Freizeit - 2HV

Freizeit
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Freizeit

Slide 1 - Tekstslide

Lernziele
- Huiswerk bespreken
 Grammatica uitleg over de zwakke werkwoorden met stam op medeklinker + -m/-n
- We leren hoe we zelf kunnen vertellen over "Freizeit
- We doen een quiz over de grammatica

Slide 2 - Tekstslide

Hausaufgaben
Aufgabe 10+11+12

Slide 3 - Tekstslide

Vul de juiste vorm van het werkwoord in:

Ich _____________ (spielen) gerne Gitarre.
__________________ (hören) du das auch ?
Er ____________________ (wohnen) in Amsterdam.
Wo _______________ (wohnen) ihr?
Wir ___________________ in Berlin.

Slide 4 - Tekstslide

Sprachmittel - Seite 22
Maak zelf een Duits gesprekje met als thema : Freizeit/Hobbys

Slide 5 - Tekstslide

Ich ___________ (öffnen) die Tür.
A
öffnest
B
öffn
C
öffnet
D
öffne

Slide 6 - Quizvraag

Er _____________ (zeichnen) gerne Tiere.
A
zeichnt
B
zeichnest
C
zeichnet
D
zeichnen

Slide 7 - Quizvraag

Er hat nicht mehr ___________(atmen)
A
atmet
B
geatmen
C
atmest
D
geatmet

Slide 8 - Quizvraag

Wir haben das Fenster ___________ (öffnen)
A
öffnet
B
öffnest
C
geöffnet
D
geöffnen

Slide 9 - Quizvraag

Er hat immer Tennis ___________ (spielen)
A
gespielet
B
gespielt
C
spielst
D
spielt

Slide 10 - Quizvraag

Sie (ev) _____________ (atmen) nicht.
A
atmen
B
atmet
C
geatmet
D
atmest

Slide 11 - Quizvraag

Als er een vorm van "haben" in de zin staat, dan gebruik je daarna een :
A
voltooid deelwoord
B
werkwoord in de tegenwoordige tijd
C
werkwoord in de verleden tijd

Slide 12 - Quizvraag

Als de stam van het werkwoord eindigt op -m/ -n/ -d/ -t, dan voeg je soms een extra letter toe bij de vervoeging. Welke letter?
A
a
B
s
C
st
D
e

Slide 13 - Quizvraag

Bij welke vormen krijg je die extra -e?
A
ich / du / ihr
B
du / ihr
C
du / er/sie/es/ ihr
D
er/sie/es / ihr

Slide 14 - Quizvraag

Wat is het juiste voltooid deelwoord van : zeichnen???
A
zeichnet
B
gezeichnt
C
gezeichnen
D
gezeichnet

Slide 15 - Quizvraag