In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 6 videos.
Lesduur is: 120 min
Onderdelen in deze les
GHZ - MV week 7 (BOL - leerjaar 2)
Bijkomende lichamelijke problemen
Epilepsie
Slide 1 - Tekstslide
Nog even in de herhaling...
agnosie parese
hemiparese apraxie slikklachten
afasie concentratiestoornissen
afagie paralyse
dysartrie gedragsverandering
hemianopsie geheugenverlies
neglect vermoeidheid
Slide 2 - Tekstslide
Aan welk gedrag kan je hersenletsel herkennen?
Slide 3 - Open vraag
Traumatisch hersenletsel
Niet traumatisch hersenletsel
Zuurstof tekort na reanimatie
Auto ongeluk
Covid 19
Val van de trap
Vergiftiging door alcohol of drugs
Slide 4 - Sleepvraag
Zichtbare gevolgen
Onzichtbare gevolgen
Geheugenstoornissen
Hemiparese
Verstoorde controle
Taalstoornissen
Hemianopsie
Concentratiestoordnissen
Slide 5 - Sleepvraag
Gevolg van CVA kan een hemiparese zijn: Dit is:
A
zorgvrager heeft aan1 kant last van spiertrekkingen
B
zorgvrager kan beide kanten niet goed meer bewegen
C
zorgvrager kan 1 kant niet goed meer bewegen
D
zorgvrager heeft een spraakgebrek
Slide 6 - Quizvraag
Stelling: Paralyse is de benaming voor spierkrachtvermindering
A
waar
B
niet waar
Slide 7 - Quizvraag
wat is agnosie?
A
stoornis in het spreken en/of slikken
B
verminderd vermogen om taal te gebruiken
C
onvermogen om handelingen uit te voeren
D
dingen niet meer weten of herkennen
Slide 8 - Quizvraag
Neglect =
Het verschijnsel dat voor een zorgvrager 1 kant van het lichaam niet meer lijkt te bestaan, hij of zij slechts de helft van het bord leeg eet en 'halve' tekeningen maakt
Slide 9 - Tekstslide
Taalstoornis veroorzaak door hersenletsel woordoor communicatie wordt belemmerd
Onvermogen om te slikken en eten
Onvermorgen om complexe handelingen uit te voeren
Verlies van het vermogen om personen, voorwerpen, geluiden en geuren te herkennen
Afagie
Afasie
Apraxie
Agnosie
Slide 10 - Sleepvraag
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
Prevalentie; epilepsie komt vaker voor bij:
A
Mannen
B
Vrouwen
C
Allebei evenveel
D
Kinderen
Slide 16 - Quizvraag
Mensen met een verstandelijke beperking hebben vaker epilepsie
A
Waar
B
Niet waar
Slide 17 - Quizvraag
hoe vaak komt epilepsie voor binnen de GHZ
A
1 op de 3
B
1 op de 6
C
1 op de 4
D
1 op de 5
Slide 18 - Quizvraag
Welk antwoord is goed? Iemand met epilepsie
A
heeft minstens één keer per jaar een aanval
B
heeft altijd dezelfde soort aanvallen
C
voelt de aanval altijd aankomen
D
kan verschillende soorten aanvallen krijgen
Slide 19 - Quizvraag
zie infographic in Teams!
Slide 20 - Tekstslide
Slide 21 - Tekstslide
Bij een gegeneraliseerde aanval bij epilepsie is iemand nog wel bij bewustzijn.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 22 - Quizvraag
Epilepsie kan een eerste symptoom zijn van een hersentumor