Onder een microscoop kun je chromosomen in een cel meestal niet zien.
a. Wanneer kun je de chromosomen wel zien?
b. In welk celorganel liggen de chromosomen?
c. Wat is de functie van de chromosomen?
d. Uit welke stof bestaan de chromosomen voor een groot deel?
e. Hoeveel chromosomen heb jij in een lichaamscel?