Les 2 - Het spijsverteringsstelsel van het rund, schaap en geit


Les 2 Spijsverteringsstelsel Rund, schaap en geit
1 / 40
volgende
Slide 1: Tekstslide
DierverzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 40 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 135 min

Onderdelen in deze les


Les 2 Spijsverteringsstelsel Rund, schaap en geit

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Rassenkennis
  • Barnevelder; Rustige/vriendelijke kippen​
  • Grote legkracht, ook gedurende wintermaanden ​
  • Afhankelijk van de variëteit, het geslacht en de leeftijd tussen de 2750 en 3500 gram​
  • Naast de dubbelgezoomde (roodbruin met zwartgroene dubbele zoom) Barnevelder komen er blauw dubbel-gezoomde, witte en zwarte voor.



Welk ras is dit?

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Rassenkennis
  • TOGGENBURGER
  • Kenmerken:Hoornloos, Sik, 
  • Zwart tot zeer lichtbruin met witte oren, ogen en bek

  • Hoe meer zon, hoe lichter de vacht. 
  • Schofthoogte ruim 70 cm. Vierkante bouw. 
  • Rustig Karakter. 
  • Sober Melkgeitenras.
  • ong. 3 ltr p/d, 300 dagen. 
  • Uitstekende uierkwaliteit.

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Planning les 1 t/m 4

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Eindopdracht
  1. Groepjes
  2. plan van aanpak
  3. vragen 

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bronnen
Animalis: Boek AFP;  H6.11 - Het spijsverteringsstelsel 
Herkauwers (hand-out)


Online; animalis lessen anatomie, en voeding rund en schaap
ELO; lessonup en verwerkingsopdrachten. 

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Spijsverteringskanaal 
Deze les gaan we het spijsverteringskanaal bekijken van de herkauwers; 
- het rund 
- het schaap
- de geit

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
  • Je kent de algemene werking en functie van het spijsverteringskanaal 
  • Je kunt de verschillende magen en onderdelen benoemen en aangeven wat de functie is van elke maag. 
  • Je kent de verschillen in het spijsverteringskanaal van het rund, de geit en het schaap. 

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de functie van enzymen?
A
Enzymen zijn een soort bacterien
B
Enzymen zetten voedsel om in opneembare voedingsstoffen.
C
Enzymen zorgen dat het voedsel goed mengt
D
Door enzymen glijdt het voedsel goed door de slokdarm

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk verteringssap zit er in de maag en wat doet dit?

Slide 10 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de functie van gal?

Slide 11 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de goede volgorde van je spijsvertering?
A
slokdarm, maag, dikke darm, dunne darm
B
mondholte, slokdarm, dunne darm, maag
C
mondholte, slokdarm, maag, dunne darm
D
dikke darm, dunne darm, maag, mondholte

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Het grootste gedeelte van de spijsvertering bij een paard vind plaats in......?
A
Dikkedram
B
Dunnedarm
C
Blindedarm
D
Maag

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Verteren en fermenteren is hetzelfde,
Waarom wel, waarom niet?

Slide 14 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet je al over de vertering bij herkauwers?

Slide 16 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Tekstslide

Herbivoor, herkauwer, eet vooral grassen.​
Grassen zijn voor veel dieren onverteerbaar omdat de taaie celwanden van gras heel slecht afgebroken kunnen worden. Doordat bij herkauwers het gras herkauwt wordt en in de pens veel bacteriën aanwezig zijn lukt dit wel. Koeien eten zo´n 8 – 10 uur per dag en herkauwt ook zo’n 8 – 10 uur per dag. Per dag eet de koe ongeveer 100 kilo.​
Met zijn lang, flexibele en ruwe tong trekt de koe het gras uit de grond. Hij slaat eigenlijk zijn tong om een graspol heen. De eerste keer dat een koe gras eet wordt het voedsel nauwelijks gekauwd. Het voer gaat eerst direct naar de pens en netmaag waar het deels wordt afgebroken. Vervolgens gaat de koe herkauwen en dan pas wordt het voedsel goed gekauwd. Tijdens het herkauwen komen er grote hoeveelheden speeksel vrij dit kan wel 40 – 150 liter per dag zijn, afhankelijk van het soort voer. Bij het eten van vooral ruwvoer wordt er veel meer speeksel aangemaakt dan bij het eten van granen en krachtvoer. Per keer wordt er ongeveer 100 gram voedsel herkauwt en tijdens het herkauwen maken de kaken zijdelings of vooruit- en achteruitgaande bewegingen. Per opgeboerde brok voedsel herkauwt de koe ongeveer 1 minuut waarin ongeveer 65 kauwbewegingen plaats vinden. ​
  1. Pens
  2. Netmaag
  3. Boekmaag
  4. Lebmaag

