4.2 Meten van welvaart en welzijn (1)

4.2
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

4.2

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Planning vandaag
4.1 Huiswerk nakijken
4.2 Meten van rijkdom
  • Geld is niet alles 
  • Opgaven maken

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ik vind ak LASTIG


Werkboek par 4.1 (hv p. 98-99)
Opdracht 1, 2, 4, 5, 6

Werkboek par 4.1 (hv p. 106)
Herhaling 4.1 



Ik vind ak MAKKELIJK


Werkboek par 4.1 (hv p. 98-99)
opdracht 1, 2, 3, 4, 5

Werkboek par 4.1 (hv p. 108)
Verdieping 4.1 

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De armoedegrens is overal hetzelfde
A
Waar
B
Niet waar

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

In welk land ligt de armoedegrens hoger?
A
Haïti
B
Noorwegen
C
Nigeria
D
Indonesië

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

bijdrage BNP 
belasting betalen

ruilhandel

ongeschoold werk

scharrel economie
 

Slide 6 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe rijker een land, hoe meer mensen werken in de......
A
Landbouw
B
Industrie
C
Dienstensector
D
McDonald's

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe meet je rijkdom?
Welvaart: Hoeveel geld er wordt verdiend in een land per jaar.

Bruto Binnenlands Product per hoofd
BBP/hoofd


Alles wat in één jaar wordt verdiend in een land, gedeeld door het aantal inwoners.
Aantekening

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Land met het hoogste bbp/hoofd ter wereld? 
Link
In dollars of in euro's 
waarom?

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe meet je rijkdom?
Beroepsbevolking


Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

timer
1:00
Landbouw
Visserij
Handel
Industrie
Bouw
Mijnbouw
Banken
Overheidsdiensten
Ambacht

Slide 11 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe meet je rijkdom?
Beroepsbevolking: Alle mensen die werken tegen betaling (+ de werklozen)

1. Primaire sector
Landbouw, mijnbouw, visserij
2. Secundaire sector
Industrie, bouw
3. Tertiaire sector
Diensten
Aantekening

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe meet je rijkdom?
Welzijn: de levensomstandigheden van de mensen


Aantekening

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe meet je rijkdom?
Welzijn: de levensomstandigheden van de mensen

1. Levensverwachting
Hoe oud worden mensen gemiddeld als ze worden geboren
2. Koopkracht
Hoeveel je kan kopen
3. Alfabetiseringsgraad
Hoeveel % mensen kunnen lezen en schrijven
Aantekening

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zit Nederland in de periferie, semi-periferie of in het centrum?

Slide 15 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Weet je een andere naam voor een periferieland?

Slide 16 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Welvaart en welzijn zegt dus iets over hoe ontwikkeld een land is.
Vaak hebben rijke landen ook een hoog welzijn.
Welvaart en welzijn zegt dus iets over hoe ontwikkeld een land is.
Vaak hebben rijke landen ook een hoog welzijn.

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De wereld ingedeeld op ontwikkelingsgraad
Je kunt landen op basis van welvaart en welzijn indelen in drie groepen:
  1. De centrumlanden = de meest ontwikkelde landen (koplopers)                      Veel mensen werken in de diensten, oftewel in de tertiaire sector.
  2. De semiperiferie = landen die flink aan het ontwikkelen zijn (volgers)          Veel mensen werken in de industrie, oftewel de secundaire sector.
  3. De periferie = de grote groep ontwikkelingslanden (achterblijvers)               Veel mensen werken in de landbouw, oftewel de primaire sector.

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bereken het bbp/hoofd:
Inwoners: 250.000
Inkomens: 300.000.000

Slide 19 - Open vraag

300.000.000 / 250.000 = 1200
Zijn er vragen?

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ik vind ak LASTIG


Werkboek par 4.2 
Opdracht 1, 3, 4, 5

Werkboek par 4.2 
Herhaling 4.2



Ik vind ak MAKKELIJK


Werkboek par 4.2
opdracht 2, 3, 5, 6

Werkboek par 4.2 
Verdieping 4.2 

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Weektaak
Lezen paragraaf 4.2
4.2 lezen maken 

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De levensomstandigheden van de mensen
A
Welvaart
B
Welzijn

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Als weinig mensen kunnen lezen en schrijven is de alfabetiseringsgraad....
A
Hoog
B
Laag

Slide 24 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

In landen waar de welvaart erg laag is, werkt naar verwachting het grootste deel van de beroepsbevolking in...
A
primaire sector
B
secundaire sector
C
tertiaire sector

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat hoort NIET bij de secundaire sector?
A
Bouw (bijv. huizen, wegen)
B
Ambacht (bijv. bakker, smid, schilder)
C
Fabrieken (bijv. autofabriek)
D
Grondstoffenwinning (bijv. olie oppompen)

Slide 26 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een voorbeeld van een beroep in de secundaire sector is
A
Bloembollenteler
B
Bloemist
C
Verpakken van bloembollen in een fabriek

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Slide 28 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is welzijn? En uit welke drie dingen bestaat welzijn?

Slide 29 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk van de volgende beroepen hoort bij de primaire sector
A
Een smid
B
Een piloot
C
Een visser
D
Een vrachtwagen chauffeur

Slide 30 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Centrumlanden: koplopers, rijk, ontwikkeld, bepalen de wereldhandel.

Semi-periferie: in ontwikkeling, ook wel 'volgers' genoemd.

Periferie: achterblijvers, werken veelal in landbouw, lage welvaart.

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies