Voordelen: weinig grond, veel dieren, veel productie
Nadelen: dierwelzijn (krachtvoer, kans op ziekten, produceren veel mest (mestoverschot), ruimte
Slide 6 - Tekstslide
Tuinbouw
Vroeger open grond. Nu kassen
Voordelen: hele jaar door
ook gewassen die normaal niet in Nederland groeien
Nadelen:
Hoog elektriciteit gebruik
Duur
Ziekteverwekkers
Slide 7 - Tekstslide
Bemesting
Planten hebben mineralen uit de grond nodig om te groeien. Door de monocultuur raken die op --> bemesting zorgt voor nieuwe mineralen.
Stalmest: Reducenten breken de stalmest af, waardoor mineralen vrijkomen.
Kunstmest: gemaakt in een fabriek. Er kunnen precies de juiste hoeveelheid mineralen worden toegevoegd, zodat gewassen goed kunnen groeien.
Nadeel: planten nemen niet alles op. Het restant komt in de bodem en in het grondwater. terecht.
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Video
Bodembewerking
Door bodembewerking (ploegen) komt er meer zuurstof in de bodem.
-De bodem wordt luchtiger
-Planten kunnen beter water en mineralen opnemen.
-Wortels kunnen beter de bodem doordringen
Slide 10 - Tekstslide
Erfelijke eigenschappen
Boeren willen graag planten en dieren die veel voedsel produceren --> kiezen voor dieren met gunstige erfelijke eigenschappen. Dat kan door:
-Veredeling:
-Genetische modificatie
Slide 11 - Tekstslide
Veredeling
-Kunstmatige selectie (door de mens)
-Net zo lang kruisen tot er planten uitkomen met de meest gunstige eigenschappen
Genetische modificatie (GM) - transgeen
-Aan de bestaande erfelijke eigenschappen van een soort worden erfelijke eigenschappen van een andere soort toegevoegd. (bijv grotere gewassen, zonder ziektes)
Boeren willen graag planten en dieren die veel voedsel produceren --> kiezen voor dieren met gunstige erfelijke eigenschappen.