5V 10.1 hart en bloedsomloop

deze les
1. je doet mee met deze les en sluit bij deze presentatie aan
2. je volgt deze les zelfstandig door hem apart in lessonup te openen (incl uitlegvideo's)
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

deze les
1. je doet mee met deze les en sluit bij deze presentatie aan
2. je volgt deze les zelfstandig door hem apart in lessonup te openen (incl uitlegvideo's)

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

hoe werkt deze les
1. zorg ervoor dat je voordat je start de paragrafen hebt gelezen
2. lees de leerdoelen en succescriteria
3. bekijk alle uitlegdia's en uitlegvideo's
4. controleer jezelf door de vragen en oefeningen tussendoor te doen
5. maak aan het einde de verwerkingopdrachten en controleer of je de leerdoelen hebt behaald (voldoe je aan de succescriteria)
6. nog niet behaald = terug naar de stof/ uitlegvideo's en/of zoek hulp

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

H10 bloedsomloop

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

10.1 leerdoelen
1. Je beschrijft de open, de gesloten en de dubbele bloedsomloop.
2. Je beschrijft de bouw en werking van het hart.
3. Je beschrijft de verschillen tussen de embryonale en de volwassen bloedsomloop. 

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

succescriteria
  • je kunt de definitie van de volgende begrippen uitleggen: bloedvatenstelsel, open circulatiesysteem, gesloten/ enkelvoudige/ dubbele / grote/ kleine/ embryonale bloedsomloop, slagader, ader, krans(slag)ader, haarvaten, boezem, kamer, diastole, systole, hartkleppen, slagaderkleppen, hartslagfrequentie,  placenta, foramen ovale (ovale venster), ductus Botalli, navelstrengader, navelstrengslagader

  • je kunt de de leerdoelen aan een ander uitleggen
  • je kunt de (examen)vragen over dit onderwerp goed (bijna foutloos) maken
  • je weet welke binas-tabellen bij het onderwerp horen en informatie uit deze tabellen halen en gebruiken

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Casus (zelfstandig)
Jullie oplossing graag begin volgende les. Schrijf op:
Dit meisje groeide niet goed na de geboorte omdat de ductus botalli niet was gesloten.
Geef een verklaring. 

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Video

Deze slide heeft geen instructies

leerdoel
1. Je beschrijft de open, de gesloten en de dubbele bloedsomloop.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

open
gesloten

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bij welk type bloedsomloop stroomt het bloed sneller?
(vraag in de klas: waarom denk je?)
A
open
B
gesloten

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Je ziet de tracheeën van een insect.

Beredeneer waarom insecten geen gesloten bloedsomloop hebben.

Slide 12 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

enkele bloedsomloop
  • bloed komt één keer door het hart
  • minder efficiënt dan dubbel
  • vissen zijn koudbloedig, lager energieverbruik dus hebben hier voldoende aan

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

aan de slag
in overleg met je groep

geef van de volgende nummers:
7 - 1 - 3 - 15 - 13
  • de naam
  • zuurstofrijk of arm
  • voedingsstoffen rijk of arm

en beredeneer waarom dit zo is

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

leerdoel

2. Je beschrijft de bouw en werking van het hart.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

boezem = atrium
kamer = ventrikel 

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke beweringen is/zijn juist?

I. harttonen ontstaan door het sluiten van de kleppen
II. de kamerdiastole is het samentrekken van de kamers
III. tijdens de hartcyclus is er gelijktijdig een boezem- en kamersystole.

A
I
B
I en II
C
II
D
III

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

leerdoel

3. Je beschrijft de verschillen tussen de embryonale en de volwassen bloedsomloop. 

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Video

Deze slide heeft geen instructies

foramen ovale en ductus Botalli 

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


A
doordat de halsslagaders aftakken van de aorta vóór de plaats waar longslagader en aorta met elkaar verbonden zijn
B
doordat de halsslagaders meer bloed uit de rechterkamer ontvangen dan uit de linkerkamer
C
doordat de halsslagaders tezamen een grotere doorsnede hebben dan de aorta
D
doordat het bloed in de halsslagaders niet met zuurstofarm bloed gemengd is

Slide 23 - Quizvraag

het zuurstofrijkste bloed dat het hart binnenkomt 
De bloedsomloop van een baby verandert direct na de geboorte. Is vóór de geboorte de O2- concentratie het hoogst in de longslagaders of longaders?
A
longslagaders
B
longaders

Slide 24 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Dit meisje groeide niet goed na de geboorte.
De ductus botalli was niet gesloten.
Kun jij dit verklaren?

Slide 25 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

aan de slag
1. maak een begrippenlijst
2. maak de oefeningen bij 10.1 op biologiepagina.nl
3. maken en nakijken opdrachten 10.1
4. lezen 10.2
5. welke binas pagina's horen bij 10.1? zoek ze op en zorg dat je ze snapt (onbekende begrippen, je kunt de tabellen aflezen etc)

Controleer of je alle leerdoelen beheerst/ aan alle succescriteria voldoet. Zo niet: opnieuw door de stof/ opdrachten maken/ hulp vragen. 

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 27 - Link

Deze slide heeft geen instructies