Stabiele zijligging - EHBO

EHBO - Stabiele Zijligging
Stabiele zijligging
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

EHBO - Stabiele Zijligging
Stabiele zijligging

Slide 1 - Tekstslide

Wat weten jullie al over de stabiele zijligging?

Slide 2 - Open vraag

Na de les weet je:
  1. Wanneer je iemand in de stabiele zijligging moet leggen
  2. Waarom je iemand in de stabiele zijligging legt
  3. Hoe je iemand in de stabiele zijligging legt 

Slide 3 - Tekstslide

Wanneer stabiele zijligging
  • Slachtoffer reageert niet, dus bewusteloos
  • Slachtoffer ademt wel

Slide 4 - Tekstslide

Waarom stabiele zijligging
Wanneer een slachtoffer bewusteloos is verslappen de spieren in de keelholten waardoor de tong in de keelholte kan zakken en het slachtoffer kan stikken. De stabiele zijligging zorgt ervoor dat de luchtweg vrij blijft. Ook kan het slachtoffer in de stabiele zijligging niet stikken in eventueel braaksel.

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

Waar op te letten
  • benaderen kant gezicht
  • Kinlift - Luisteren, kijken, voelen
  • bril af -> Veiligheid
  • Indien alleen: telefoon bij hoofd slachtoffer
  • Arm over de grond slepen - niet optillen


Slide 7 - Tekstslide

Demonstratie

Slide 8 - Tekstslide

Oefenen
  • 5 groepjes van 4 leerlingen
  • 25 minuten

Slide 9 - Tekstslide

1. Aanspreken
2. Schudden
3. Kinlift + ademhalingscontrole 10 sec.
4. 112 bellen 
5. Bril af
6. Arm die het dichtst bij ligt in een rechte hoek (90 graden) 
7. Handrug naar oor, hand in hand (niet meer loslaten)
8. Verste knie omhoog
9. Draaien
10. Hoofd omhoog kantelen
11. Elleboog op de grond
12. Knie rechte hoek (90 graden)
13. Ademhaling controle buik-rug iedere minuut 10 sec. 

Slide 10 - Tekstslide

Quiz

Slide 11 - Tekstslide

Hoeveel seconden moet de ademhaling gecontroleerd worden
A
1 minuut
B
10 seconden
C
5 seconden
D
20 seconden

Slide 12 - Quizvraag

wanneer voer je de stabiele zijligging niet uit?
A
Als iemand bewusteloos is
B
Als iemand is flauw gevallen
C
Als iemand geen adem haalt

Slide 13 - Quizvraag

Je legt iemand in de stabiele zijligging als..
A
Iemand zich niet lekker voelt
B
Iemand geen adem meer haalt
C
Iemand buiten bewustzijn is maar ademhaalt
D
Iemand misselijk is

Slide 14 - Quizvraag

Dit is de stabiele zijligging
A
Waar
B
Niet waar

Slide 15 - Quizvraag

Waarom moet je iemand in de "Stabiele Zijligging" leggen?
A
Zodat hij stabiel ligt en niet om kan vallen
B
Dat ligt prettiger voor het slachtoffer
C
Dan kan je beter op het slachtoffer letten
D
Om de luchtweg van het slachtoffer vrij te houden

Slide 16 - Quizvraag

Terugkoppeling leerdoel
  1. Wanneer je iemand in de stabiele zijligging moet leggen
  2. Waarom je iemand in de stabiele zijligging legt
  3. Hoe je iemand in de stabiele zijligging legt 

Slide 17 - Tekstslide

Ik vond deze les:
Leerzaam
niet leerzaam
leuk
niet leuk

Slide 18 - Poll