografisch transitiemodel
  • ...

Slide 16 - Tekstslide

3
  • BNP
  • BBP
  • Verdeling beroepsbevolking (primaire, secundaire, tertiaire sector) 
  • ... 


Slide 17 - Tekstslide

4
  • democratisch gehalte
  • mensenrechten
  • corruptielevel
  • ... 

Slide 18 - Tekstslide

5

Gebruiken landen indicatoren om landen met elkaar te vergelijken en tot een indeling van de wereld te komen. 

Werken met BNP heeft ook nadelen:
  • geen inzicht in regionale verschillen
  • geen inzicht in sociale ongelijkheid
  • BNP zegt niks over levensomstandigheden
  • Informele sector wordt niet meegenomen 

Oplossingen: VN-ontwikkelingsindex (combi welzijn + welvaart) of Bruto Regionaal Product

Slide 19 - Tekstslide

6
Wereldsysteem:
  1. centrum: dienstensector, vraag naar goedkope producten en voedsel
  2. periferie: leveren grondstoffen en voedsel in ruil voor geld en goederen
  3. semi-periferie: opkomende landen, industrie groeit. 

Slide 20 - Tekstslide

Afsluiting
Fysisch
Dimensie 2
Dimensie 3
Dimensie 4
Dimensie 5
Aanwezigheid natuurijke hulpbronnen
...
...
...
...
  1. Wat zijn de 5 dimensies?
  2. Welke landen indicatoren ken je?

Slide 21 - Tekstslide

Welkom terug bij Aardrijkskunde! 
Startklaar:
  • Jas uit, tas op de grond
  • telefoon in zakkie
  • map en pen op tafel  
  • kladpapier op tafel
les 2

Slide 22 - Tekstslide

Programma 
  • Terugblik 
  • Uitleg Domein B
  • 2 flashcards bijwerken
  • Oefenen met werkblad
  • Afsluiting: kahoot 
Week 1
Week 2
Week 3
Week 4
Week 5
Week 6
Week 7
Week 8
Referentie
toetsen
Bespreking SE

PO

Domein B
Vakantie
Domein B

Quickscan


Examen-training
Examen-
training
Examen-
training
Let op! Morgen valt de les uit

Slide 23 - Tekstslide

Overzicht Domein B
B1
Mondiale spreidings- en relatiepatronen
B2
Het proces van globalisering

Wat weten jullie nog van vorige week?

Slide 24 - Tekstslide

Vorige week...
  • 5 dimensies van AK
  • landen indicatoren per dimensie
  • wereldsysteem: centrum, perifiere en semi-periferie

Slide 25 - Tekstslide

Terugblik

Slide 26 - Tekstslide

Noem per dimensie een landen indicator
Maak korte aantekeningen op je kladpapier

Slide 27 - Tekstslide

Terugblik
  • beantwoord de examenvraag op je kladpapier
  • je mag overleggen met je directe buur
  • let op de formulering 
  • herhaal de vraag
  • hoeveel punten = hoeveel onderdelen je antwoord heeft

Slide 28 - Tekstslide

Terugblik
  • herhaal de vraag
  • hoeveel punten = hoeveel onderdelen je antwoord heeft

Slide 29 - Tekstslide

Terugblik

Slide 30 - Tekstslide

Terugblik
  • herhaal de vraag
  • hoeveel punten = hoeveel onderdelen je antwoord heeft

Slide 31 - Tekstslide

Terugblik
Het percentage inwoners dat minder dan 1.25 per dag te besteden heeft is een betere indicator dan BNP, omdat ...

Slide 32 - Tekstslide

Terugblik

Slide 33 - Tekstslide

Terugblik
  • herhaal de vraag
  • hoeveel punten = hoeveel onderdelen je antwoord heeft

Slide 34 - Tekstslide

Terugblik
  • Het merendeel van deze landen hoort bij de ....
  • Omdat, .... 

Slide 35 - Tekstslide

Terugblik

Slide 36 - Tekstslide

Lesdoel(en)
Aan het einde van de les kan je:
  • een omschrijving geven van welke landen indicatoren horen bij welk type land uit het wereldsysteem 

  • omschrijven hoe de internationale relaties veranderen
      
Pak je notities!

Slide 37 - Tekstslide

Domein B: Wereld
B1: Mondiale spreidings- en relatiepatronen
Relaties
binnen het
wereldsysteem
Wat zouden de verschillende relaties en rollen tussen landen zijn?

Slide 38 - Tekstslide

Domein B: Wereld
B1: Mondiale spreidings- en relatiepatronen
Relaties
binnen het
wereldsysteem
  • Centrum = moederbedrijven vaak hier gevestigd

  • Semi-periferie = opkomende landen op economisch gebied. Veel industrie hier.

  • Periferie = leveren de grondstoffen aan de semi-p en centrum. Afhankelijk van export van 1/enkele producten, moeten verder alles importeren

Slide 39 - Tekstslide

Wat is fast fashion?

Slide 40 - Tekstslide

Domein B: Wereld
B1: Mondiale spreidings- en relatiepatronen
Relaties
veranderen
  • Veel westerse bedrijven besteden hun productie uit aan semi-p landen vanwege lage lonen.
  •  Economie van periferie en semi-p groeit hard, hier ontstaan megasteden

Slide 41 - Tekstslide

Domein B: Wereld
B1: Mondiale spreidings- en relatiepatronen
Handel in toekomst
Nu: meeste handelsstroom tussen drie kerngebieden Japan, VS en EU (triade).

Toekomst: global shift
  • landen rondom de grote oceaan worden belangrijker 
  • zuid-zuid investeringen 
  • het westen promoot vrijhandel (door bijvoorbeeld SEZ's) 

Slide 42 - Tekstslide

Flashcards
Schrijf hier de vraag
B1
7.  Waarom verandert de internationale arbeidsverdeling?

8. Hoe veranderen de internationale handels- en investeringsstromen? 

Slide 43 - Tekstslide

7
  • Veel westerse bedrijven besteden hun productie uit aan semi-periferie vanwege lage lonen.

  •  Nieuwe trend sinds covid / oorlog oekraïne / evergreen:
    reshoring: gedeelten van de productie terughalen naar centrumlanden omdat het systeem kwetsbaar bleek te zijn

Slide 44 - Tekstslide

8
Nu: meeste handelsstroom tussen triade landen: Japan, VS en EU 

Toekomst: 
  • landen rondom pacific rim worden belangrijker 
  • zuid-zuid investeringen 
  • het westen promoot vrijhandel (door bijvoorbeeld SEZ's) 

Slide 45 - Tekstslide

Oefenen: werkblad
  • Welke scores op landen indicatoren horen bij welke groepen landen uit het wereldsysteem?
  • Probeer het werkblad in te vullen met de opties op het bord. 
  • Weet je het niet zeker: werk met potlood  

Slide 46 - Tekstslide

invul opties: 
Hoog BNP
Hoog opgeleid
Laag BNP
Laag opgeleid
Redelijk hoog opgeleid
gemiddeld / gestegen BNP
Lage levensverwachting
Hoge urbanisatiegraad/
tempo. Megasteden ontstaan hier. 
Weinig mensen werkzaam in de primaire sector
veel mensen werkzaam in de primaire sector
laag geboortecijfer
dalend sterftecijfer
Redelijk hoge levens-verwachting
Veel mensen werken in de secundaire sector
Hoog urbanisatietempo
Hoog sterfte-geboorte cijfer

Slide 47 - Tekstslide

kenmerken
Voorbeeld land
Centrum

Semiperiferie

periferie

  1. gemiddeld / gestegen bnp per inwoner 
  2. redelijk hoog opgeleid
  3. redelijk hoge levensverwachting
  4. veel mensen werken in de secundaire sector
  5. dalend sterftecijfer
  6. hoge urbanisatiegraad/tempo. Megasteden ontstaan hier.
  1. laag bnp per inwoner
  2. laag opgeleid 
  3. lage levensverwachting
  4. veel mensen werkzaam in de primaire sector
  5. hoge sterfte- en geboortecijfer
  6. hoog urbanisatetempo
Nederland, VS, Canada, Australië, Duitsland, Frankrijk
Mexico, Brazilië, India, Rusland, Turkije
Guatemala, Marokko, Egypte, Algerije, Peru, Ecuador
Het centrum-periferie model
  1. hoog bnp per inwoner
  2. hoog opgeleid 
  3. hoge levensverwachting
  4. weinig mensen werkzaam in primarie sector
  5. laag geboortecijfer
  6. laag urbanisatietempo

Slide 48 - Tekstslide

Examenvraag

Slide 49 - Tekstslide

Examenvraag
Burkina faso, frankrijk en vietnam

Slide 50 - Tekstslide

Examenvraag

Slide 51 - Tekstslide

Lesdoelen check via KAHOOT
Aan het einde van de les kan je:
  • een omschrijving geven van welke landen indicatoren horen bij welk type land uit het wereldsysteem 

  • omschrijven hoe de internationale relaties veranderen

  • ... en alle voorgaande lesdoelen van dit schooljaar!
      

Slide 52 - Tekstslide