1H/vwo §11.4 Lineaire formules

§11.4 Lineaire formules
1 / 38
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 38 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

§11.4 Lineaire formules

Slide 1 - Tekstslide

§11.4 Lineaire formules
Een van de twee doelen van deze paragraaf is: 
 Leren hoe je een FORMULE maakt bij een LINEAIRE GRAFIEK!
Eerst even oefenen met de vorige paragraaf.

Slide 2 - Tekstslide

Verkort: v = 6d - 5c
A
v = 1 cd
B
v = 11cd
C
onmogelijk
D
v = 1 cd in het kwadraat

Slide 3 - Quizvraag

Verkort:
p = 2 x h x h + 4 h squared
A
p = 6h
B
p = 8 h in het kwadraat
C
onmogelijk
D
p = 6 h in het kwadraat

Slide 4 - Quizvraag

Verkort: d = 4 - 5k -6 + 3k
A
d = 2 - 2k
B
d = -2 - 2k
C
d = 10 + 8k
D
d = -2 + 9k

Slide 5 - Quizvraag

timer
0:25
Wat is een lineaire grafiek?

Slide 6 - Woordweb

A lineaire grafiek is een rechte lijn
in a assenstelsel.

Slide 7 - Tekstslide

Let op!
Iedereen kan leren hoe je een Formule maakt voor een Lineaire grafiek. 
Toch geeft dit onderwerp ieder een aantal leerlingen problemen.
Er zijn vier stappen nodig om het resultaat te behalen.
Doe dus goed mee met de komende uitleg en oefening!

Slide 8 - Tekstslide

Neem voor je:
+ Je schrift en boek op blz. 186
+ Een pen.
timer
0:25

Slide 9 - Tekstslide

Iets nieuws over het assenstelsel(1):

Slide 10 - Tekstslide

Iets nieuws over het ASSENSTELSEL(2):

Slide 11 - Tekstslide

In welk kwadrant heb je tot nu toe gewerkt??
timer
0:15
A
4
B
3
C
2
D
1

Slide 12 - Quizvraag

Let op: de POSITIEVE GETALLEN
worden gebruikt voor het 1e Kwadrant.
Tot nu toe gebruikten we alleen het 1e Kwadrant.
Vanaf nu niet meer
Op de assen zie je nu ook NEGATIEVE GETALLEN!

Slide 13 - Tekstslide

Let op: de POSITIEVE GETALLEN
worden gebruikt voor het 1e Kwadrant.

Slide 14 - Tekstslide

!

Slide 15 - Tekstslide

Nu de Hoofdschotel voor vandaag.
Maar eerst een grapje!

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Maken van een Lineaire Formule ...
is precies wat je NU gaat LEREN!

Slide 19 - Tekstslide

Lees één roosterpunt af.
Vul die in in de volgende slide.
Gebruik deze vorm:
( ... , ...)

Slide 20 - Tekstslide

Eén roosterpunt is:
( ... , ...)

Slide 21 - Woordweb

OPLOSSING van de taak:
Lees één roosterpunt af.
Vul die in in de volgende slide.
( -4, 60)
( 0, 40)
( 4, 20)
( 8, 0)
( 12, -20)

Slide 22 - Tekstslide

Dan nu het OPSTELLEN van een FORMULE
bij een Lineaire Grafiek!

Slide 23 - Tekstslide




Hierna je het zelf eens proberen!

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

TAAK:
Maak een FORMULE voor 
deze GRAFIEK!
Hoe?
+  Open je Schrift.
+  Open je boek op p.187/188 zodat je de 
Uitleg voor je hebt.
+  Je gaat de vier stappen die je net zag zelf
uitwerken in de komende slides.



Slide 26 - Tekstslide

Stap 1=FOTOVRAAG 
Step 1:
Maak een TABEL 
in je Schrift
met waarden die je goed kunt aflezen!
Bovenin de x waarden. Onderin de y waarden.
Er zijn maar drie van die punten.
Noteer ze in de volgende slide!


timer
1:00

Slide 27 - Tekstslide

De TABEL (stap 1):

Slide 28 - Open vraag

Oplossing Stap 1:

Slide 29 - Tekstslide

Stap 2:
Lees de BEGINWAARDE af.

Doe dit met de TABEL die je net maakte!

timer
0:15
A
6
B
2
C
-6
D
3

Slide 30 - Quizvraag

Oplossing Stap 2:
De BEGINWAARDE is -4.
Die kun je aflezen in de GRAFIEK:
Ook staat het getal in de TABEL:
onder de 0 als x waarde.

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide

Hoeveel stappen gaat de grafiek omhoog als er één
horizontale stap wordt gezet?
lees dit af uit je TABEL in je schrift.
timer
0:25
A
2
B
3
C
-6
D
6

Slide 33 - Quizvraag

OPLOSSING stap 3:
In de TABEL zie je dat als je 2 stappen naar rechts zet,
dat dan de grafiek 6 stappen omhoog gaat.
Dat betekent dat bij 1 stap naar rechts de grafiek 3 stappen omhoog gaat!
Dat getal hebben we nodig bij stap 3.

Slide 34 - Tekstslide

Stap 4:
De Formule is: ....................
timer
0:30
A
y = 6x - 3
B
3x - 6 = y
C
x = 3y - 6
D
y = - 6 + 3x

Slide 35 - Quizvraag

Oplossing stap 4:
De Formule is:
y = 3x - 6                  of:             3x - 6 = y     
 of ook:                                      -6 + 3x = y

Slide 36 - Tekstslide

HUISWERK:
§ 11.4 afmaken
maak ook: 53 en 54, blz. 198
Lever de hele rotzooi in in GC!

Slide 37 - Tekstslide

Huiswerk:

Slide 38 - Tekstslide