Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Meewerken voorwerp/ bijwoordelijke bepaling (v2)
1vc week 12 les 1+2
Fictieboek lezen (10 min)
Leerdoelen:
Je kan het meewerkend voorwerp in een zin vinden.
Je kan het bijwoordelijke bepaling in een zin vinden.
timer
10:00
1 / 12
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Nederlands
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 1
In deze les zitten
12 slides
, met
tekstslides
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
1vc week 12 les 1+2
Fictieboek lezen (10 min)
Leerdoelen:
Je kan het meewerkend voorwerp in een zin vinden.
Je kan het bijwoordelijke bepaling in een zin vinden.
timer
10:00
Slide 1 - Tekstslide
Meewerkend voorwerp en bijwoordelijke bepaling
Slide 2 - Tekstslide
Zinsdelen tot nu toe
pv
ow
wwg/nwg
lv
mv
Slide 3 - Tekstslide
Korte herhaling: meewerkend voorwerp
Slide 4 - Tekstslide
Het meewerkend voorwerp
Maar hoe vind je het meewerken voorwerp?
Aan wie of voor wie + gezegde + onderwerp (+ lijdend voorwerp)?
Wat is het meewerkend voorwerp in de volgende zin?
Mijn oma heeft mij afgelopen zondag wel tien berichtjes gestuurd.
Slide 5 - Tekstslide
Het meewerkend voorwerp
Maar hoe vind je het meewerken voorwerp?
Aan wie of voor wie + gezegde + onderwerp (+ lijdend voorwerp)?
Mijn oma heeft
mij
afgelopen zondag wel tien berichtjes gestuurd.
Aan wie
heeft mijn oma wel tien berichtjes gestuurd?
Antwoord:
(aan) mij
.
Slide 6 - Tekstslide
Nakijken en oefenen
NN Grammatica zinsdelen § 9 Meewerkend voorwerp
p. 221
Nakijken opdracht 1+2 en afmaken opdr. 3+4
Wat?: Maak opdracht 3+4
Hoe?: Klassikaal opdr. 3 vraag 1, individueel 3+4
Hulp?: Boek en buur
Tijd?: 10 min.
Uitkomst: Je hebt geoefend met het meewerkend voorwerp.
Klaar?: Lezen of huiswerk
timer
10:00
Slide 7 - Tekstslide
Bijwoordelijke bepaling
Slide 8 - Tekstslide
Bijwoordelijke bepaling
Alle zinsdelen benoemd? Dan blijven er vaak een paar over.
Geven extra informatie (bijv. waar, wanneer en hoe)
Kijk of de bijwoordelijke bepaling antwoord geeft op deze vragen.
Niet alle bwb's geven antwoord op een vraag (bijv. zeker, eigenlijk, niet
en
wel)
Er kunnen meerdere bwb's in één zin staan, ook achter elkaar!
Slide 9 - Tekstslide
Bijwoordelijke bepaling
Morgenavond
gaan mijn moeder en ik
naar de bioscoop
.
Morgenavond = wanneer
naar de bioscoop = waar
Slide 10 - Tekstslide
Noteer het meewerkend voorwerp en de bijwoordelijke bepaling:
Gistermiddag heeft mijn zus haar vriend een boeket bloemen gegeven.
Slide 11 - Tekstslide
NN Grammatica zinsdelen § 11 Bijwoordelijke bepaling
p. 224 en 225
Wat?: Maak opdracht 1 t/m 3
Hoe?: Klassikaal (vraag 1+2 van opdr 1), individueel (opdr 1+2). Met je buur (opdr 3)
Hulp?: Boek en buur
Tijd?: 15 min.
Uitkomst: Je hebt geoefend met bijwoordelijke bepaling.
Klaar?: Maak opdr. 4.
timer
15:00
Slide 12 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
Meewerken voorwerp/ bijwoordelijke bepaling
Maart 2024
- Les met
13 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 1
Meewerken voorwerp/ bijwoordelijke bepaling
Januari 2024
- Les met
13 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 1
Meewerken voorwerp/ bijwoordelijke bepaling
November 2021
- Les met
16 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 1
Meewerkend voorwerp
December 2021
- Les met
12 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo, havo
Leerjaar 1
Grammatica H2 les3/H5 les1 - 2M1
Maart 2021
- Les met
12 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 2
grammatica h4, 5 en 6 zinsontleding
Februari 2018
- Les met
11 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t, mavo
Leerjaar 2
Bijwoordelijke bepaling
Juni 2022
- Les met
25 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k, t
Leerjaar 2
Les 2 - De brug, grammatica
Augustus 2022
- Les met
18 slides
Duy@keizerkarelcollege.nl
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2