Quiz GHZ

Quiz GHZ
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Quiz GHZ

Slide 1 - Tekstslide

Met welke schaal kun je een delier vaststellen?
A
EWS
B
NRS
C
DOS
D
Glasgow score

Slide 2 - Quizvraag

Uit hoeveel vragen bestaat een DOS score
A
10
B
11
C
12
D
13

Slide 3 - Quizvraag

Welke soorten delier kennen we?
A
hyperactief
B
hypoactief
C
combinatie van A + B
D
Delirant gedrag

Slide 4 - Quizvraag

Komt epilepsie vaker voor bij mensen met een verstandelijke beperking?
A
ja
B
nee
C
soms
D
per handicap verschillend

Slide 5 - Quizvraag

Hoe kun je epilepsie vaststellen?
A
EEG
B
bloedonderzoek
C
ECG
D
lichamelijk onderzoek

Slide 6 - Quizvraag

Een dieet kan helpen bij epilepsie ter vermindering van insulten
A
koolhydraatarm dieet
B
ketogeen dieet
C
mediterraan dieet
D
caloriearm dieet

Slide 7 - Quizvraag

Wanneer spreek je van een status epilepticus?
A
bij een absence
B
bij dagelijks insulten
C
bij meerdere keren per dag een insult
D
bij meerdere insulten achter elkaar waarbij er tussendoorgeen bewustzijn aanwezig is.

Slide 8 - Quizvraag

Wat geen functie van de neus?
A
ruiken
B
bevochtigen en reinigen van de lucht
C
stemvorming
D
afkoelen van lucht

Slide 9 - Quizvraag

Hoeveel procent kan iemand die slechtziend is zien
A
minder dan 30%
B
minder dan 20%
C
minder dan 10%
D
minder 5&

Slide 10 - Quizvraag

wat is geen functie van de huid?
A
bescherming van je lichaam
B
2de verdediging van je afweersysteem
C
voorkoming van onderkoeling
D
herkenbaar maken van mensen

Slide 11 - Quizvraag

Hoeveel mensen in Nederland hebben een chronische huidaandoening
A
300.00
B
700.00
C
1.2 miljoen
D
1.5 miljoen

Slide 12 - Quizvraag

Wat kan een oorzaak zijn van niet traumatisch hersenletsel?
A
auto-ongeluk
B
val op het ijs
C
CVA

Slide 13 - Quizvraag

wat is het verschil tussen diffuus en lokaal hersenletsel
A
Lokaal hersenletsel als het letsel plaatselijk is. Diffuus hersenletsel is er schade verspreid over een groter deel van het brein
B
lokaal hersenletsel treed op

Slide 14 - Quizvraag

hoeveel mensen wonen er in Nederland die een beperking ervaren ten gevolge van NAH
A
75.000
B
250.000
C
650.000

Slide 15 - Quizvraag

Schade aan de kleine hersenen kan leiden tot moeite hebben met
A
schrijven, een dop losdraaien, kleine bewegingen
B
praten en taalbegrip
C
plannen, overzicht houden en organiseren

Slide 16 - Quizvraag