Argumenten - begrijpend lezen en luisteren

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 3

           Nederlands - Jolien de Kock 

Doelen van deze les

-Je kunt het verschil tussen een standpunt/argument benoemen. 

-Je kunt argumenten uit een leestekst halen. 

Stelling

-Vaak dwingend en zwart/wit. Je 'moet' iets.

-Standpunt geeft aan wat je ervan vindt.

In wat voor soort teksten komen stelling/standpunten/argumenten voor?

1. verhalende teksten
2. informatieve teksten
3. betogende teksten
4. instructieve teksten

Leestekst

Lees de leestekst (deze wordt in de chat gezet). 

Wat geeft het karakter van de leestekst het best weer?

1. De auteur geeft vooral de feitelijke situatie weer van de zorg.
2. De auteur geeft vooral zijn eigen mening over de zorg.
3. De auteur is vooral negatief gestemd over de marktwerking in de zorg.
4. De auteur geeft vooral de mening van diverse betrokken partijen bij de zorg weer.

In alinea 5 staat: 'Maar er gaat ook veel in de zorg verkeerd.' In welke alinea('s) vind je de argumenten die gebruikt worden om dit standpunt te onderbouwen?

1. In alinea 4 en 5
2. In alinea 5
3. In alinea 5 en 6
4. In alinea 5, 6 en 7

Argument

Onderbouwing van een standpunt

Soorten argumenten 

Objectieve
- feitelijke argumenten (controleerbaar) 
Subjectieve
- niet-feitelijke argumenten (moeten vaak ondersteund worden)

Ook wel 'waarderende' argumenten genoemd. 

Welk van de onderstaande argumenten uit de leestekst is subjectief (waarderend)?

1. Ruim 80 procent van de kiezers wil dat de overheid een einde maakt aan de marktwerking in de zorg.
2. Het is echt beter voor de patiënt dat er een concentratie van hoogspecialistische zorg is.

In het videofragment zegt de rechter: 'U vindt dat mevrouw Smit de brandnetels zelf maar weg moet halen als ze daar last van heeft.' Dat is een:

1. standpunt
2. conclusie
3. argument
4. stelling

Welke invloed hebben de argumenten van de mevrouw Smit en de familie Hendrikse? De rechter

1. verwerpt vrijwel alle argumenten van de familie Hendrikse in zijn oordeel
2. negeert vrijwel alle argumenten van mevrouw Smit en de familie Hendrikse in zijn oordeel
3. verwerpt vrijwel alle argumenten van mevrouw Smit in zijn oordeel
4. uit zich laatdunkend over de argumenten de familie Hendrikse

Wat betekent marktwerking in de zorg?

'De zorg moet anders.'
Eens of oneens?

Argumenten voor/tegen
marktwerking in de zorg

Volgende week

-Goede en foute argumenten (drogredenen)