4H - Futur simple vs Futur Proche

1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoel
Aan het eind van deze les 
kun je de futur proche + 
futur simple herkennen en toepassen

Slide 2 - Tekstslide

Futur proche of Futur simple?
Je vais parler à mon père.

Tu trouveras la solution.

Slide 3 - Tekstslide

Wie kan nu het verschil vertellen tussen de futur proche en de futur simple?


Slide 4 - Tekstslide

Le futur
In het Frans kun je dus twee toekomende tijden onderscheiden:

Le futur proche ('nabije toekomst'): 
Je vais travailler (= Ik ga werken)

Le futur simple ('toekomst'): 
Je travaillerai (= Ik zal werken)

Slide 5 - Tekstslide

Futur proche = aller + infinitif

Slide 6 - Tekstslide

futur proche

Slide 7 - Tekstslide

Futur simple = infinitif + uitgangen

Slide 8 - Tekstslide

hij - kopen - futur simple (acheter)

Slide 9 - Open vraag

je - manger - futur simple

Slide 10 - Open vraag

Hij zal praten (futur simple)

Slide 11 - Open vraag

Le futur simple
De uitgangen van de futur simple komen bij regelmatig werkwoorden achter het hele werkwoord.

Slide 12 - Tekstslide

Le futur simple - de uitgangen
Werkwoorden op ir        - op er                   -op re
Je               choisirai          mangerai             prendrai
Tu               choisiras         mangeras            prendras
Il/elle/on  choisira           mangera              prendra
Nous         choisirons      mangerons         prendrons
Vous          choisirez         mangerez           prendrez
Ils                choisiront      mangeront          prendront

Slide 13 - Tekstslide

Vous avez des questions?

 *Questions sur le futur simple ?
* Questions sur le futur proche? 

Slide 14 - Tekstslide

Nu zelf oefenen met de werkwoorden in de Futur proche + futur simple
ga naar :  www.verbuga.eu

Temps: futur proche + futur (simple)
Verbes irréguliers: aller, avoir, être, faire, pouvoir, vouloir
Verbes réguliers: chercher, finir, vendre

Confirmer (bevestigen)

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Link