Les 5 (28-09)

Les 5
Frans
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 10 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Les 5
Frans

Slide 1 - Tekstslide

Le programme
  • Lesdoelen
  • Presentie
  • Huiswerkcontrole
  • Voca A en B herhalen
  • Phrases Clés C
  • Afsluiting
  • Devoirs

Slide 2 - Tekstslide

Lesdoelen
Na de les...

...kun je over social media praten.

...weet je dat je de eindletters e, d, t, s en x 
    vaak niet uitspreekt. 

Slide 3 - Tekstslide

Presentie

Slide 4 - Tekstslide

Huiswerkcontrole


Faire ex:
- ex. 9a, b
- ex. 10a, b
- ex. 11a, b
p.24-27



Slide 5 - Tekstslide

Vocabulaire A, B en Phrases Clés
We gaan nu verder oefenen met vocabulaire A en B.

Daarnaast gaan we ook alvast oefenen met de zinnen van de Phrases Clés C. Dit zullen we via Blooket gaan doen. 

Dus pak je telefoon.
timer
15:00

Slide 6 - Tekstslide

Paragraphe C
Luister eens mee naar de zinnen in het blauwe blokje op p.28.

Focus je vervolgens op de schuingedrukte woorden. Deze woorden ga je vervangen met je eigen woorden. Je gebruikt hiervoor het blokje 'vocabulaire thématique'.  Zo zijn er al een aantal woorden genoemd, bedenk nu woorden die je zelf zou kunnen gebruiken om in het blauwe blokje te zetten. 

Slide 7 - Tekstslide

Paragraphe C: Au travail
Maak eerst ex. 13. Dit is een interview tussen twee klasgenoten. Kies per persoon elke keer 1 vraag uit die je in opdracht 13 ziet staan en stel die. De ander reageert. Wissel van rol. 
(5 min)

Daarna gaan we verder met opdracht 14 'Qui suis-je?'
Hiervoor heb je je fiche nodig op p.199. Knip deze uit. Vul de beide fiches in met bekende youtubers, vloggers, influencers en beroemdheden die jij kent. Je kiest er 2 en werkt die uit.
Vervolgens leg je je 2 fiches in het midden, husselt die met de rest en deelt ze opnieuw uit zonder dat jij ziet welke je hebt. Jij moet nu raden wie je bent en jouw groepsgenoten beantwoorden je vragen met ja of nee. 
De vragen staan op het bord om je te helpen.

Slide 8 - Tekstslide

Afsluiting
Hoe zeg je dat jij 'instagram' hebt?


En hoe zeg je dat je volgers hebt?

Welke woorden heb je nu geleerd in deze paragraaf?

Slide 9 - Tekstslide

Les devoirs
Faire pour le prochain cours:

- Apprendre vocabulaire B p.48

Slide 10 - Tekstslide