ckv les 3 4e v/h: onderzoek religies en culturen + about me -H
1 / 26
Lesduur is: 70 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Wat zie je? Wat denk je? Waarover verwonder je?
Slide 2 - Video
Slimani gebruikt vaak haar moeder als model, wat haar foto's een persoonlijke en intieme lading geeft. Haar werk richt zich vaak op thema's zoals identiteit, culturele diversiteit en mode, waarbij ze op een unieke manier traditionele en moderne stijlen samenbrengt.
Slimani bewondert haar moeder. ,,Veel van de vrouwen van haar generatie zijn vrij onzichtbaar. Het is mooi dat ik haar en de vrouwen uit de Marokkaanse gemeenschap op deze manier weer een stem kan geven. Ik denk dat de foto’s zo aanspreken omdat ze gaan over universele thema’s: de verhouding tussen moeders en dochters, twee generaties en het leven in twee culturen. Ik had vroeger zelf eigenlijk geen voorbeelden. Er waren in de media nooit mensen die op mij leken. Mijn moeder was mijn voorbeeld.”
Slimani: ,,Mijn moeder is eigenlijk mijn muze. Ik laat een vrouw met een hoofddoek van 66 jaar in de picture staan. De boodschap is: je kan anders zijn, maar ondanks de verschillen hebben we veel overeenkomsten. Door open en kwetsbaar te zijn, laat je zien dat een heleboel dingen helemaal niet zo raar zijn. Dat het oké is wie je bent. Dat verenigt mensen. Het is mooi om te merken dat zo veel mensen zich in die foto’s terugvinden.”
Slide 3 - Tekstslide
Hier is werk van Slimani te zien!
In de tentoonstelling MOḌA, wat Marokkaanse spreektaal is voor mode, staat de veelzijdigheid van hedendaagse makers uit Marokko en de Marokkaanse diaspora in Nederland centraal.
De tentoonstelling brengt het artistieke werk en de persoonlijke verhalen van cutting-edge ontwerpers en kunstenaars samen. Deze gamechangers hebben de paden gebaand voor verschillende generaties makers, liefhebbers en dragers, voorbij de landsgrenzen van Marokko. MOḌA. Moroccan Fashion Statements is een samenwerking tussen DAR Cultural Agency en Centraal Museum Utrecht.
Slide 4 - Tekstslide
Checklist:
Het leerdoel is in leerlingentaal geformuleerd.
Het leerdoel is volgens de RTTI-methodiek geformuleerd.
Het leerdoel geeft een omschrijving van de context (inhoud).
Er wordt een werkwoord gebruikt in het leerdoel (gedrag).
3. Leerdoelgericht werken
De docent geeft het onderwerp, RTTI geformuleerde leerdoelen en de lesopbouw aan. De docent weet de leerdoelen goed te laten aansluiten bij de voorkennis en het (taal)niveau van de leerlingen. Gedurende de les wordt continu een terugkoppeling naar de leerdoelen gemaakt om de mate van beheersing te controleren.
De condities worden weergeven in het leerdoel (voorwaarden).
Er zijn succescriteria gekoppeld aan het leerdoel (norm
Slide 5 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 6 - Tekstslide
Wat aantekeningen vragen uit hun logboek van vorige week. als herhaling
Slide 7 - Tekstslide
je hebt cultuur, je hebt religie. Wat is het verschil? Cultuur is aan verandering onderhevig, wordt door mensen bedacht, aangepast, dorogegeven. Religie gaat juist om traditie en verandert nauwelijks.
Deze korte opdracht is onderdeel van hun onderzoekende houding naar culturen en religies.
Slide 8 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 9 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 10 - Tekstslide
opdracht 1 bevat al voorwerk en kennis van de eerste weken, daarom is die korter dan opdracht 2.
Slide 11 - Tekstslide
opdracht 1 bevat al voorwerk en kennis van de eerste weken, daarom is die korter dan opdracht 2.
• Je onderzoekt jouw eigen cultuur en de diverse culturen binnen jouw klas door middel van fotografie.
• Maak een fotoreportage van jezelf waarin je jouw cultuur vertegenwoordigt.
• Verken de stad Den Haag en leg de culturele invloeden die daar zichtbaar zijn vast in foto's.
• Je doet kennis op over jouw eigen achtergrond en die van je klasgenoten, gebaseerd op je fotoreportage en observaties.
Slide 12 - Tekstslide
eerste korte onderdelen gaan over jouw. daarna ga je kijken welke culturen en religies in jowu klas zitten, daarna ga je kijken naar den haag/jouw omgeving.
Dit onderzoek leg je vast met aantekeningen, tekeningen en uiteindelijk met fotografie. Je gebruikt discipline kunst om culturen en religies vast te leggen
Slide 13 - Tekstslide
verdiepen in 1 ander persoon, die qua cultuur, religie, kijk op het leven, etc heel anders is dan jij. Deze persoon kies je met jouw groepje.
je leert hoe je goed interview kan afnemen. hoe bedenk je vragen, hoe leg je het interview vast, etc.
Daarna ga je de verzamelde info omzetten naar een kunstwerk. Je kan kiezen uit Spoken word, of rap.
Je gaat met je groepje dus een kunstwerk maken over die ander. dat is jullie inspiratiebron. Spoken word is een vorm van dichten en dan voordragen, met vleugje theater/performance.
Rap: je krijgt keuze uit 3 beats (audiofragmenten), of je mixt het zelf. En je schrijft daar een tekst op. Ook daar zit wat performance bij.
Slide 14 - Tekstslide
eerst wat simpele vragen, die beantwoord worden met feiten. Aan het einde een mening/dieper.
Daarna met de HAND-tekening, verder denken wat dit allemaal betekent.
[Als je een andere volgorde wilt van deze onderdelen, vooral doen. ]
voor mij dan daarna de doodle, om de samenhang te bekijken van hun belevingswereld en om hen heen.
Welke gerechten eet jij vaak thuis? Uit welk land komt dit oorspronkelijk?
Slide 15 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Welke taal/talen spreek je thuis?
Slide 16 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Uit welk land/landen komen jouw opa's en oma's?
Slide 17 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Uit welk land/landen komen jouw vader en moeder/verzorger?
Slide 18 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Voel jij je een Nederlander? Zo niet, wat dan wel?
Slide 19 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 20 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 21 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 22 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 23 - Tekstslide
Duidelijk maken: dit lever je in, dit is onderdeel van eindcijfer. Ook korte opdrachten worden meegenomen in de beoordeling. Lever je niks in of een onaf snel getekend werkje of staan er beledigende dingen op: is geen goede werkhouding.
Slide 24 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 25 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 26 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
