8.1 - Waarom de grens over?

Welkom, wat fijn dat jullie er zijn!

Bij binnenkomst
Stap 1: Jas uit op de gang & mobiel in de telefoontas bij het juiste           
             nummer.
Stap 2: Eten/drinken weg & kauwgom/lolly uit.
Stap 3: Open je boek op blz. 220 en open je schrift voor een opdracht.




1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Welkom, wat fijn dat jullie er zijn!

Bij binnenkomst
Stap 1: Jas uit op de gang & mobiel in de telefoontas bij het juiste           
             nummer.
Stap 2: Eten/drinken weg & kauwgom/lolly uit.
Stap 3: Open je boek op blz. 220 en open je schrift voor een opdracht.




Slide 1 - Tekstslide

Dit gaan we doen deze les
  1. Herhalen paragraaf 7.4
  2. Uitleg paragraaf 8.1 deel 1
  3. Zelfstandig werken 

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen 8.1
In deze les leer je:
  1. Waarom Nederland importeert en exporteert.
  2. Het saldo op de betalingsbalans te berekenen met de invoer- en uitvoerwaarde.
  3. Berekenen hoe groot de import en export zijn in verhouding tot het nationaal inkomen.



Slide 3 - Tekstslide

Wat is het verschil tussen
import en export?

Slide 4 - Woordweb

Kopen uit het 
buitenland

Import (of invoer)
= Nederlandse bedrijven kopen producten in het buitenland.


Redenen om te importeren:
  • Sommige landen kunnen bepaalde goederen goedkoper produceren.
  • Bepaalde grondstoffen komen in ons land niet of te weinig voor.
  • Sommige landbouwgewassen groeien niet in ons klimaat.
  • Consumenten willen uit meer producten en merken kunnen kiezen.



Stap 1: Maak opgave 1 t/m 4 op blz. 220
Stap 2: Maken 8.1 op  blz. 236
Stap 3: Maken 8.1 op blz. 238
timer
5:00

Slide 5 - Tekstslide

Verkopen aan het 
buitenland
Export (of uitvoer)
= Nederlandse bedrijven verkopen producten aan het buitenland.

Goederenexport bestaat uit:
  • goederen die in Nederland zijn gemaakt
  • goederen die eerst geïmporteerd zijn = wederuitvoer
Bij wederuitvoer worden goederen na invoer onbewerkt doorverkocht.
Wat levert export Nederland op?





Stap 1: Maak opgave 5, 6 & 8 op blz. 221 & 222
Stap 2: Maken 8.1 op  blz. 236
Stap 3: Maken 8.1 op blz. 238
timer
5:00

Slide 6 - Tekstslide

Welkom, wat fijn dat jullie er zijn!

Bij binnenkomst
Stap 1: Jas uit op de gang & mobiel in de telefoontas bij het juiste           
             nummer.
Stap 2: Eten/drinken weg & kauwgom/lolly uit.
Stap 3: Open je boek op blz. 238 en open je schrift voor een opdracht.




Slide 7 - Tekstslide

Dit gaan we doen deze les
  1. Herhalen paragraaf 7.4 + 8.1 deel 1
  2. Uitleg paragraaf 8.1 deel 2
  3. Zelfstandig werken 

Slide 8 - Tekstslide

Leerdoelen 8.1
In deze les leer je:
  1. Waarom Nederland importeert en exporteert.
  2. Het saldo op de betalingsbalans te berekenen met de invoer- en uitvoerwaarde.
  3. Berekenen hoe groot de import en export zijn in verhouding tot het nationaal inkomen.



Slide 9 - Tekstslide

Veel of weinig 
handel?

Invoerwaarde =     wat we in totaal betalen voor de import
Uitvoerwaarde =    wat we in totaal verdienen aan de export

Betalingsbalans = staan alle ontvangsten uit het buitenland en 
                                alle betalingen aan het buitenland.

Bij een handelsoverschot is de uitvoerwaarde hoger dan de invoerwaarde.
Het saldo op de betalingsbalans is dan positief.




Stap 1: Maak opgave 7 t/m 9 op blz. 222
Stap 2: Maken 8.1 op  blz. 236
Stap 3: Maken 8.1 op blz. 238
timer
5:00
Samen: blz. 238 opgave 5

Slide 10 - Tekstslide

Het belang van 
internationale handel
Nationaal inkomen = alle inkomens van de inwoners van een land bij elkaar opgeteld.

Open economie = een land dat een groot deel van het nationaal inkomen
  • verdient met export
  • besteedt aan import

Gesloten economie = een land dat naar verhouding weinig in- en uitvoert
 ten opzichte van het nationaal inkomen.




Stap 1: Maak opgave 10 & 11 op blz. 223
Stap 2: Maken 8.1 op  blz. 236
Stap 3: Maken 8.1 op blz. 238
timer
5:00
Samen: blz. 242 opgave  12

Slide 11 - Tekstslide