H11 Kracht en beweging

Planning

H11.1 Voortstuwen en tegenwerken
H11.2 Optrekken en afremmen



1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
Nask / TechniekMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

In deze les zitten 12 slides, met tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Planning

H11.1 Voortstuwen en tegenwerken
H11.2 Optrekken en afremmen



Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen H11
  • Je kunt aandrijfkrachten en tegenwerkende krachten op een bewegend voorwerp onderscheiden en benoemen.
  • Je kunt de netto-kracht/resultante samenstellen van krachten die langs een lijn werken.
  • Je kunt aan de hand van de netto-kracht op een rijdend voorwerp de soort beweging van dat voorwerp beredeneren.

  • Je kunt het begrip traagheid beschrijven. 
  • Je kunt berekeningen maken met het verband tussen kracht, massa en versnelling.

Slide 2 - Tekstslide

11.1 Voorstuwen en tegenwerken

Slide 3 - Tekstslide

Voortstuwen en tegenwerken
Voortstuwende kracht
Tegenwerkende kracht

Slide 4 - Tekstslide

Voortstuwen en tegenwerken
Om voorwerpen van snelheid te laten veranderen, heb je voortstuwende krachten of tegenwerkende krachten nodig. 
Voorbeeld van tegenwerkende krachten:
  • windkracht (luchtwrijving)
  • remkracht
  • rolwrijving

Slide 5 - Tekstslide

Nettokracht

Slide 6 - Tekstslide

Nettokracht laat de richting veranderen

Slide 7 - Tekstslide

Opgave 1





  • Kracht links = 700 + 800 = 1500 N
  • Kracht rechts = 500 + 400 + 500 = 1400 N
  • Nettokracht = Kracht links - Kracht rechts = 1500 - 1400 = 100 N

Slide 8 - Tekstslide

Opgave 2: Nettokracht
Motorkracht = 400 N
Rolweerstand = 100 N
Luchtweerstand = 200 N
Nettokracht = ?
  • 400 - 100 - 200 =
  • 400 - 300 = 100 N
  • De auto gaat sneller!

Slide 9 - Tekstslide

11.2 Optrekken en afremmen

Slide 10 - Tekstslide

Traagheid
Een voorwerp met een grote massa heeft een grote traagheid.

F = m x a

F = kracht (N)
m = massa (kg)
a = versnelling (m/s2)

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video