wk 10 i uur, plantage

Welkom bij geschiedenis, i-uur 2, klas 2. 
Binnen= beginnen\
  • Ga rustig zitten op je plek
  • Telefoon in je kluisje (of tas, geluid = uit)

  • Materiaalcontrole: leerboek en schrift op tafel



1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Welkom bij geschiedenis, i-uur 2, klas 2. 
Binnen= beginnen\
  • Ga rustig zitten op je plek
  • Telefoon in je kluisje (of tas, geluid = uit)

  • Materiaalcontrole: leerboek en schrift op tafel



Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Inschrijfuren deze week
Inschrijfuur 1: Verdieping: het 'leven' op een plantage.



Inschrijfuur 2: Klassikaal - Herhaling 3.1 t/m 3.4 dmv poster maken.

Inschrijfuur 3: Oefenen met vaardigheden: bronnen. Bronnenopdracht slavernij.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

 inschrijfuren, de regels

  • Je hebt gekozen voor dit i-uur. Dus je bent actief met de les bezig. 
  • Je hebt altijd je leerboek, je schrift en een werkende laptop bij je. Consequentie voor je spullen niet op orde. Vervangende opdracht waarbij je pas naar huis mag, als de opdracht klaar is. 
  • Je bent stil als er iemand praat. Consequentie bij niet opvolgen: waarschuwing 1:  je naam op het bord. Waarschuwing 2: gele kaart halen.
  • Je bent aan het werk met de opdracht. Je laat voor het einde van de les je opdracht zien. Consequentie bij niet werken aan de opdracht: waarschuwing 1: je naam op het bord. Waarschuwing 2: gele kaart halen.

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vandaag
  1. Lesdoelen 
  2. historisch onderzoek: Het leven op een plantage.
  3. Bespreken

Slide 4 - Tekstslide

A3 uitdelen!
Leerdoel
Na deze les kun je uitleggen hoe het leven van een tot slaaf gemaakte er op een plantage eruit zag.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De opdracht
Jullie gaan in tweetallen onderzoek doen met als hoofdvraag: Hoe zag het leven van een tot slaaf gemaakte eruit? 

Daar zijn horen 2 deelvragen bij:
1. Hoe verliep de reis en aankomst van Afrikaanse slaven?
2. Hoe was het leven op de plantages voor de tot slaaf gemaakten?  (denk aan kleding, dagelijks leven, huisvesting).

Je gebruikt deze bron: www.slavernijenjij.nl

Maak een powerpointdia met je bevindingen. Deze bekijken we aan het einde van de les.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Laat een memo briefje achter op de deur met een tip en en top!

Graag stoelen op de tafels voordat je weggaat!

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Extra uitleg

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan boord van een slavenschip




  • Vervoer en behandeling van de tot slaaf gemaakten was vreselijk
  • Ze werden vaak naakt en geketend aan elkaar vervoerd
  • Onhygiënische en ziekmakende omstandigheden leidden vaak tot de dood
  • Dode tot slaaf gemaakten werden, zonder enige vorm van respect, overboord gegooid.
  • Een slavenschip kon je soms op 5 zeemijlen (9 kilometer) afstand ruiken







Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leven op een plantage

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Video

vanaf 5.30

Op de plantages

  • Tot slaaf gemaakten moesten hard werken onder vreselijke omstandigheden
  • Regelmatig werden ze mishandeld en/of misbruikt
  • Ze werden soms gebrandmerkt, net zoals dat bij vee gebeurt. Hiermee kon iedereen zien wie de eigenaar van de tot slaaf gemaakte was
  • De meeste plantagehouders hadden blanke opzichters in dienst, maar er waren ook zwarte opzichters: de basja’s








Een halsklem en handboeien waarmee de slaven gevangen worden gehouden.

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waarom komen slaven niet gewoon in opstand tegen deze slechte behandeling?

Slide 14 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies


Opstanden


Slavenopstanden kwamen maar weinig voor. Dit kwam omdat:
  1. de slavenhouders goed bewapend waren
  2. de tot slaaf gemaakten uit verschillende delen van Afrika kwamen en elkaar daardoor niet goed begrepen. Ze konden zich daardoor niet organiseren
  3. Slaven vaak ook familie hadden op een plantage
  4. Overleven in de jungle is ook niet makkelijk
  5. Slaven waren niet elkaars gelijken: een huisslaaf of ambachtslaaf had een ander leven dan een slaaf die op het land werkte.
  6. Samenspannen met andere plantages was lastig.








Er is een aantal slavenopstanden geweest, bijvoorbeeld die onder leiding van Boni in Suriname (1757-1793) en die van Tula op Curaçao (1795)

Op de foto zie je Desenkadena ('verbreken van de ketenen'), ook wel het Tula monument genoemd. Het staat op de plek waar de opstand begon.
De Boni opstand

Wie was Boni?: https://isgeschiedenis.nl/nieuws/boni-ca-1730-1793-leider-van-de-slavenrevoltes-in-suriname

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

5

Slide 16 - Video

Deze slide heeft geen instructies

03:55
Welke aandeel hebben de lokale Afrikaanse vorsten in het ontstaan van de Trans-Atlantische slavenhandel?
A
De Afrikaanse vorsten hadden geen aandeel, ze werden gedwongen door de Europeanen om hun eigen volk te verkopen.
B
De Afrikaanse vorsten betaalde de Europeanen veel geld om mensen die zij zagen als onwenselijk te kopen en mee te nemen.
C
Door het tekort aan voedsel moesten de Afrikaanse vorsten wel mensen als slaaf verkopen aan de Europeanen.
D
De Afrikaanse vorsten vielen elkaar aan en maakte de lokale bevolking tot slaaf. Deze verkochten ze aan Europeanen in ruil voor vuurwapens,

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

07:26
Wat is de reden dat families uit elkaar werden gehaald en aan verschillende plantages werden verkocht?

Slide 18 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

08:24
De slaaf in de video die zweepslagen kreeg heet ''Johannes''. Een erg Nederlandse naam. Wat is de reden dat een Afrikaanse slaaf een Nederlandse naam kreeg?
A
Zijn naam was toevallig Johannes, hier hoeft verder niets achter te zitten.
B
Johannes was het koosnaampje voor alle slaven, alle mannelijke slaven werden dus zo genoemd.
C
Dit werd expres gedaan om een afstand te creëren tussen de slaaf en zijn/haar Afrikaanse verleden.
D
Dit had de slaaf zelf uitgekozen als toewijding aan zijn nieuwe meester.

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

09:18
In hoeverre is John Stetman (de schrijver van de opgelezen tekst) betrouwbaar?

Slide 20 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

13:25
Op welke manier ondervonden de plantages last van de lokale marron stammen?

Slide 21 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

0

Slide 22 - Video

Deze slide heeft geen instructies