Werkwoordstijden (par. 11)

• Nederlands
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Welkom!

Pak je leesboek.

Verder vandaag:

Kort herhalen toetsstof

Start paragraaf 11

Terugblik

Welke werkwoordsvormen hebben we al gehad?

Terugblik

Welke werkwoordsvormen hebben we al gehad?

> PVTT, PVVT, VD, OD, BN

Terugblik

Welke werkwoordsvormen hebben we al gehad?

> PVTT, PVVT, VD, OD, BN

Vul alle bovenstaande vormen eens in voor fietsen. 

Meneer Vogelzang ___ nooit

Terugblik

> PVTT, PVVT, VD, OD, BN

Vul alle bovenstaande vormen eens in voor fietsen. 

Meneer Vogelzang ___ nooit

Fietst, fietste, gefietst, fietsend, fietsend(e)

Terugblik

> PVTT, PVVT, VD, OD, BN

Vul alle bovenstaande vormen eens in voor niezen. 

Meneer Vogelzang ___ hard

Terugblik

> PVTT, PVVT, VD, OD, BN

Vul alle bovenstaande vormen eens in voor niezen. 

Meneer Vogelzang ___ hard

Niest, niesde, geniesd, niezend, niezend(e)

Paragraaf 11: werkwoordstijden

Werkwoordsvormen: 

Werkwoordstijden:

Welke ken je al?

Paragraaf 11: werkwoordstijden

Werkwoordsvormen: 

Werkwoordstijden:

• Onvoltooid TT (OTT)
  
• Voltooid TT (VTT)
  
• Onvoltooid VT (OVT)
  
• Voltooid VT (VT)
  

Paragraaf 11: werkwoordstijden

Stap 1: is het TT of VT?

Kijk hiervoor altijd naar de PV

De jongens zijn naar school gegaan.

De jongens waren gaan hardlopen.

Paragraaf 11: werkwoordstijden

Stap 1: is het TT of VT?

Kijk hiervoor altijd naar de PV

Stap 2: is het voltooid of onvoltooid?

Staat er een VD in de zin? Dan voltooid. Staat er geen VD? Dan onvoltooid.

Paragraaf 11: werkwoordstijden

Stap 2: is het voltooid of onvoltooid?

Staat er een VD in de zin? Dan voltooid. Staat er geen VD? Dan onvoltooid.

Ik ben naar huis gelopen.

Ik fietste naar school.

Wij hebben veel gelachen.

Paragraaf 11: werkwoordstijden

Stap 1: is het TT of VT?

Kijk hiervoor altijd naar de PV

Stap 2: is het voltooid of onvoltooid?

Staat er een VD in de zin? Dan voltooid. Staat er geen VD? Dan onvoltooid.

Paragraaf 11: werkwoordstijden

Test jezelf. Benoem de ww-tijden.

Ik was mijn huiswerk vergeten.

Is deze les al bijna afgelopen?

De jongens eten nooit andijvie. 

De docent gaf alle leerlingen een compliment.

Paragraaf 11: werkwoordstijden

Test jezelf. Benoem de ww-tijden.

Ik was mijn huiswerk vergeten. VVT

Is deze les al bijna afgelopen? VTT

De jongens eten nooit andijvie. OTT 

De docent gaf alle leerlingen een compliment. OVT

Aan de slag

Maak opdracht 1 t/m 3 op blz. 260 - 261.

Niet af = huiswerk