§ 5.4. Nederland en migratie

Hoofdstuk 5 Migratie
Herhaling wereld

3 Havo/vwo

1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 5 Migratie
Herhaling wereld

3 Havo/vwo

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Is er in Nederland meer emigratie of immigratie?
A
emigratie
B
immigratie

Slide 14 - Quizvraag

Wat betekent het voor de bevolkingsgroei als er meer immigratie is in Nederland?

Slide 15 - Open vraag

In welke periode was de emigratie groter dan de immigratie?

Slide 16 - Open vraag

Veel gastarbeiders kwamen vanaf '60 in NL werken. Waarom werden zij 'gastarbeiders' genoemd?
A
Zij waren betere arbeiders dan de Nederlanders.
B
Ze waren in Nederland te gast, ze zouden terugkeren.
C
Ze waren speciale gasten, ze hadden een andere cultuur.

Slide 17 - Quizvraag

Wat is het verschil tussen een arbeidsmigrant en een gastarbeider?
A
Een arbeidsmigrant komt tijdelijk en een gastarbeider komt voor langere tijd.
B
Een arbeidsmigrant komt voor langere tijd en een gastarbeider komt tijdelijk.

Slide 18 - Quizvraag

arbeidsmigrant

Slide 19 - Open vraag

Wat is een voorbeeld van een baantje dat een arbeidsmigrant zou doen?vluchtel
A
tandarts
B
huishoudster
C
werken op een boerderij
D
docent

Slide 20 - Quizvraag

Gastarbeiders waren mensen die in Nederland kwamen om te werken, uit welke landen kwamen de eerste gastarbeiders?
A
België
B
Marokko en Turkije
C
Polen en Roemenië
D
Spanje en Italië

Slide 21 - Quizvraag

Welke van de volgende uitspraken over het overheidsbeleid is juist?

A Gastarbeiders zijn op eigen initiatief naar Nederland gekomen.
B Inburgeringsplicht had tot doel de gezinsvorming te bevorderen.
C Premies voor retourmigratie zijn een vorm van beperkend immigratiebeleid.
A
A
B
B
C
C

Slide 22 - Quizvraag

De huisvesting in Nederland van arbeidsmigranten uit landen buiten Europa wordt wel eens beschreven als ‘drie keer geconcentreerd’. Wat wordt daarmee bedoeld?

Slide 23 - Open vraag

Wat is het belangrijkste kenmerk van een multiculturele samenleving?

Slide 24 - Open vraag

Bekijk bron 19. Informatie is bepalend voor het beeld dat mensen hebben. Wat valt je op als je de werkloosheid van Duitsers vergelijkt met migranten?

Slide 25 - Open vraag

Wat zou er met het beeld van bron 19 gebeuren als elke groep onderverdeeld wordt naar opleidingsniveau?

Slide 26 - Open vraag