Rouw bij kinderen

1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
Pedagogisch werkMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Wat is een trauma/ingrijpende gebeurtenis?

Slide 2 - Woordweb

Wat is een trauma? 
Een trauma is een onverwerkte gebeurtenis vanuit het verleden, zoals een ongeval, overlijden van een belangrijk persoon, seksueel misbruik of geweld. 

Een onzichtbare wond in je ziel: niet te zien, maar wel te voelen. De gebeurtenis blijft voor vervelende gevoelens zorgen. 

Het kan zijn dat je angstig of emotioneel bent, de gebeurtenis herbeleeft of er erg veel aan moet denken.

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Waarom is het belangrijk om kinderen hier goed bij te begeleiden?

Slide 6 - Open vraag

Slide 7 - Tekstslide

  • Hoe kinderen rouwen verschilt per leeftijd en per kind.
  • Bij jonge kinderen wisselen periodes van verdriet vaak met periodes van gewoon spelen en andere emoties. 
  • Jonge kinderen hebben soms nog moeite met het reguleren van emoties. Ze kunnen een hele poos later ineens ander gedrag vertonen, bedplassen, niet slapen terwijl vlak na de gebeurtenis er niets aan de hand lijkt te zijn. 
  • Peuters en kleuters kunnen het concept dood nog niet begrijpen dus verdriet uit zich dan op momenten dat het kind gemis voelt.
  • Rouwen is vaak te zien aan het gedrag van een kind, woede, agressie, huilen, terugtrekken, niet meer kunnen concentreren op school. 

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Wat denken jullie dat er belangrijk is bij de begeleiding van kinderen die rouwen?

Slide 10 - Open vraag

Rouwverwerking 
Ook het overlijden van een dierbare kan een traumatische ervaring zijn.

Kinderen en jongeren die de dood niet als traumatisch hebben ervaren, kunnen de overledene op een positieve manier herinneren en het overlijden integreren in hun bestaan. 

Bij traumatische rouw ligt het accent op symptomen van de posttraumatische stress stoornis (PTSS).

Slide 11 - Tekstslide

Hoe zien kinderen de dood? 
Kinderen van 4 tot 6 jaar
  • De dood is niet definitief/tijdelijk
  • Spelen de verlies ervaring na
  • Kunnen het gevoel niet uiten, frustratie & onmacht
  • Magisch en animistisch denken

Slide 12 - Tekstslide

Hoe zien kinderen de dood? 
Kinderen van 6 tot 10 jaar
  • Besef dat dood definitief is wordt steeds sterker
  • Kan als afweermechanisme verlieservaringen ontkennen.
  • Kunnen hun gevoel beter onder woorden brengen.
  • Besef dat dood door ziekte kan komen en niet door hun magische gedachten.

Slide 13 - Tekstslide

Hoe zien kinderen de dood?
Kinderen van 10 tot 12 jaar
  • Kunnen abstracter denken over de dood.
  • Kunnen hun gevoel onderbouwen, maar willen zich vooral groot houden.
  • Schuld fantasieën kunnen een grote rol spelen.

Slide 14 - Tekstslide

Gedrag bij (traumatische) rouw
Kinderen kunnen het verlies ontkennen, omdat acceptatie nog te emotioneel voor ze is.


Kinderen vallen terug in leeftijd, door bijvoorbeeld weer (tijdelijk) te gaan duimen, in bed te gaan plassen of op schoot te kruipen. We spreken dan van regressieverschijnselen.

Slide 15 - Tekstslide

Gedrag bij (traumatische) rouw
Kinderen kunnen psychosomatische klachten gaan vertonen (zoals hoofdpijn en buikpijn).

Kinderen kunnen boos, opstandig en agressief gedrag gaan vertonen, in de klas of op het
schoolplein, bij een aanvaring met een klasgenoot.

Slide 16 - Tekstslide

Gedrag bij (traumatische) rouw
Kinderen kunnen angstig worden of in paniek raken bij de gedachte, dat een van hun ouders
ook plotseling kan komen te overlijden.

 Het afscheid nemen van elkaar verloopt dan erg emotioneel en
moeizaam.

Slide 17 - Tekstslide

Gedrag bij (traumatische) rouw
Kinderen kunnen zich verdrietig en eenzaam voelen. Niemand op school begrijpt ze, denken deze kinderen dan.

Kinderen kunnen concentratieproblemen gaan vertonen. 

Slide 18 - Tekstslide

Gedrag bij (traumatische) rouw
Kinderen rouwen later dan volwassenen (Veiligheid en duidelijkheid) 
Ritme en structuur (leven staat op zijn kop) 
Dubbele bescherming (Ouders niet lastig willen vallen, ouders willen het kind beschermen) 

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Video

Slide 21 - Tekstslide

Wat vind jij? Je moet kinderen altijd eerlijk vertellen wat er is gebeurd wanneer iemand overlijdt.
A
Nee, niet altijd
B
Ja, altijd passend bij de leeftijd

Slide 22 - Quizvraag

Slide 23 - Tekstslide

Veiligheid en duidelijkheid
Tevens rouwen kinderen doorgaans later dan volwassenen. 
Kinderen moeten zich eerst veilig moeten voelen. Kort na een overlijden kunnen er zo veel dingen in het leven van een kind anders zijn. Het leven staat op z’n kop. Er is veel onduidelijk wat er nu verder gaat gebeuren in het leven. 

Slide 24 - Tekstslide

Ritme en structuur
Dit zijn vragen en gedachten van het kind, waar het zich zorgen over maakt. Pas als er een duidelijke structuur in het leven van het kind terug is, komt het toe aan de emotionele verwerking. In die zin moet er dus eerst veiligheid en duidelijkheid zijn, voordat er ruimte is voor het (kunnen) toelaten van emoties. 

Slide 25 - Tekstslide

Ritme en structuur 
In de klas merkt de leerkracht daarom wellicht nog niet zo veel aan een kind. Sommige leerkrachten kijken raar op, als een kind het liefst zo snel mogelijk weer naar school wil. Het kind ervaart op school echter hetzelfde ritme en dezelfde structuur als vóór het overlijden van de ouder. En dit geeft het kind houvast en duidelijkheid.

Slide 26 - Tekstslide

Dubbele bescherming
Kinderen zullen hun dierbaren beschermen. 
Ze zullen zich doorgaans groot houden, om op deze manier niet de andere dierbaren te belasten. Ze houden hun verdriet vaak in. Want er is al zo veel verdriet in het gezin! 
Ze huilen bijvoorbeeld in bed of op een andere plek, waar ze alleen zijn. Ouders op hun beurt beschermen óók weer hun kinderen. 
Ze proberen hun kinderen te behoeden voor nóg meer verdriet. En zo is er dan sprake van een «dubbele bescherming».

Slide 27 - Tekstslide

Hoe als begeleider om te gaan met het rouwende kind in de klas?
Bied veiligheid, rust en structuur aan het kind. Probeer in dit verband zo weinig mogelijk veranderingen door te voeren in de klas, dus houd zo veel mogelijk hetzelfde voor het kind. 

Slide 28 - Tekstslide

Hoe als begeleider om te gaan met het rouwende kind in de klas?
Leg uit wat de dood is. 
Luister goed naar wat de leerling vertelt (oprecht)
Geef kinderen de mogelijkheid om te tekenen, te schrijven of te lezen over het onderwerp.
Toon begrip voor de concentratieproblemen van het kind.
Ga op huisbezoek. Het kind geniet van deze extra aandacht. Het is voor het kind een ervaring, waar het u erg dankbaar voor zal zijn.
Vertel over eigen ervaringen




Slide 29 - Tekstslide

Tips voor begeleiding bij rouw en verlies
  • Geef het kind wat extra persoonlijke aandacht
  • Luister goed naar het kind maar dwing het niet over de dood of de scheiding te praten
  • Leer andere kinderen omgaan met verschillende thuissituaties, breng ze respect en begrip bij

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Video

Vragen?
Iemand die iets kwijt wil? 

Slide 32 - Tekstslide