Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
3 kader - grammatica thema 4
wat betekent both?
1 / 23
volgende
Slide 1:
Open vraag
Engels
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 3
In deze les zitten
23 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
30 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
wat betekent both?
Slide 1 - Open vraag
BOTH
Both
betekent
beide
/
allebei
.
Je gebruikt
both
bij twee personen, dieren of dingen.
Bij
both
staat het zelfstandig naamwoord in het
meervoud
.
Both
burglars
were taken to the police station.
Emma feeds
both
cats
at the same time.
Slide 2 - Tekstslide
wat betekent each?
Slide 3 - Open vraag
EACH
Each
betekent
elke
.
Je gebruikt
each
bij twee of meer pers., dieren of dingen.
Bij
each
staat het zelfstandig naamwoord in het
enkelvoud
.
She wore bracelets on
each
arm
.
The trainer gave
each
dog
a treat.
Slide 4 - Tekstslide
Wat betekent Every?
Slide 5 - Open vraag
Wat betekent all?
Slide 6 - Open vraag
Wat betekent none?
Slide 7 - Open vraag
ALL / EVERY / NONE
All / every / none
gebruik je bij 3 of meer personen, dieren of dingen.
All
betekent
alle / allemaal
.
Every
betekent
iedere
.
None
betekent
geen
/
niet één
.
Slide 8 - Tekstslide
EACH vs EVERY
Each
gebruik je om nadruk te leggen op individuele dingen.
Every
gebruik je om nadruk te leggen op het geheel.
Each
of the students received a prize.
The detective knows
every
criminal in town.
Slide 9 - Tekstslide
Exercise 1
Choose the right word.
(4x multiple choice)
Slide 10 - Tekstslide
My two cats ... enjoy going outside.
A
both
B
none
C
all
D
every
Slide 11 - Quizvraag
Sorry, but it is ... of your business.
A
both
B
every
C
each
D
none
Slide 12 - Quizvraag
She sings ... song with passion.
A
none
B
each
C
both
D
all
Slide 13 - Quizvraag
Robert knows ... of the words for the test.
A
every
B
none
Slide 14 - Quizvraag
Present Simple & Present Continuous
Slide 15 - Woordweb
Present Simple
Present Simple = Tegenwoordige tijd
She, he it + -s
I always walk to school.
She always walk
s
to school.
Gebruikt het bij:
- Feiten
- Gewoonten
- Regelmatige gebeurtenissen
Slide 16 - Tekstslide
Present Continuous
Present Continuous = duurvorm tegenwoordige tijd
(-ing vorm)
am/are/is + werkwoord + ing
I
am walking
to school right now.
She
is
walking
to school.
They
are
always
teasing
me!
Gebruikt het bij:
- Dingen die
nu
aan de gang zijn
- irritatie uitdrukken
Slide 17 - Tekstslide
Present Simple
Regelmatig
Gewoonte
Always, never, sometimes
Present Continuous (-ing)
Nu!
Op dit moment
now, right now, at the moment, look!, listen!
Slide 18 - Tekstslide
Exercise 2
Choose the correct form of the verb
(4x multiple choice)
Slide 19 - Tekstslide
She ... (not/study) at the moment
A
is not studying
B
does not study
Slide 20 - Quizvraag
They ... (to go) to a restaurant every Saturday
A
are going
B
go
Slide 21 - Quizvraag
He normally ... (to eat) dinner at home.
A
is eating
B
eats
Slide 22 - Quizvraag
Julie ... (to sleep) upstairs at the moment
A
is sleeping
B
sleeps
Slide 23 - Quizvraag
Meer lessen zoals deze
samenvatting grammar
Januari 2024
- Les met
13 slides
Engels
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 2
Both, Each, all, every, none
December 2023
- Les met
19 slides
Engels
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
Theme 3 3KB Test yourself
April 2019
- Les met
10 slides
Engels
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 3
Both, Each, all, every, none
Februari 2021
- Les met
16 slides
Engels
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
U4L4 Present simple/ Present continuous
Februari 2023
- Les met
36 slides
Engels
Middelbare school
vmbo k, g, t
Leerjaar 1
3 kader - grammar 7 (both, each, all, every, none)
November 2019
- Les met
17 slides
Engels
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 3
quantifiers both, each, every, all and none
Februari 2023
- Les met
24 slides
Engels
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 3
T3 theme 3 vocab G
Januari 2021
- Les met
26 slides
Engels
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3