Week 18 (week 4-2024) klas 2 Aussehen H8

Guten Tag
Wie geht es euch?
1 / 57
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 57 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Guten Tag
Wie geht es euch?

Slide 1 - Tekstslide


  • jas uit
  • muts/pet/capuchon af
  • oortjes uit
  • mobiel in de wandtas
  • boek/schrift/pen/ laptop op tafel 

Slide 2 - Tekstslide

Was machen wir heute?


Wir fangen an mit Kapitel 8: Aussehen

  • Hören und Sehen
  • Wortschatz

Slide 3 - Tekstslide

Kapitel 8:  Aussehen (uiterlijk)

Slide 4 - Tekstslide

Lernziele dieses Kapitels:

* Je kunt beschrijven hoe iemand eruit ziet;
* Je kunt je mening geven over kleding:
* Je kent de modale werkwoorden dürfen, können, mögen, 
    müssen, sollen, wollen und wissen in de tegenwoordige tijd
   (=TT)
* Je weet hoe je de p, t, k, s/ss/ß/z uit moet spreken

Slide 5 - Tekstslide

Lernziele dieser Stunde:


  • ich kann  einen einfachen Video zum Thema Kleidung verstehen;
  • ich habe  neue Wörter und Begriffe zum Thema Kleidung & Aussehen.

Slide 6 - Tekstslide

Wir fangen an mit Logo Erklärt!



Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Link

Jetzt weiter!

Slide 9 - Tekstslide

Welche Kleidungs-
stücke kennst du?

Slide 10 - Woordweb

7

Slide 11 - Video

00:48
Wat dragen Duitsers het liefste?
A
sandalen en sokken
B
dirndl en lederhosen
C
kleding die handig is en lekker zit
D
moderne, chique kleren

Slide 12 - Quizvraag

01:28
Wat wordt gezegd over hoe belangrijk mode voor Duitsers is?
A
ze vinden het saai en gaan niet graag shoppen
B
ze vinden het heel belangrijk, maar kopen alleen als ze geld genoeg hebben
C
ze kopen alleen mode als deze goedkoop is en gaan vaak shoppen

Slide 13 - Quizvraag

02:21
Waar zijn de reporters?
A
in een kledingfabriek
B
in een mode atelier
C
in een school voor mode design

Slide 14 - Quizvraag

02:57
Wat voor soort kleding willen de reporters in deze modezaak vinden?
A
de juiste mode om te ontspannen
B
de nieuwste trends
C
de juiste kleding voor alledag
D
de juiste kleding voor op werk

Slide 15 - Quizvraag

03:29
Wat zegt de expert over de kleding die Nina uitgezocht heeft?
A
ze heeft goed gekozen, maar moet er iets overheen dragen omdat het op werk te veel naakte huid laat zien
B
ze heeft het goed gekozen, het leuk er ook een blazer op te dragen.
C
dit kan echt niet op de werkvloer, het is eerder iets voor een vijf uur borrel

Slide 16 - Quizvraag

03:48
Die Krawatte ..... wat is dat?
A
de kraag van het overhemd
B
de kraag van het jasje
C
de stropdas

Slide 17 - Quizvraag

04:41
Wat vind Nina jammer?
A
Dat ze niets moderns op haar werk kan dragen
B
dat ze een laborjas moet dragen en geen zakenkleding
C
Dat ze geen pet heeft om op te zetten

Slide 18 - Quizvraag

Sleep de Duitse woorden naar de juiste kleuren.
gelb
blau
schwarz
grau
rot
grün
weiß
orange
pink
braun

Slide 19 - Sleepvraag

Slide 20 - Tekstslide

Aufgabe 
Je gaat nu kledingstukken beschrijven!

Schrijf bij elk kledingstuk een passend zinnetje in het Duits


B.v.
Das T-shirt ist lila.

Slide 21 - Tekstslide


Slide 22 - Open vraag


Slide 23 - Open vraag


Slide 24 - Open vraag


Slide 25 - Open vraag


Slide 26 - Open vraag

An die Arbeit!
Aan het werk

Was?    Machn:  Aufgaben 1  (Seite 66)
Wie?    wir hören zusammen, ihr beantwortet die Fragen
Hilfe?    keine
Zeit       8 Minuten
Fertig? Wir kontrolieren die Antworte zusammen
               




 

Slide 27 - Tekstslide

An die Arbeit!
Aan het werk:
Was?    Macht  Aufgaben 3 (blz 68) in je boek maken
             Online: 4 und 5  (Seite 67/69)
              Deze opdrachten zijn ook het huiswerk!
Wie?     Selbstständig und im Online Buch
Hilfe?    die Wörterliste auf Seite 96/97
Zeit       15 Minuten
Fertig? Slim Stampen Hfst 8
               




 

Slide 28 - Tekstslide

Huiswerk
HAUSAUFGABEN:


machen:
Aufgaben 2, 3, 4 und 5 (Seite 67/69)






Slide 29 - Tekstslide

Heb ik de leerdoelen behaald?
  • kann ich einen einfachen Video zum Thema Kleidung verstehen?
  • habe ich  neue Wörter und Begriffe zum Thema Kleidung & Aussehen
  • Welche?