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Expert-opdracht: wat gebeurt er die maag?
- Maak 4 groepjes 
- 1. pens / 2. netmaag / 3. boekmaag / 4. lebmaag
- Jullie maken in 10 minuten een presentatie (1 slide) van de werking van jullie maag  (incl. foto's!) gebruik de termen ph, vertering, enzymen, verteringssappen, fermentatie 
- gebruik internet, en het boek H6.11. (blz 112)
-  Je presenteert de werking van jullie maag aan de klas (max 2 minuten)

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Tekstslide

Net als de koe is het schaap een herbivoor en herkauwer en vooral een graseter. Per dag eet een schaap zo’n 6 tot 9 uur per dag met vijf a zes graasperiodes. Hij herkauwt zo’n 8 tot 10 uur per dag en maakt per opgeboerde brok ongeveer 60 kauwslagen. 

Slide 21 - Tekstslide

Net als de koe en het schaap is de geit een herbivoor en herkauwer. Toch zijn er wel degelijk verschillen tussen de geit en het schaap en de geit en de koe. Geiten hebben koper nodig, iets wat niet in schapenvoer zit. Wanner geiten te weinig koper binnen krijgen kunnen ze een miskraam krijgen of bloedarmoede krijgen. De pens van een geit is in verhouding veel groter dan die van de koe met een inhoud van 23 liter. De boekmaag is de kleinste en heeft een inhoud van 1 liter. Het voedsel gaat bij geiten sneller door het maagdarmstelsel dan bij koeien. 

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 23 - Tekstslide

De koe, het schaap en de geit hebben alle drie vier magen. De grootte van deze magen verschilt maar de werking ervan is hetzelfde. ​
De pens is de eerste en grootste maag. De pens is gevuld met penssap en gas. Het penssap ligt op de bodem van de pens en het gas daarboven.​
Wanneer het voedsel in de pens komt, komt het op het penssap terecht. Door de pensplooien aan de binnenkant van de pens verdeelt de pens in kamertjes. Hierdoor wordt de doorgang voor de voedselbrij vertraagd voor een optimale vertering. Door bewegingen wordt de voedselbrok langzaam verplaatst en het penssap neemt alle makkelijk verteerbare stoffen op. In de pens zitten ruim 200 verschillende bacteriën die zorgen voor de fermentatie (omzetten van biologische materialen met behulp van bacteriën, gisten en eencelligen) van het voedsel. Na dat het voedsel in de pens al gedeeltelijk is afgebroken gaat het naar de netmaag. De netmaag sorteert het voedsel, de grovere delen gaan terug naar de slokdarm en de fijne deeltjes gaan verder naar de boekmaag. De vezelrijke bestanddelen hopen zich op bij de slokdarm en worden ongeveer per 100 gram teruggebracht naar de bek. Na het herkauwen komt het voedsel weer in de netmaag terecht en gaat het verder via de boekmaag en de lebmaag. Voor een goede werking (bewegingen) van de pens is ruwvoer erg belangrijk.​

Slide 24 - Tekstslide

In de boekmaag zitten een heleboel bladen vandaar de naam boekmaag. Deze bladen zorgen voor de opname van water en mineralen. Zo’n 30 – 60% van de wateropname wordt in de boekmaag geabsorbeerd. De boekmaag heeft de grootte van een basketbal. 

Slide 25 - Tekstslide

De lebmaag is de vierde en laatste maag. Dit is de ‘echte’ maag, heeft dus dezelfde werking als onze maag. De maagwand produceert maagsap en breekt eiwitten en koolhydraten af. Na de lebmaag gaat het voedsel door naar de dunne darm. 

Slide 26 - Tekstslide

Fijne voerdeeltjes (groene lijn) zakken naar beneden. Door samentrekkingen worden deze deeltjes als snel naar de netmaag gebracht. De grove deeltjes (rode lijn) zakken ook maar doordat ze zwaarder zijn duurt het langer voordat ze bij de netmaag zijn. De netmaag sorteert het voedsel. De fijne deeltjes gaan door naar de boekmaag en de grove deeltjes worden gevormd tot bal en gaan terug naar de bek waar deze herkauwt worden. 

Slide 27 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 29 - Tekstslide

Aan het begin van de dunne darm zit de lever. De lever produceert gal en dit wordt opgeslagen in de galblaas. Wanneer het voedsel de dunne darm in komt worden er kleine hoeveelheden gal toegevoegd. Gal is belangrijk bij de vertering van vet. Ook de alvleesklier zit aan het begin van de dunne darm. Alvleesklier sap bevat enzymen en zorgen voor de vertering van eiwit, koolhydraten en vetten. De dunne darm bestaat uit drie delen, het eerste deel is de twaalfvingerige darm hier komt het gal en het sap van de alvleesklier vrij. Het middenstuk van de dunne darm is de nuchtere darm en het laatste stuk is de kronkeldarm. In de nuchtere darm en in de kronkeldarm vind het grootste deel van de vertering plaats vrijwel alle voedingsstoffen worden hier uit de voedselbrij onttrokken. 

Slide 30 - Tekstslide

Na de dunne darm gaat het voedsel naar de dikke darm dit is het laatste gedeelte van het verteringsstelsel. De onverteerde delen worden afgebroken door micro-organismen (bacteriën, protozoa, schimmels, etc.) en vitamines en minerale worden door de darmwand opgenomen. Hoe langer het voedsel in de dikke darm zit hoe dikker de mest zal zijn, er kan veel water onttrokken worden. Als de mest kort in de dikke darm blijft wordt er weinig vocht onttrokken en zal de mest dunner zijn. 

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht; Lessen in Animalis
  • Ga naar ontwikkelcentrum -> landbouwhuisdieren 
  • Maak de les anatomie voor runderen 
  • Maak de les anatomie voor schapen en alpaca's



-> klaar? aan de slag met  met de eindopdracht. 

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht; tekening spijsverteringstelsel gekozen dier
  • Teken het spijsverteringsstelsel van een zelfgekozen landbouwhuisdier. 
  • Beschrijf wat de functie en werking van de spijsverteringsorganen ​
( maak gebruik van de termen: fermentatie, enzymen, sap, opname, sap, speeksel ect. ) ​
  • Gebruik hierbij het boek H6 en internet. 
  • Plak jouw tekening op het bord.
(4.1 - maak de les lever en gal - animalis online)
-> klaar? aan de slag met  met de eindopdracht. 


timer
15:00

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

evaluatie leerdoelen
  • Je kent de algemene werking en functie van het spijsverteringskanaal 
  • Je kunt de verschillende magen en onderdelen benoemen en aangeven wat de functie is van elke maag. 
  • Je kent de verschillen in het spijsverteringskanaal van het rund, de geit en het schaap. 

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

wat is een belangrijk verschil tussen het gebit van een herkauwer en een paard?

Slide 35 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de goede volgorde?
A
pens-lebmaag-boekmaag-netmaag
B
netmaag-pens-lebmaag-boekmaag
C
netmaag-lebmaag-boekmaag-pens
D
pens-netmaag-boekmaag-lebmaag

Slide 36 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de functie van de pens?
A
Inweken en toevoegen verteringssappen
B
​Maken van spijsbal
C
Overtollig vocht uit het voedsel halen
D
Voedingsstoffen afgeven aan het bloed

Slide 37 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de functie van speeksel in de pens?
A
Speeksel zorgt voor een goede zuur-basebalans in de pens.
B
Speeksel zorgt ervoor dat het voedsel niet te veel gaat schuimen in de pens.
C
a en b zijn beide juist.
D
a en b zijn beide onjuist.

Slide 38 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke maag heft dezelfde functie als de maag van vleeseters en
alleseters?
A
Boekmaag
B
Lebmaag
C
Netmaag
D
Pens

Slide 39 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies