Dictee_5_1_4 (+werkwoorden)
Een dier met
de letter R
de letter R
1 / 17
Onderdelen in deze les
Een dier met
de letter R
de letter R
Slide 1 - Woordweb
Ik koop een ijsje voor mijn zusje.
Slide 2 - Open vraag
De groenteboer gaf de komkommer aan zijn klant.
Slide 3 - Open vraag
Achmed gaf zijn moeder elke dag een knuffel.
Slide 4 - Open vraag
1e woord
Slide 5 - Open vraag
2e woord
Slide 6 - Open vraag
3e woord
Slide 7 - Open vraag
[MAKEN]
Wij _____________ vorig jaar een prentenboek met de juf.
Wij _____________ vorig jaar een prentenboek met de juf.
A
t.t.
B
v.t.
C
volt. dw.
D
iets anders
Slide 8 - Quizvraag
[MAKEN]
Wij _____________ vorig jaar een prentenboek met de juf.
Wij _____________ vorig jaar een prentenboek met de juf.
Slide 9 - Open vraag
[VERFILMEN]
Het _____________ verhaal komt in de bioscoop.
Het _____________ verhaal komt in de bioscoop.
A
t.t.
B
v.t.
C
volt. dw.
D
iets anders
Slide 10 - Quizvraag
[VERFILMEN]
Het _____________ verhaal komt in de bioscoop.
Het _____________ verhaal komt in de bioscoop.
Slide 11 - Open vraag
[VERGROTEN]
Gisteren _____________ ik mijn broek.
Gisteren _____________ ik mijn broek.
A
t.t.
B
v.t.
C
volt. dw.
D
tegenwoordig dw.
Slide 12 - Quizvraag
[VERGROTEN]
Gisteren _____________ ik mijn broek.
Gisteren _____________ ik mijn broek.
Slide 13 - Open vraag
[HINKELEN]
Daniel is naar huis _____________.
Daniel is naar huis _____________.
A
t.t.
B
v.t.
C
volt. dw.
D
tegenwoordig dw.
Slide 14 - Quizvraag
[HINKELEN]
Daniel is naar huis _____________.
Daniel is naar huis _____________.
Slide 15 - Open vraag
Wat heb ik geleerd?
Slide 16 - Woordweb
Zijn er nog vragen?
