Unité 1: Bonjour! - woordjes
1 / 23
Lesduur is: 12 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
il y a
A
er is, er zijn
B
dit is
C
het is
D
dat is
Slide 2 - Quizvraag
le garçon
A
de wijk
B
de straat
C
de jongen
D
de vriendin
Slide 3 - Quizvraag
petit
A
oké
B
hoe
C
de vriend
D
klein
Slide 4 - Quizvraag
oui
A
waar
B
ik
C
hoe
D
ja
Slide 5 - Quizvraag
c'est
A
het is
B
oké
C
daarginds
D
ook
Slide 6 - Quizvraag
le pays
A
de vriend
B
de voornaam
C
het land
D
de leraar
Slide 7 - Quizvraag
à plus
A
het gaat
B
kusjes
C
heel, erg
D
tot later
Slide 8 - Quizvraag
la rue
A
de wijk
B
de straat
C
de middelbare school
D
het adres
Slide 9 - Quizvraag
avec
A
ook
B
met, bij
C
en
D
in
Slide 10 - Quizvraag
l'amie
A
de voornaam
B
het zwembad
C
de school
D
de vriendin
Slide 11 - Quizvraag
aussi
A
ook
B
heel, erg
C
ver
D
goed
Slide 12 - Quizvraag
écoute
A
oké
B
luister
C
combineer
D
verdorie
Slide 13 - Quizvraag
travaillez
A
werk
B
leuk
C
tevreden
D
hier is, hier zijn
Slide 14 - Quizvraag
loin
A
heel, erg
B
groot
C
ver
D
in
Slide 15 - Quizvraag
la fille
A
de middelbare school
B
de vriendin
C
het meisje
D
de stad
Slide 16 - Quizvraag
regarde
A
schrijf
B
kijk
C
lees
D
maak af
Slide 17 - Quizvraag
voilà
A
dat is
B
daar is, daar zijn
C
dit is
D
het is
Slide 18 - Quizvraag
au revoir
A
het gaat goed
B
tot ziens
C
en jij
D
daarginds
Slide 19 - Quizvraag
écris
A
lees
B
schrijf
C
beantwoord
D
combineer
Slide 20 - Quizvraag
joli
A
mooi, leuk
B
met, bij
C
groot
D
nu
Slide 21 - Quizvraag
J'aime le foot.
A
Wie is dat?
B
Ik hou van voetbal.
Slide 22 - Quizvraag
Tu habites où?
A
Hoe heet je?
B
Waar woon je?
