Vakleer 2 hfd 8

Vakleer 2 hfd 8
Doel van de les: Je weet na de les welke veiligheidsmaatregelen je moet nemen bij het uitvoeren van metingen
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
ElectronicaMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Vakleer 2 hfd 8
Doel van de les: Je weet na de les welke veiligheidsmaatregelen je moet nemen bij het uitvoeren van metingen

Slide 1 - Tekstslide

Veiligheidsmaatregelen volgens NEN 3140


 Risico's beperken door: 
Veilige meetinstrumenten gebruiken, 
veilige situatie werken
 veilige werkwijze

Slide 2 - Tekstslide

Meetinstrumenten
Veilig meetinstrumenten gebruiken: Mag een aanrakingsgevaar veroorzaken, geen kortsluiting.

Simpel? Nee, verkeerd insteken kan kortsluiting maken!

Slide 3 - Tekstslide

Maatregelen om het te voorkomen

- Universeelmeter zonder stroommeetbereik
- Stroomtangen met aparte meetbussen voor spanningsmetingen en weerstandsmeting

Slide 4 - Tekstslide

Instrumenten volgens 3140
Meetinstrumenten met ingebouwde zekering voor stroommetingbereik --> sluit je verkeerd aan dan alarmsignaal of blokkering.
LET OP: Volgens NEN 3140: 
Je mag alleen een universeelmeter met laagohmig stroombereikgebruiken als er sprake is van verwaarloosbaar kortsluitingsvermogen.

Slide 5 - Tekstslide

Hoe heet dit
meetinstrument?
A
liniaal
B
rolmaat
C
duimstok
D
meetlat

Slide 6 - Quizvraag


Hoe noem je dit meetinstrument?
A
borenmeter
B
schuifmaat
C
liniaal
D
schuifmeter

Slide 7 - Quizvraag

Het meetinstrument op de foto meet het ....... in ......
A
stroom in A
B
spanning in V
C
vermogen in W
D
Energie in kWh

Slide 8 - Quizvraag

Het meetinstrument op de foto is een ...
A
stroommeter.
B
spanningsmeter.
C
kWh-meter.
D
kilowattuurmeter.

Slide 9 - Quizvraag

Meetpennen
Categorie 3 en 4 mogen alleen maar klein ongeïsoleerd stukje hebben aan het uiteinde van de meetpen. Maximaal 4 mm. 
Categorie 1 en 2 langer: 19 mm. 

Om het blanke deel te beschermen wordt een afscherming gebruikt, dit kan los of vast zijn.

Slide 10 - Tekstslide

Wat is het voordeel van vaste afscherming bij een meetpen?

Slide 11 - Open vraag

Het nadeel van een vaste afscherming op een meetpen is....
A
dat je de pen niet los krijgt.
B
dat de pen dikker wordt.
C
dat je de pen niet goed kan hanteren.
D
dat je de dop kwijt raakt.

Slide 12 - Quizvraag

Spanningsloos meten
Je meet alleen of er spanning aanwezig is of niet. 
Je meet NIET de hoogte van de spanning!

Meten met een 2polige spanningsaanwijzer. Deze hebben een veilige kant, zodat er GEEN kortsluiting gemaakt kan worden, omdat er GEEN laagohmig meetbereik is.

Slide 13 - Tekstslide

Hoe heet dit 2 polige meetinstrument?
A
Duspol
B
Universeelmeter
C
Amperetang
D
Spanningszoeker

Slide 14 - Quizvraag

Hoe wordt een multimeter ook wel genoemd?
A
Weerstandmeter
B
Stroommeter
C
Spanningmeter
D
universeelmeter

Slide 15 - Quizvraag

Wat doe je als eerste voordat je een meting met een universeelmeter uitvoert?
A
Je zet de schakelaar in de hoogste stand van het bereik wat je wilt meten
B
Je sluit de meetsnoeren aan
C
Je zet de batterij in de meter

Slide 16 - Quizvraag

Als je wisselspanning wilt meten dan:
A
Stel je de universeelmeter in op AC AMP~ en sluit je de rode en zwarte pennen aan op COM en V
B
Stel je de universeelmeter in op AC V~ en sluit je de rode en zwarte pennen aan op COM en V
C
Stel je de universeelmeter in op AC V~ en sluit je de rode en zwarte pennen aan op COM en A
D
Stel je de universeelmeter in op DC V= en sluit je de rode en zwarte pennen aan op COM en V

Slide 17 - Quizvraag

Belangrijk!!
Op meetinstrumenten staat CAT III 600V: dit betekent dat ze bestand zijn tegen overspanning van maximaal 6000V, maar zegt niets over kortsluitingsgevaar!!!

A meetbussen hebben een ingangsweerstand die zeer laag is. Dat is dus laagohmig meetbereik. Meten aan systemen met een hoge beveiligingswaarde, kies een andere meter!!

Slide 18 - Tekstslide

Aanrakingsgevaar
De installatie waarin gemeten wordt bepaald voor een deel t risico. Mate van bescherming tegen aanraking is belangrijk. Dit wordt vastgelegd in IP-graden. IP+2 cijfers. 1 cijfer = bescherming tegen vaste stof, 2 cijfer = bescherming tegen water. 
Bij installatie lager dan IP20 isolerende handschoenen dragen als aanraakbare delen binnen 5cm van de hand kunnen komen,

Slide 19 - Tekstslide

Welke gevarenzone geldt bij metingen volgens de NEN 3140?
A
Geen
B
NEN 3140 haha, het is NEN 2010!!
C
10 cm
D
5 cm

Slide 20 - Quizvraag

Slide 21 - Video

De praktijk!
Op blz 79 en blz 80 worden praktijkvoorbeelden gegeven voor 'veilig meten'.  Lees deze door en maak dan de vragen op blz 81.


HUISWERK: Vragen over hfd 4 t/m 8?? Meenemen!!! Volgende week oefenen voor de toets!

Slide 22 - Tekstslide