Slide 30 - Tekstslide

Abschluss
Niet inpakken - luisteren - ik sluit de les af
  • na mijn startsignaal: inpakken
  • zitten blijven tot de bel gaat- stil

  • dan: klaar :)

Slide 31 - Tekstslide

Tschüss!
Bis zum nächsten Mal!

Slide 32 - Tekstslide

Guten Tag
Wie geht es euch?

Slide 33 - Tekstslide


  • jas uit
  • muts/pet/capuchon af
  • oortjes uit
  • mobiel in de wandtas
  • boek/schrift/pen/ laptop op tafel 

Slide 34 - Tekstslide

Was machen wir heute?


  • Wir besprechen den Test
  • Wir werden schreiben
  • Wir lernen die S-Laute

Slide 35 - Tekstslide

Lernziele:
  • Ich kann einen einfachen Text zum Thema Kleidung verstehen und fragen zu dem Text beantworten;
  • Ich lerne neue Wörter und Begriffe zum Thema Kleidung & Aussehen;
  • Ich kann den Unterschied zwischen ss und ß hören.

Slide 36 - Tekstslide

Wir fangen an mit Logo Erklärt!



Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Link



Hörverständniss:
Der Unterschied zwischen ss und ß



Slide 39 - Tekstslide



-SS: na een korte klinker schrijf je -ss
bijvoorbeeld passt. 



Slide 40 - Tekstslide



: na een lange klinker of een tweeklank schrijf je
bijvoorbeeld groß en weiß



Slide 41 - Tekstslide

An die Arbeit!
An die Arbeit:

Was?    Aufgabe 37: Schrijf de juiste s-klank op (ss of ß)
Wie?     Selbstständig in deinem Buch
Hilfe?   Keine
Zeit?     5 Minuten
Fertig? Wir besprechen die Aufgabe zusammen!





Slide 42 - Tekstslide



Und jetzt:
Schreiben




Slide 43 - Tekstslide

An die Arbeit!
An die Arbeit:

Was?     Augabe 36, 38, 39 
Wie?      selbsständig; online oder im Buch
Hilfe?     die Wörterliste auf Seiten 96/97
Zeit?       15 Minuten
Fertig?   Slim Stampen Kapitel 8





timer
15:00

Slide 44 - Tekstslide

Lernziele:
  • kann ich einen einfachen Text zum Thema Kleidung verstehen und fragen  zu dem Text beantworten?
  • habe ich neue Wörter und Begriffe zum Thema Kleidung & Aussehen     gelernt?
  • kann ich den Unterschied zwischen ss und ß hören?

Slide 45 - Tekstslide

Abschluss
Niet inpakken - luisteren - ik sluit de les af
  • na mijn startsignaal: inpakken
  • zitten blijven tot de bel gaat- stil

  • dan: klaar :)

Slide 46 - Tekstslide

Tschüss!
Bis zum nächsten Mal!

Slide 47 - Tekstslide

Lernziele dieser Stunde:

  • Du kannst ein länger dauerend Radioprogramm folgen und verstehen
  • Du kennst die Bedeutung der Wörter der Lernliste C: hören auf Seite 133

Slide 48 - Tekstslide

An die Arbeit!
An die Arbeit:

     Beantwoord de vragen die tijdens de 
      volgende video gesteld worden!






Slide 49 - Tekstslide

An die Arbeit!
An die Arbeit:

Was?    Aufgabe 36, 38 en 39
Wie?     Selbstständig in deinem Buch
Hilfe?   die Wörterliste auf Seiten 96, 97
Zeit?     20 Minuten
Fertig? Lerne nochmal die Wörter

Wir besprechen die Aufgaben zusammen!





Slide 50 - Tekstslide

Lernziele:


  • Du kannst einfache Texte über das Thema Einkaufen verstehen.
  • Du kennst die Bedeutung der Wörter der Lernliste D -  Lesen auf Seite 133 (D-N)

Slide 51 - Tekstslide

Heb ik de leerdoelen behaald?
  • Kann ich eine einfache Text über das Thema Einkaufen verstehen.
  • Kenne ich die Bedeutung der Wörter der Lernliste D - Lesen auf Seite 133 (D-N)

Welche kennst du schon?

Slide 52 - Tekstslide

Menschen in anderen Ländern denken, dass deutsche Männer gerne Lederhosen tragen
A
Richtig
B
Falsch

Slide 53 - Quizvraag

Jeder Deutsche hat durchschnittlich mehr als 150 Kleidungsstücke im Kleiderschrank
A
Richtig
B
Falsch

Slide 54 - Quizvraag

Die meisten Deutschen halten Mode für richtig.
A
Richtig
B
Falsch

Slide 55 - Quizvraag

Joop!
Ist eine deutsche Marke
A
Richtig
B
Falsch

Slide 56 - Quizvraag

Ein anderes Wort für Kleidung (umgangssprachlich) =
A
das Jackett
B
die Klamotten
C
die Strumpfhosen

Slide 57 - Quizvraag